De gebruinde ijsbeer

Een jaar na zijn aanstelling is CEO Lars Olofsson er niet in geslaagd de grote ommekeer bij Carrefour teweeg te brengen. De francofiele Zweed die de tweede grootste winkelketen ter wereld, na Wal-Mart, uit het slop moet halen, deed dan ook alleen ervaring op aan de leverancierskant.

Snijden, zorgen dat de druk voldoende hoog blijft op de juiste plaatsen, verkeerde stromen onderbreken en ze weer de goede kant uitsturen. In zijn kantoor op de negende verdieping van het Carrefour-gebouw in Parijs doet Lars Olofsson dat voor de winkelketen die ook in België spannende tijden beleeft. Als je het zo stelt, lijkt het behoorlijk op de droombaan die hij als kleine knaap voor ogen had, die van chirurg. Toch zagen zijn drie zoons hem nooit in groen dokterstenue, maar met strak gesneden maatpak over zijn altijd gebruinde huid. Hun grootvader baatte al een groothandel in bloem uit en een jaar geleden stapte ook Lars Olofsson van de leverancierskant over naar de distributiekant. Hij ruilde na 32 jaar bij voedingsgigant Nestlé zijn functie als executive vice-president strategic business units marketing and sales in voor het CEO-schap van Carrefour.

Olofsson verscheen op de radar van de winkelketen nadat hij de Belg Paul Bulcke moest laten voorgaan als nieuwe CEO van Nestlé. Al werden de belangrijkste contacten al eerder gelegd. Toen Olofsson in de jaren negentig anderhalf jaar mee het Zweedse voedingsbedrijf Procordia leidde, ontmoette hij Amaury de Sèze. Die was toen lid van het uitvoerend comité van Volvo, een aandeelhouder van Procordia. De Sèze was Olofsson nog niet uit het oog verloren toen hij in de herfst van 2008, als vertrouweling van hoofdaandeelhouder Blue Capital, voorzitter werd van Carrefour. Olofsson van zijn kant kende Carrefour erg goed nadat hij tussen 1997 en 2001 als CEO van Nestlé Frankrijk werkte. Bovendien volgde hij later Carrefour van dichtbij, toen elke Nestlé-directeur één internationale distributeur in de gaten moest houden.

Positie op het spel

Een jaar na zijn aanstelling, wordt de grote, elegante Olofsson door sommigen nog steeds gezien als een typische nummer twee. Als iemand die bijna uitsluitend de belangen van de hoofdaandeelhouder behartigt. Blue Capital zou bij name van luxekeizer Bernard Arnault (LVMH) en de vastgoedmaatschappij Colony in werkelijkheid aan de touwtjes trekken. Het duo bezit zo’n 14 procent van Carrefour sinds het 3 miljard euro in de winkelketen investeerde in 2007.

“De raad van bestuur heeft mij gekozen om de prestaties van de groep te verbeteren. Ik gebruik hun kennis en ervaring, maar alle beslissingen die ik neem, komen de klanten, de medewerkers en alle aandeelhouders ten goede”, verhelderde Olofsson vorig voorjaar in Le Figaro. Door met Carrefour toch actief te blijven in China en Brazilië zou hij bovendien zijn positie op het spel hebben gezet. Blue Capital zou het liever anders hebben gezien om snel de waarde van zijn aandeel op te krikken. Olofsson kon zich ook niet populair maken bij de bekendmaking van de jaarresultaten. De nettowinst daalde met 70 procent tot 385 miljoen euro. De omzet ging met 1,2 procent naar beneden tot zo’n 86 miljard euro.

Erg slechte verliezer

Olofsson houdt er dus ook zijn eigen overtuigingen op na. Hoewel hij geen concrete ervaring had in de distributie en in deze moeilijke periode geen tijd krijgt om daar verandering in te brengen. “Lars kwam altijd al uit voor zijn eigen mening”, bevestigt voormalig Carrefour-voorzitter Luc Vandevelde. “Hij heeft er mee voor gezorgd dat Nespresso niet in de grootdistributie terechtkwam. Dat was niet eenvoudig, maar heeft wel het grote succes van het product mee bepaald.” In maart vorig jaar uitte Olofsson ook al duidelijk zijn mening dat een status-quo van Carrefour België geen optie was.

Of Olofsson met zijn verscherpte merkaanpak van Carrefour ook werkelijk weer een winnaar maakt, valt nog af te wachten. Voor de gemoedsrust van de Zweed is het te hopen van wel. In de club Golf de Joyenval, staat hij bekend als een speler die erg slecht tegen zijn verlies kan. Ook in zaken blijkt hij meer dan normaal te kicken op overwinningen. In 1990 slaagde hij er bijvoorbeeld met Nestlé in de babyvoedingfabrikant Gerber uit de Franse markt te concurreren. Het verhaal wil dat hij van een van hun potjes een trofee liet maken en die overal meezeult.

Door Sjoukje Smedts/Illustratie Jens Claessens

In zijn golfclub staat hij bekend als een speler die erg slecht tegen zijn verlies kan. Ook in zaken blijkt hij meer dan normaal te kicken op overwinningen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content