Een gouden kooi op de golven

De Queen Mary 2 is het meest prestigieuze passagiersschip ter wereld. Als u zeven dagen de tijd hebt, brengt het schip u van New York naar Europa. Een verblijf kost minder dan een lijnvlucht in businessclass, maar u waant zich wel op de Titanic – precies een eeuw na de ondergang van dat legendarische schip.

New York, 18 uur. Onder het geluid van de drie traditionele stoten van de misthoorn worden de trossen losgegooid. Als het orkest op het bovendek dan ‘Oh when the saints’ inzet, voelen de passagiers, een glaasje champagne in de hand, zich al op een andere planeet.

Een verliefd koppel laat zich fotograferen. Kinderen spelen op de hinkelbaan die in het dek gekerfd werd. Een dame schrijdt sierlijk op de trap die naar het observatieplatform leidt en daar wordt ze opgevangen door een armada van stewards. Op het schip werken 1253 bemanningsleden voor 2620 passagiers, bijna een bediende op de twee vakantiegangers.

Enkele uren voordien heeft iedereen zijn cabine betrokken, zijn reddingsvest uitgeprobeerd en gepoogd om zich vertrouwd te maken met de doolhof van gangen, zalen, liften en binnen- en buitenpromenades. De QM2 is een drijvend luxe-eiland. Het paradepaard van de rederij Cunard is zo opgevat dat je op geen enkel ogenblik tijdens de overtocht van zeven dagen zin krijgt om van boord te gaan.

Het is 19 uur. Het schip vaart het Ambrose Channel in, de verplichte uitloop naar de Noord-Atlantische Oceaan. De slepers maken rechtsomkeer terwijl wij de scheepskrant uitpluizen om ons voor te bereiden op de eerste avond. In restaurant Britannia zoekt ieder zijn tafel. De 1350 plaatsen liggen verdeeld over twee dekken met een reusachtige trap, een glazen koepel, een indrukwekkend wandtapijt en marmeren zuilen.

Een moderne legende

Morgen proberen we een van de andere tien restaurants uit en dan is de verrukking dezelfde. Daarnaast biedt een tiental andere ruimten, pubs, bars, cafés, zwembaden en terrassen op elk ogenblik de mogelijkheid om de innerlijke mens te versterken. Je moet dus kiezen als je iets anders wil doen dan eten op de Queen Mary 2 en je moet aanvaarden dat je niet de tijd hebt om alles te zien en te proeven.

Vanavond stelt de cruise director zijn troepen voor in het Royal Court Theatre, speelt het Queen’s Room Orchestra latin dansmuziek en weerklinkt Caraïbische muziek in de discotheek, terwijl meerdere pianisten de salons inpalmen. Speeltafels worden opgesteld en in het casino weerklinkt het gerinkel van de eenarmige bandieten. Intussen stippen we ook de plekken aan die we morgen zeker niet mogen missen: de Canyon Ranch Spa en de souvenirgalerie.

Tot in de jaren zestig, toen de luchtvaart het overnam, was de liner het intercontinentale transportmiddel. De zeer rijke passagiers bevolkten de bovenste dekken, de armeren hokten benedendeks. Die oceaanreuzen werden na de oorlog omgevormd tot cruiseschepen. Van meet af aan werden het drijvende steden en was er een opbod in grootschaligheid.

De QM2, die in 2004 te water gelaten werd, wil die legendarische lijn doortrekken. Het schip is 345 meter lang en 72 meter hoog. De binnenruimten ademen de weelde van weleer uit: een open lobby over zes verdiepingen waarin een glazen lift heen en weer pendelt, een dubbele staatsietrap, vleugelpiano’s, fluwelen moquette en oosterse tapijten.

De zuivere lijnvoering herinnert aan vroeger en de buitendekken zijn in hout, maar de miniatuurgolfgreens, de tenniscourts, een basketbalterrein en een reusachtig schaakbord herinneren eraan dat we in een hyperactieve tijd leven. In de winkelgalerij is er nu ook een sportcentrum, naast de balzaal troont een discotheek, de bridgesalons in belle-epoquestijl stellen het bolvormige scherm van het planetarium – een unicum op zee – geenszins in de schaduw.

