De klok rond spelen op de beurs

Daan Killemaes
Daan Killemaes Hoofdeconoom Trends

Het is bijna lachwekkend hoeveel beurzen de voorbije jaren tevergeefs probeerden samen te smelten. En toch werkt de New York Stock Exchange, ‘s werelds grootste beurs, in alle stilte aan een aandelenmarkt waar de zon nooit ondergaat. Trends vroeg aan de Belg Georges Ugeux, executive vice-president van de NYSE, waarom zijn ouderwetse veilingbeurs het wél voor elkaar zal krijgen. “Ouderwets? De NYSE heeft wellicht de grootste concentratie van on-linemarktoperatoren ter wereld.”

New York (VS).

Wall Street. De New York Stock Exchange ( NYSE). Voor de ene het beursmekka van de financiële wereld, voor de andere een anachronisme in het elektronische tijdperk. Want hier lopen de makelaars elkaar nog altijd zenuwachtig voor de voeten op de beursvloer.

De cijfers tonen echter aan dat de NYSE nog altijd de meest liquide en meest succesvolle van de om en bij zestig aandelenmarkten ter wereld is. Ruim 2600 Amerikaanse en meer dan 400 buitenlandse bedrijven noteren op de koerstabellen. Voor deze bedrijven is de NYSE nog altijd dé toegangspoort tot de diepste kapitaalmarkt ter wereld.

De 208 jaar oude NYSE beleeft echter een periode met zware concurrentie. Enkele straten verder kan de technologiebeurs Nasdaq niet zwijgen over zijn wereldwijde ambities. Een dozijn elektronische beurzen of Electronic Communication Networks (ECN’s) maakten hun opwachting als alternatief handelsplatform en pakten al een derde in van de handel in op Nasdaq genoteerde aandelen. En de London Stock Exchange en de Deutsche Börse zouden niets liever willen dan de NYSE van de troon te stoten als de dominante wereldbeurs.

Op de koop toe eisen investeerders, marktspelers en bedrijven meer van de beurzen. De grote markthandelaars zijn de hoge transactiekosten voor de snel toenemende grensoverschrijdende aandelenhandel beu als koude pap. Van januari tot september 2000 werd er bijvoorbeeld vanuit het buitenland in de VS voor 350 miljard dollar aandelen gekocht. Investeerders uit euroland kochten vorig jaar voor 250 miljard dollar aandelen buiten euroland.

Slagen de beurzen er niet in die kosten te drukken, dan zullen de grote marktpartijen zelf de aandelenhandel organiseren. Daar zijn ze al mee bezig. Zakenbank Morgan Stanley Dean Witter en het Zweedse transactietechnologiebedrijf OM Gruppen richtten bijvoorbeeld Jiway op, dat elektronische aandelenhandel in 400 Europese blue chips doet. De wereldwijd opererende ondernemingen roepen op hun beurt steeds harder om de mogelijkheid hun aandeel de klok rond te verhandelen en willen toegang krijgen tot alle kapitaalmarkten, met één lidmaatschap bij één aandelenmarkt.

De traditionele beurzen reageren op het eisenpakket van hun klanten door te bouwen aan die wereldwijde beurs. Dat loopt niet van een leien dakje. Het aantal geflopte allianties en overnames is niet meer te tellen. De inspanningen van Nasdaq en Deutsche Börse gaan gepaard met veel tamtam en tromgeroffel maar met weinig concrete resultaten.

Opvallend is dat ‘s werelds nummer één, de NYSE, zich opvallend gedeisd lijkt te houden in het consolidatieproces. Bouwt de NYSE dan niet aan een wereldwijd beursmodel?

Wie beter dan de Belg Georges Ugeux, executive vice-president van de NYSE, om daarop te antwoorden. Ugeux: “De voorbije jaren liepen de meeste ambities, behalve het Euronext-project dan, op een sisser af. Als NYSE willen we onze plannen pas voorstellen als we er zeker van zijn dat we ze kunnen waarmaken. In juni vorig jaar hebben we trouwens groot nieuws aangekondigd. De NYSE werkt aan de bouw van een Global Equity Market ( GEM), een partnership tussen NYSE en de beurzen van Euronext, Tokio, Hongkong, Sydney, Mexico, Toronto en Sao Paulo. Samen vertegenwoordigen die 60% van de aandelenhandel ter wereld. De uitbouw van deze alliantie vraagt tijd. We kunnen ook een persconferentie organiseren om te vertellen wat we zouden willen doen. Maar dat voegt niet veel geloofwaardigheid toe, wel nog meer verwarring.”

TRENDS. Wat houdt het GEM-project precies in?

