De prijs van het gemak

Deze week is de antitrustklacht tegen Microsoft vier jaar oud. Dat de softwaregigant zijn Windows-monopolie heeft misbruikt, is een uitgemaakte zaak. De hamvraag nu luidt: schaadt het de gebruiker? Is er iets beters dan een pc die alles doet, recht uit de doos? Is het huidige monopolie niet makkelijker, goedkoper en in het algemeen meer welvaartscheppend dan de mogelijke chaos van de concurrentie?

Het is een wat vreemde vraagstelling in een tijd dat zelfs de meest evidente natuurlijke monopolies worden afgebroken.

Vorig jaar kocht het bedrijf uit Redmond zonder veel commotie Great Plains, een maker van bedrijfsbeheersoftware (ERP) met een sterke positie in de VS. Het was de eerste frontale aanval op een markt die duidelijk geen systeemsoftware is en die totnogtoe werd bezet door SAP, JD Edwards, Peoplesoft, Oracle en andere. Vorige week kocht Microsoft in dezelfde sector het Deense Navision, een felle groeier in de KMO-markt in Europa. De logische volgende stap van Microsoft is het uitrollen van een zacht geprijsde, vooraf geïnstalleerde alle-noden-dekkende bundel bedrijfssoftware, gaande van tekstverwerking over boekhouding tot customer relationship management en logistiek. Vermarkt door een legertje partners dat vroeger eigen producten zou hebben ontwikkeld. Great Plains test de formule momenteel uit in de VS.

Het is een schoolvoorbeeld van de manier waarop Microsoft zijn monopolierente uit Windows en Office in andere markten verzilvert. Maar omdat Microsoft nog lang geen dominante speler is in de markt voor bedrijfstoepassingen, is de overname perfect legaal.

In november 2001 kwam Microsoft tot een minnelijke schikking met Justitie en negen staten. In de daaropvolgende 32.329 commentaren werd herhaaldelijk gesuggereerd om Microsoft ook te dwingen de details van zijn Word-, PowerPoint of Excel-formaten te publiceren. Gebruikers zouden concurrerende kantoorsuites dan op hun merites kunnen beoordelen – en niet op de onmogelijke vraag of ze even compatibel zijn met Microsoft als Microsoft.

Waarschijnlijk zou de marktleider dan ook de prijs van zijn Office-licenties, die vanaf 1 augustus eerstkomend voor grote klanten met mogelijk 90% stijgt (schatting van de Britse organisatie van IT-managers The Infrastructure Group) naar beneden moeten halen, in plaats van hem te verhogen.

De schikkende partijen noemden de remedie echter ontoelaatbaar omdat ze buiten de focus van de rechtszaak viel – die immers draait rond het bundelen van browsersoftware met Windows.

Qua Office-software hoeven gebruikers dus nog niet meteen te vrezen voor de nadelige gevolgen van een teveel aan concurrentie.

Bruno Leijnse [{ssquf}]

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content