De tea-time gaat vergezeld van karaoke en iedereen ruilt vlot zijn sportkledij in voor de avondlijke zijde en taf. Het vormt een geslaagd huwelijk van legende en moderne verwachtingen. Niet de overtocht, maar het schip zelf maakt de belevenis uniek. De prijs van de trans-Atlantische overtocht schommelt naargelang de bezettingsgraad van het schip, het seizoen en de gekozen cabine – er zijn 32 categorieën – tussen 1000 en 5500 euro, enkele reis.

De Titanic blijft de referentie

De tweede dag gaat de zon op over de eindeloze oceaan. Bij het ochtendgloren begeven de dappersten zich aan de ‘walkathon’: drie rondjes joggen rond het schip langs de vrijgehouden promenades, of 2 kilometer voor het ontbijt. Dat is een festijn op zich met cookies, gerookte zalm, pannenkoeken en varkensgebraad. Zo’n uitgebreid maal roept de prangende vraag op: wat zal er ‘s middags nog te ontdekken vallen? Geen nood, de verbeelding van de koks kent geen grenzen.

Die van de programmamakers evenmin. Aan activiteiten is er geen gebrek en dagelijks moet je een keuze maken uit een vijftigtal activiteiten, van bingo tot een vrijgezellenmeeting, van een breikransje tot een golfcompetitie, de veiling van kunstwerken, een dartstoernooi, danslessen, een conferentie over de Battle of Britain of over timemanagement door kopstukken van de universiteit van Oxford, concerten, films, fitness, enzovoort.

De kapitein nodigt ons uit in het heiligste der heiligen: de commandobrug. Overal knopjes en bewakingsschermen, maar geen roer. Foto’s nemen is niet toegestaan, want industriële spionage is niet uit te sluiten. Cruises vormen een florissante markt en er duiken steeds meer zeemonsters op.

In de machinekamer toont de hoofdingenieur fier de vier elektrische motoren, elk zo groot als een vrachtwagen met oplegger. In tegenstelling tot de passagiersdekken roept de buik van het schip nergens de sfeer van het ketelruim van weleer op. We bevinden ons eerder bij de NASA dan in de duistere krochten van de Titanic.

Op dag vier deelt de kapitein mee dat we boven het wrak van het beroemde passagiersschip varen. Om de White Star Line, de rederij van de Titanic, te kunnen overnemen, werd Cunard door de banken en de Engelse overheid verplicht het beroemde kwaliteitshandvest van White Star over te nemen. Dat charter omvat een twaalftal gulden gedrags- en serviceregels die ervoor moeten zorgen dat de klant zich het middelpunt van de wereld waant.

Een hoogst aanbevelenswaardige plek op het vlottende paleis is het Royal Court Theatre, waar elke avond 1100 toeschouwers zich op Broadway wanen. De Queen’s Room is een gigantische balzaal: parket met inlegwerk, rozetten op de vloer en sierlijsten aan het plafond, enorme fresco’s versierd met bladgoud en kristallen luchters. De allergrootste danspiste op het water verandert na de middag in een tearoom waar cookies en scones geserveerd worden door obers met witte handschoenen.

In de Wintergarten en de salons dompelen de glamour en de weelderigheid, de meesterwerken aan de muren en de trompe-l’oeils de reizigers in een volmaakt Britse nostalgie. En dan zijn er nog de eindeloze promenades met grote vensters die uitzicht bieden over de zee; de bibliotheek met 8000 werken en de Golden Pub.

Tot slot is er de Grand Lobby met zijn dubbele staatsietrap à la Titanic. Daar vinden we de shops van de grote internationale merken, de boetiekjes waar je een smoking kan huren en de stands van taksvrije juwelen made in China of Australia, voor dames die zouden vergeten zijn hun opschik te pakken voor het captain’s dinner. Dan drukt de commodore alle passagiers de hand. Goed om weten dus, avondkledij moet in de bagage.

BÉATRICE DEMOL

Niet de overtocht, maar het schip zelf maakt de belevenis uniek.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content