De gemiddelde prijs van een appartement is in de eerste helft van dit jaar gestegen met 6 procent, die van een woonhuis met 2 procent. In een economische crisis kan de groeiende overwaardering van vastgoed leiden tot een probleem bij de banken, als de woningen door een gedwongen verkoop na hypothecaire wanbetalingen minder opbrengen dan de uitstaande schuld. Dat gebeurde in veel landen tijdens de financiële crisis van 2007, maar het is niet per se een scenario in België vandaag.
De sterkste stijging zit bij de appartementen, en dan vooral de nieuwbouwappartementen. Dat heeft te maken met de lockdown. De makelaars konden geen appartementen bezoeken met kandidaat-kopers, maar die laatsten konden de projecten wel online bestuderen. Velen maakten samen met hun bankier de rekening en wisten perfect waar ze financieel aan toe waren. Al die gegadigden kwamen op hetzelfde moment goed geïnformeerd op de markt en de verkopers konden hun vraagprijs handhaven. Die trend ondersteunt ook de markt van het bestaande vastgoed.
Die inhaalbeweging heeft geleid tot de prijsstijging. Veel analisten voorspellen een prijsdaling van 5 procent in de volgende twee jaar, maar dat hoeft niet tot bancaire drama’s te leide, want meestal dragen sterke schouders de hypotheeklasten. Bovendien zijn er onder de kopers veel beleggers. Ook bij hen zal een crisis meestal niet leiden tot een gedwongen verkoop. Hetzelfde geldt voor de kopers van een tweede verblijf aan zee, die de voorbije maanden de prijzen mee onderstutten.
Immotheker meldt dat tot 15 procent van de gezinnen geen woning kan kopen door de strenge kredietvoorwaarden die de Nationale Bank oplegt aan de bankensector. Voor hen is dat een spijtige zaak. Voor de economie is het een zegen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier