Vaclav Havel, voormalig president van Tsjechië, kijkt uit naar een grotere en bruisender Europese Unie.
De auteur werd bekend als schrijver en politiek dissident tijdens het communistische regime. Na de Fluwelen Revolutie van 1989 werd hij president van Tsjecho-Slowakije en na de scheiding met Slowakije in 1992 president van Tsjechië.
Het idee om Europa te verenigen, is gegroeid als reactie op het trauma van de Tweede Wereldoorlog. De uitbreiding naar het midden en het oosten is daarvan het logische culminatiepunt. De uitbreiding in 2004 heeft ook te maken met de ware aard van de Europese Unie. Technisch gezien, gaat het misschien alleen erom de reikwijdte van de EU-wetgeving en -politiek te vergroten, maar historisch en politiek is de betekenis veel groter. Het kondigt de omvorming aan van de Unie tot een volledig nieuwe geopolitieke entiteit. Voor de nieuwe leden betekent de toetreding tot de EU een terugkeer naar Europa, waarvan ze zich altijd al een deel gevoeld hebben.
Uitbreiding wordt doorgaans op de eerste plaats gezien als een expansie van de Europese eenheidsmarkt. Dat is echter slechts een secundair aspect, een instrument om de oorspronkelijke visie van één enkel Europa te verwezenlijken. De essentie van de uitbreiding ligt bij de verbreding van het gebied van de gedeelde gemeenschappelijke waarden. Die waarden zijn duidelijk: respect voor het individu, zijn vrijheden, zijn rechten en zijn waardigheid, het solidariteitsbeginsel, gerechtigheid en gelijkheid voor de wet, bescherming van minderheden, democratische instellingen, scheiding der machten, een pluralistisch politiek systeem, onaantastbaarheid van het privé-bezit, privé-ondernemerschap en vrijemarkteconomie en de uitbouw van een beschaafde samenleving.
Nationale soevereiniteit
Alle voorgaande uitbreidingen hebben verschuivingen teweeggebracht in de EU, maar de huidige zal een veel fundamentelere weerslag hebben, zowel op de manier waarop de Unie werkt, als op haar prioritaire beleidslijnen. De expansie naar het oosten komt neer op een definitieve breuk met de visie van de stichters van een homogene Verenigde Staten van Europa. Slechts weinig politici in de nieuwe lidstaten hebben de Tweede Wereldoorlog rechtstreeks meegemaakt, maar ze hebben wel ervaring uit de eerste hand met de overgang van totalitarisme naar democratie. Dat zou hen minder moeten belasten met het naoorlogse historische erfgoed en de traditionele spanningen tussen individuele landen, maar hen tegelijk wel kunnen beroven van het gevoel betrokken geweest te zijn bij de opstelling en de invoering van de oorspronkelijke visie op een verenigd Europa.
De nieuwe lidstaten kunnen de EU verrijken met hun ervaringen uit 1989 en de daaropvolgende hervormingen. Dat kan de Unie een nieuwe impuls geven en haar oorspronkelijke doelstellingen, die geleidelijk aan het verdwijnen zijn onder het gewicht van bureaucratische reglementen, wat in ere herstellen.
De nationale soevereiniteit wordt één van de fundamentele discussiepunten. Het is een erg gevoelige materie voor de nieuwe lidstaten, omdat de idee van vrijheid en onafhankelijkheid na decennia van dominantie vanuit Moskou de drijvende kracht was achter de weerstand tegen het communistische regime. Bijgevolg is het concept van nationale soevereiniteit in die landen onaantastbaar.
De uitbreiding zal de ingewortelde mechanismen van de EU een nieuwe dynamiek bezorgen. We mogen ons rond specifieke kwesties verwachten aan de vorming van ad-hoc-coalities gebaseerd op belangenbehartiging, traditie, cultuur en geschiedenis. Waarschijnlijk vinden de nieuwe leden een gemeenschappelijk terrein over zaken die te maken hebben met financiering, bijvoorbeeld inzake landbouw en structuurfondsen. Over andere dossiers kan een hele reeks coalities tot stand komen, waarbij zowel oude als nieuwe lidstaten betrokken zijn.
Europa herdefiniëren
De landen van Midden- en Oost-Europa zullen een grotere bezorgdheid en vrees meebrengen voor Rusland en de westelijke Balkan. Rusland, dat nu dichter bij de grenzen van de EU komt, zal op minder verzoeningsbereidheid en meer kritiek kunnen rekenen. De nieuwe lidstaten zullen bijzonder gevoelig zijn voor om het even welke verwijzing naar het bestaan van een Russische invloedssfeer. Als de landen die aan de uitgebreide EU grenzen geen vooruitzicht hebben op toetreding (of ten minste op verstevigde betrekkingen), zal de Unie tot de vaststelling komen dat haar buren minder bereid zullen zijn tot samenwerking.
De uitbreiding die de landen van Midden- en Oost-Europa omvat, rondt de oorspronkelijke visie van Europese eenmaking af en brengt terzelfder tijd de idee een stap verder. Turkije zal daarbij volop voor het voetlicht komen en zodra Turkije opgenomen wordt, wordt een nieuw hoofdstuk aangesneden. Dat zal ook heel wat nieuwe vragen oproepen. Waar liggen precies de grenzen van Europa en wie kan lid worden van de EU? Draait de definitie van de EU rond gemeenschappelijke waarden of wordt het toekomstige lidmaatschap bepaald door de geografische ligging? Welke vormen van partnerschap moeten Rusland aangeboden worden (en andere landen die in de nabije toekomst geen lid zullen worden)?
Alleen uit de antwoorden op die en andere vragen zal de Europese Unie een nieuwe filosofie en structuur kunnen afleiden.
Vaclav Havel
“Voor de nieuwe leden betekent de toetreding tot de EU een terugkeer naar Europa, waarvan ze zich altijd al een deel gevoeld hebben.”