GEORGES UGEUX (NYSE). “De GEM zal de aandelen van de grote bedrijven, de zogenaamde ‘blue chips’, de klok rond verhandelen. Dat is wat de klant vraagt. Investeerders en bedrijven willen aandelen continu doorheen de drie tijdzones verhandelen – die van de VS, Europa en Azië. De strategische vraag voor ons was dus: willen wij als NYSE de klok rond open zijn? Om eerlijk te zijn, we waren er niet van overtuigd dat we daartoe in staat waren, omdat de markten die overdag open zijn een groot competitief voordeel hebben op de markten die ‘s nachts open zijn. Daarom besloten we partners te zoeken.”

Een Belgische investeerder zal via de GEM bijvoorbeeld NYSE-genoteerde aandelen kunnen kopen in Brussel. Zal dat goedkoper zijn dan rechtstreeks aandelen te kopen op de NYSE?

UGEUX. “Ja, omdat we veel kosten kunnen besparen op het vlak van de clearing en afwikkeling van een aandelentransactie. Grensoverschrijdende transacties zijn momenteel zo duur omdat elke transactie doorheen verschillende markten en clearingsystemen moet. Die versnippering maakt een grensoverschrijdende aandelentransactie in Europa tienmaal zo duur als een aandelentransactie in de VS, waar er bijvoorbeeld wel één clearingsysteem bestaat. Maar ga van Aarlen naar Luxemburg of van Brussel naar Amsterdam en je moet al door twee clearingsystemen.”

Hoeveel tijd zal de bouw van de GEM vergen?

UGEUX. “Een aantal regionale realisaties – zoals Euronext – kan binnen één tot drie jaar rond zijn. Het hele project zal echter drie tot vijf jaar in beslag nemen.”

Zou het voor de NYSE niet eenvoudiger zijn de eigen competitiviteit te verbeteren en aldus de bedrijven en de aandelenhandel naar zich toe te halen?

UGEUX. “Er is in deze business ook iets als de lokale voorkeur. Het is belangrijk dat we de binnenlandse investeerders aandelen aanbieden van hun thuismarkt in hun eigen munt, verhandeld door tussenpersonen die ze kennen.”

Waarom bouwt de NYSE aan een partnerschip in plaats van via fusies en overnames het doel te bereiken?

UGEUX. “Fusies werpen altijd die ene vraag op, waarover ze dan struikelen. Wat zal de overlevende entiteit zijn? Kijk wat gebeurde met iX, het fusieproject tussen Londen en Frankfurt. De Duitsers vertelden dat de handel in blue chips naar Londen zou gaan en Londen vertelde dat de groeibedrijven naar Frankfurt zouden verhuizen. Wie mocht zich als winnaar uitroepen? Via een partnership kan je de voordelen van een fusie verwezenlijken – lagere kosten – zonder de netelige kwesties erbij te sleuren. Aandelenmarkten zijn trouwens geen gewone bedrijven. Ze moeten hun eigen karakter bewaren, vanuit zowel een politieke als een economische invalshoek. Vorig jaar ontdekten de Europeanen dat de bouw van een pan-Europese beurs heel moeilijk is. Ze zijn er dan ook van afgestapt. De Europese beurzen proberen nu enkel nog de kosten te verlagen, net wat wij ook van plan zijn. De consolidatie is dus van gedaante veranderd. We moeten in de financiële wereld altijd heel voorzichtig omspringen met modeverschijnselen.”

Als de traditionele beurzen er niet in slagen de kosten te verlagen en een 24-urenhandel te organiseren, dan zullen de grote zakenbankiers dat zelf doen.

UGEUX. “Sommigen hebben initiatieven genomen om gedeeltelijk eigenaar te worden van elektronische markten. We zullen wel ontdekken of ze succesvol zijn.”

U twijfelt eraan?

UGEUX. “Het is te vroeg om hun slaagkansen in te schatten, maar het is moeilijk in te denken dat ze het onder elkaar eens zouden raken. Ze zijn heel competitief.”

Denkt de NYSE aan een eigen beursgang? De Duitse beurs trekt naar de beurs om overnamemiddelen in kas te hebben.

UGEUX. “Niet in de nabije toekomst. Op dit ogenblik hebben we geen overnameplannen. Maar we moeten flexibel zijn, omdat de markten zo snel veranderen. Doet er zich een kans voor, dan zullen we niet aarzelen.”

Ondertussen doet ook Nasdaq verwoede inspanningen zijn eigen GEM op te richten.

UGEUX. “Nasdaq bouwt geen wereldwijde beurs. Nasdaq probeert met Nasdaq Europe en Nasdaq Japan lokale aandelenmarkten uit de grond te stampen. Dat kán een 24-urenhandel opleveren. Maar het grote verschil is dat deze markten geen liquiditeit zullen hebben, omdat die liquiditeit bij de lokale traditionele aandelenmarkten zit. Nasdaq presenteert zich dus als een concurrent voor de lokale markten. Wij presenteren ons als een partner. Dat is een heel andere benadering, zowel businessmatig als politiek. Nasdaq maakt veel lawaai, maar is internationaal geen grote concurrent voor ons.”

Vertrekt de NYSE dan uit ‘pole position’ om als eerste een wereldwijde beurs in elkaar te boksen?

UGEUX. “Ja, in die zin ook dat de marktkapitalisatie op de NYSE van niet-Amerikaanse bedrijven de tweede grootste beurs ter wereld is, na de NYSE zelf natuurlijk. De marktkapitalisatie van ongeveer 6 biljoen dollar van de 440 genoteerde niet-Amerikaanse bedrijven ligt boven de marktkapitalisatie van de hele NYSE in 1995. Amerikaanse investeerders bezitten op hun beurt al meer dan 2 biljoen dollar aan niet-Amerikaanse aandelen. In het begin van de jaren negentig was dat niet meer dan 200 miljoen dollar.”

Zal de NYSE de toelatingsvoorwaarden, zoals de boekhoudnormen, verlagen om samenwerking mogelijk te maken met andere beurzen of om nog meer bedrijven aan te trekken?

UGEUX. “Neen. Wat wil de investeerder op een aandelenmarkt? Volledig geïnformeerd zijn. Lagere standaarden zouden een verlies van kwaliteit betekenen, een verlies van vertrouwen en onvermijdelijk een verlies van liquiditeit.”

Is een hoge liquiditeit de belangrijkste troef van een aandelenmarkt?

UGEUX. “Liquiditeit is het middel tot het einddoel, wat wij noemen de price discovery. Dat betekent: kan je de prijs vertrouwen die in een markt wordt gevormd? En als je een aandeel wil verhandelen, krijg je dan ook de beste prijs? Een diepe liquiditeit is daarvoor de beste garantie. De ECN’s missen liquiditeit en slagen er daarom niet in omzet van de NYSE af te pakken. De ECN’s tekenen slechts voor 4% van de handel in NYSE-aandelen. ECN’s zijn geen beurzen. Ze genereren alleen een stroom orders, die ze dan uiteindelijk via ons systeem opsturen.”

De NYSE houdt vast aan zijn typische marktmodel waarbij menselijke tussenpersonen op de beursvloer via een veilingsysteem kopers en verkopers rechtstreeks bij elkaar brengen. Is dat nog van deze tijd?

UGEUX. “Onderschat het belang van de menselijke factor niet. Waarom hebben ons grootste marktpartijen grotere tradingrooms dan wij als die fysieke collocatie niets zou bijbrengen? Bovendien, we kunnen in vergelijking met een aantal jaren geleden meer handel aan zonder dat er meer volk op de vloer rondloopt. Dat betekent dus dat we veel productiviteitswinsten hebben geboekt. Technologie betekent bij de NYSE niet de verbinding tussen twee computers vergemakkelijken, wat simpel is en iedereen doet dat. Maar hou de crowd op de beursvloer in de gaten en je zal merken hoeveel handsets er worden gebruikt. De NYSE heeft wellicht de grootste concentratie van on-linemarktoperatoren met een handset in de wereld. Onze infrastructuur kan 5000 on-linemodems tegelijk aan.”

Het NYSE-marktmodel doorstaat dus de tand des tijds?

UGEUX. “We twijfelen er niet aan dat de klant een keuze zal willen en zal hebben wat betreft het marktmodel. Sommige klanten willen alleen een order doorsturen om het te laten verwerken. Dat doen ze dan via een elektronische markt. Wij hebben ook een elektronische markt gebouwd op de beursvloer zelf, maar we stellen vast dat de 10% orders die nog door de brokers zelf worden uitgevoerd, 50% van het totale handelsvolume vertegenwoordigen. De fysieke aanwezigheid, de ervaring en de intelligentie van de brokers blijven dus van doorslaggevend belang om de klant te dienen. Willen ze dat niet meer, dan kan alles elektronisch, maar dat zal niets aan het veilingmodel veranderen. Dat model biedt de beste liquiditeit en garandeert de marktpartijen de beste prijs.

“Het Nasdaq-marktmodel is daarentegen een dealersmarkt met marktpartijen die zelf de markt moeten maken. Dat model is vooral in het belang van de dealers zelf gestructureerd. Dat willen wij niet en daarom houden we vast aan het veilingmodel. Globalisatie heeft immers pas zin als ze investeerders en genoteerde bedrijven wat bijbrengt. Het Nasdaq-model maakt alleen de marktmakers rijker.”

Is één wereldwijde beurs het eindstation of blijft een zekere vorm van concurrentie tussen beurzen een must?

UGEUX. “De grootste fout die men kan maken is te geloven dat globalisatie betekent dat er één wereldwijde aandelenmarkt moet overblijven. Er zullen verschillende marktmodellen blijven bestaan om de aandelenhandel te organiseren. Deze modellen zullen concurreren met elkaar. Dat is nuttig en gezond. Het overblijven van één grote aandelenmarkt zou een slechte zaak zijn.”

Daan Killemaes

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content