De eerste resultaten zijn er

Analisten hadden veel betere resultaten verwacht voor het tweede kwartaal van 2010, maar voorlopig blijven die uit.

De meeste analisten verklaarden zes maanden lang dat de bedrijfsresultaten voor het tweede kwartaal uitstekend zouden zijn. Tekenen van herstel die in het eerste kwartaal al duidelijk waren en een gunstige vergelijkingsbasis – de laagste winsten werden in het tweede kwartaal van 2009 geboekt – voor de meeste sectoren zorgden voor dat optimisme. Maar voorlopig wordt dat nog niet weerspiegeld in een duurzaam marktherstel. Het resultatenseizoen is weliswaar nog maar net begonnen, maar we proberen toch al enkele verklaringen te vinden.

Ongevoelige markt?

De beleggers anticipeerden op uitstekende resultaten, en dus zitten die al in de koersen verrekend. De bedrijven zullen dan ook die hoge verwachtingen op een spectaculaire manier moeten overtreffen om een reactie uit te lokken op de markten. Etienne de Callataÿ, hoofdeconoom bij Bank Degroof, heeft het over ‘gewenning’: “De ondernemingen konden al een aantal kwartalen op rij aangenaam verrassen en de kans bestaat dat dat niet langer werkt. De markten zijn eraan gewend geraakt en het verrassingseffect is dus grotendeels verdwenen.”

Daarnaast zijn de resultaten over het algemeen wel bevredigend, maar er waren toch ook een aantal grote tegenvallers, zoals bij Texas Instruments, Google en Goldman Sachs. Die hebben vaak te maken met de verkopen en de vooruitzichten van de bedrijven. In 2009 en in het eerste kwartaal van 2010 kwamen de hogere winsten vooral van kostenverminderingen en van een tijdelijk element: de herbevoorrading. Dat stelt Philippe Lecoq, co-beheerder Europese aandelen bij Edmond de Rothschild Asset Management. De kwaliteit van de resultaten verbeterde in het eerste kwartaal van 2010. Toen werd er een stijging van de verkopen vastgesteld – wat op een toenemende vraag wijst. “Maar uit de recente vooruitzichten van de bedrijven kunnen we afleiden dat er voor het derde kwartaal een vertraging verwacht wordt, vooral in de industrie. Het herbevoorradingseffect zal afnemen, net als de maatregelen die bedoeld zijn om de consumptie opnieuw aan te zwengelen (schrootpremies voor auto’s, bouwpremies enzovoort). Tegelijkertijd zullen de productiekosten stijgen en dat zal op de marges wegen”. Die evolutie van markten en economie doet denken aan het scenario van 2004, toen na een jaar van sterk herstel na de crisis de groei normaliseerde en de markt stagneerde voor er zich een nieuwe zeepbel begon te vormen.

Een andere mogelijke verklaring voor de besluiteloosheid van de markten is van macro-economische aard. De voorbije weken stelden de Chinese en de Amerikaanse indicatoren teleur, aldus Etienne de Callataÿ. Het gaat om de indicatoren groei, industriële productie, vastgoed en consumptie. Hij blijft echter wel zijn vertrouwen behouden in het winstpotentieel van de ondernemingen (met een combinatie van kostenverlagingen, loonmatiging en een – matig – herstel van de verkopen). Hij verwacht ook niet dat in Europa de besparingsplannen te zwaar op de ondernemingen zullen wegen, behalve in de financiële en de nucleaire sector. De overheden hebben immers begrepen dat ze binnen een context van internationale en fiscale concurrentie een vitale hefboom voor de groei vormen. Etienne de Callataÿ maakt zich ook niet echt grote zorgen over de eerder voorzichtige verwachtingen van de bedrijfsleiders: “Zij zijn niet beter geplaatst dan economen om voorspellingen voor zes tot negen maanden te doen. Een ezel stoot zich geen tweemaal aan dezelfde steen: de onzekerheid is groot en deze nieuwe houding is gezond. Het is in elk geval beter dan de indruk geven dat men grote vooruitgang boekt en er een stijging van zoveel procent zal komen.” Bart Van Leemput, hoofd aandelenresearch bij KBC Asset Management, bevestigt dat: “Hoewel de resultaten voor het tweede kwartaal tot nog toe boven de verwachtingen uitkwamen, reageren de markten niet bepaald euforisch. Dat heeft te maken met de erg conservatieve verwachtingen van de ondernemingen, die gezien de macro-economische context redelijk zijn. De markt focust op de Amerikaanse macro-indicatoren, die teleurstelden en de kansen op een snel en stevig herstel beperken. Wij menen dat ze wijzen in de richting van een zwak herstel in de industrielanden (en een sterke groei in Azië), maar dat ze geen nieuwe daling aankondigen.” (C)

Door Béatrice Denis

“Uit de recente vooruitzichten van de bedrijven kunnen we afleiden dat er voor het derde kwartaal een vertraging verwacht wordt.”

“De ondernemingen konden al een aantal kwartalen op rij aangenaam verrassen en het verrassingseffect is dus grotendeels verdwenen.”

“Dit jaar is voor Sipef de visibiliteit wat de winst betreft groot, want de groep heeft het merendeel van de productie al aan mooie prijzen verkocht.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content