Draadloze breedband tegen 2005

Nauwelijks negen maanden na zijn oprichting viel netwerkbouwer Loranet in de prijzen op de Eurowards, die beloftevolle ondernemers een zetje willen geven. Als de economie nu nog even mee wil, zit het bedrijf op schema.

Zo’n duwtje in de rug kon Loranet, een spin-off van het Leuvense onderzoekscentrum voor micro-electronica Imec, best gebruiken. Het bedrijf bouwt de nieuwste generatie draadloze netwerktechnologie voor vaste gebruikers (niet UMTS, dat is voor mobiele gebruikers). Daarbij wil het draadloze breedbandcapaciteit aanbieden. Geen makkelijke opdracht in barre economische tijden, ondervinden ze.

De oplossing van Loranet houdt in dat met een fijnmazig draadloos systeem radiogolven worden doorgestuurd tot aan het huis van de gebruiker. Binnen in het gebouw wordt dan opnieuw een draadloze verbinding gerealiseerd.

Met hun transmissietechnologie willen medeoprichters professor Mark Engels en Hans Vandewyngaerde tegen 2005 de KMO’s en residentiele gebruikers overtuigen om de draadloze technologie toe te passen als netwerkoplossing.

Een toepassing op grote schaal zou een van de grote kostenvreters van telecomoperatoren kunnen wegwerken: de last-mile connections. Die verbindingen tussen de grootmazige netwerkstructuur en de uiteindelijke gebruiker behoren volgens Loranet tot het verleden. Engels: “80% van de kosten kruipt in de last-mile connections. Onze technologie moet dit veel goedkoper maken.”

Het bedrijf profileert zich vooral als technologieontwikkelaar, en wil daarbij allianties aangaan met de traditionele internationale telecomoperatoren. En die zullen vooral uit Europa moeten komen. Engels: “De Belgische markt is al veel te dicht bekabeld. Het netwerk ligt er al, de operatoren hebben hun kosten gemaakt en de klanten ontvangen al vaak een goede capaciteit.”

Loranet zoekt intussen volop naar risicokapitaal. Het wil zijn financiële basis (600.000 euro) met inbreng uit het Imec Incubatiefonds ( Imec, Fortis Private Equity, KBC) en uit de Software Holding & Finance NV verder versterken om tegen 2005 klaar te staan met deze technologie. Een zoektocht die moeilijker verloopt dan bij de opstart verwacht, wat nog wordt versterkt door de vertragende markt. Bij de opstart werden dertig personeelsleden ingepland; aan het eind van 2002 waren er voorlopig maar acht aan de slag. Voor Loranet is het dus zoals met de duiven: wachten.

Jean-Paul Wydoodt [{ssquf}]

“We mikken op Europa. België is immers al veel te dicht bekabeld.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content