De nieuwe Golfagenda

Alle Belgische golfspelers kennen hem: de gids voor wie wil golfen in België – en in almaar meer andere landen.

De vijftiende Belgian Golf and Country Clubs û Luxembourg ligt binnenkort in uw club house. Dit jaarboek, in het Belgische golfwereldje de Golfagenda genoemd, richt zich tot spelers die andere clubs willen bezoeken. Zijn succes dankt de agenda aan de nuttige informatie. En hij is gratis. De agenda van Vicky Bernstein is opgevat als een magazine (voor de informatie wordt niet betaald, wel voor de reclame) en vormt een van de krachtigste vormen van propaganda voor de golfsport in dit land.

“We vertegenwoordigen 66 Belgische clubs,” vertelt Bernstein. “Meer bepaald de terreinen met negen holes die een parcours hebben dat lang genoeg is en representatief voor de golfsport.” Maar er staat ook informatie in over golfbanen in het buitenland. “Ik werk al drie jaar aan dat onderdeel en ik merk dat het succes heeft,” vervolgt Bernstein. “Er staan twintig landen in, waarvan Frankrijk de meeste aandacht krijgt, omdat de Belgen het meest bij onze zuiderburen gaan spelen.”

Bernstein bezoekt alle clubs en kent de Belgische golfmarkt dan ook door en door: “Er is een groot potentieel voor het golftoerisme, een potentieel dat nauwelijks benut wordt. Er is zo goed als geen commerciële aanpak. In Wallonië leek het even alsof de minister een aanzet zou geven, maar dat viel helemaal stil. In Vlaanderen gebeurt er niets. En als je surft naar de sites van de liga’s, valt op dat ze alleen in hun eigen taal informeren. In België spoort men de mensen aan om te spelen, niet om naar de club te komen. Noem het een vorm van protectionisme. Vindt u het normaal dat bepaalde clubs gesloten zijn voor andere spelers? De voorbije herfst maakte ik een reportage in India, waar de oudste club werd opgericht in 1829. In België hoor ik dan: spelen ze echt golf in India? Hier lijkt iedereen te vinden dat de clubs al vol genoeg zitten, terwijl we amper een tiental clubs hebben die het niveau halen van de beste buitenlandse clubs. De andere clubs groeien niet – niet op het gebied van kwaliteit en ook niet wat onthaal betreft. Vandaag is er maar één gestructureerd initiatief: de golfclubs van Waals-Brabant die een overeenkomst hebben met hotelhouder John Martin.”

“België is nochtans zeer aantrekkelijk voor het golftoerisme,” beklemtoont Bernstein. “Er zijn een paar zeer mooie terreinen, er is de Belgische gastronomie en het cultureel erfgoed. Alleen worden die mogelijkheden niet benut. In Zweden, waar ze een vergelijkbare bevolking hebben, zijn er tien keer meer terreinen: zo’n 600. In België spelen 48.000 mensen golf, maar dat aantal groeit niet. In Nederland zijn er vier keer zoveel golfers. Er zijn natuurlijk wel een paar privé-initiatieven in mooie golfscholen, maar ik zou de clubs graag wat sneller zien groeien.”

John Baete

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content