‘De wijnstok moet het werk zelf doen’

Toen Stéphane en Bea Goubau de kans kregen een wijndomein te kopen, hapten ze toe. Voor de durfkapitalist Stéphane Goubau leek het een perfecte deal, maar was dat ook zo?

Ik studeerde af als burgerlijk ingenieur elektromechanica, maar ik besefte goed dat ik niet eeuwig met techniek bezig wou blijven”, zegt Stéphane Goubau, geflankeerd door Bea Goossens, zijn vrouw en zakenpartner. “Ik zag me eerder doorgroeien naar het management. Ik studeerde voort en haalde een MBA aan de Harvard Business School en kon in de Verenigde Staten aan de slag. Ik ging werken bij een kleine start-up in Los Angeles, EyeMetrics. Dat is nu dertig jaar geleden. Zij hadden een geavanceerd concept om brilmonturen te maken op basis van een 3D-beeld van het menselijk gelaat. Een interessant avontuur dat vier jaar heeft geduurd. Nadien ben ik in België naar de Generale Maatschappij van België overgestapt. Dat was de tijd dat Carlo de Benedetti de Generale probeerde in te lijven. Uiteindelijk was het Suez dat het laken naar zich toe trok.”

“Drie jaar later, in 1992, volgde een cruciale stap in mijn carrière: ik kreeg de kans om het telecombedrijf Dialogic in Europa te leiden, gespecialiseerd in voice- en switchingtechnologie voor bedrijven en operatoren. Ik werd er CEO voor Europa, het Midden-Oosten en Afrika en heb het bedrijf in zeven jaar tijd doen groeien van 4 miljoen tot 85 miljoen dollar. Het Amerikaanse Intel raakte geïnteresseerd en na de overname ben ik bij de chipproducent terechtgekomen. Eerst heb ik voor de integratie van Dialogic binnen Intel gezorgd en in 2002 ben ik overgestapt naar Intel Capital, de durfkapitaalafdeling van het bedrijf, waarvoor ik tot mei dit jaar actief was. Nu neem ik een sabbatjaar.”

Coup de coeur

Stéphane en Bea Goubau stralen zowel rust als alertheid uit, en hoewel ze de vijftig al een tijdje voorbij zijn, hebben ze een perfect slanke figuur. Een ascetische levensstijl? Stéphane Goubau: “Vergis u niet: wij zijn echte levensgenieters, maar een eigen wijngaard stond niet op ons boodschappenlijstje. Ik zou het geen accident de parcours noemen, maar een coup de coeur. Ik ben via kennissen in contact gekomen met de eigenaars van een domein in Castillon en vernam dat ze het wilden verkopen. Dat was in 2005. Als gepassioneerde wijnliefhebbers voelden we ons wel aangetrokken tot het maken van een eigen wijn. Het domein en de gebouwen hadden de nodige kwaliteit om als tweede verblijfplaats te fungeren, en de wijngaard was uitstekend. Het leek ons een goed project om in te stappen. Bovendien heeft wijn altijd een rol gespeeld in mijn leven. Mijn vader heeft me destijds ingewijd in de materie. Bea en ik proefden wijnen uit de hele wereld, maar we zijn teruggekeerd naar Bordeaux, vanwege zijn diversiteit en finesse. Waarom investeren in de appellation Castillon? Het is een schromelijk ondergewaardeerde regio, die zijn potentieel haalt uit dezelfde unieke bodem als Saint-Emilion. Dat sprak ons aan.”

Het koppel wist dat de vorige eigenaar al relatief goede wijn maakte met weinig middelen, maar het wilde beter doen. Tegelijk verloor de durfkapitalist niet uit het oog dat het ook een investering was: “Het leek ons duidelijk dat dit domein meer waarde zou krijgen na verloop van tijd. Je moet kopen vóór iets op zijn piek zit, dat is een van de universele investeringsprincipes. Normaal moet je na drie à vijf jaar een meerwaarde van 25 procent op jaarbasis kunnen boeken. Het is duidelijk dat je met wijn een beetje meer geduld moet hebben. Je mag ook niet vergeten dat je met een wijngoed een bonus krijgt in de vorm van levenskwaliteit, plezier en vakantie.”

Nicheproduct

De nieuwe eigenaars besloten de kleine wijngaard van twaalf hectare te gebruiken om een nicheproduct te maken. Het liet de historische naam van het domein vallen, omdat hij toch geen toegevoegde waarde had. De nieuwe naam luidt Château Goubau. Kwaliteit stond voorop. “Je verovert klantenharten met een door en door goed product. Je creëert exclusiviteit door een langzaam opgebouwde reputatie. Je moet dus trouw blijven aan je kwaliteitsnormen. Dat heeft meer geld gekost dan we gedacht hadden. Maar eerlijk, we zoeken ook niet naar kostenefficiëntie zoals bij volumeproducten, maar naar een unieke wijn.”

Wat het ook moeilijk maakt om op korte termijn economische maatstaven te hanteren, is dat wijn maken een lang leerproces is: rode wijn is pas twee jaar na de oogst klaar om gebotteld te worden. Wil je een perceel heraanplanten, dan duurt het zeven jaar eer je bruikbare druiven oogst. “Het duurt dus jaren voor je het resultaat van je beslissingen kunt beoordelen. Passie voor kwaliteit is onze belangrijkste drijfveer. Daarom maken we in minder kwalitatieve millésimes geen Château Goubau”, zegt Stéphane Goubau. “In 2013 hebben we maar 20 procent geoogst, die dan nog niet van het niveau was van onze instapwijn, Les Charmes. We hebben alles in bulk verkocht.”

Biologisch

Château Goubau werkt gecertificeerd biologisch. “We geloven in die aanpak, omdat het de planten weerbaarder maakt. Met kunstmatige bescherming en bemesting heb je op het eind ook een kunstmatige wijn. De wijnstok moet zelf werken en zijn voeding en kracht in de bodem gaan zoeken. Alleen op die manier gebruik je het unieke terroir dat je ter beschikking hebt.”

Bea en Stéphane zijn nooit bang geweest van het vele werk dat erbij komt kijken. Het harde labeur in de wijngaard doen ze echter niet zelf, wat nog niet wil zeggen dat ze er niet bij betrokken zijn. “Je moet er altijd bij zijn”, stelt Bea Goossens. “En tijdens de oogst ben je soms dag en nacht bezig. Het is ook heel gezellig, je kookt in de oogstperiode voor een heel regiment mensen. Een unieke sfeer.”

Steeds meer Belgische toplui en ondernemers ruilen hun carrière in voor een wijnkasteel. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Wat begon als een hobby wordt algauw een onderneming.

DIRK RODRIGUEZ, FOTOGRAFIE IVAN PUT

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content