De diepmenselijke oorlog

In het universitaire wereldje is grijs de hoofdkleur. Maar er zijn ook uitzonderingen. Wetenschappers die niet om een provocatie verlegen zitten. En soms ook leerrijke dingen te vertellen hebben. De Israëlische historicus Martin van Creveld is zo iemand. Zijn naam klinkt Nederlands, en dat is hij ook. Van Creveld (63) werd boven de Moerdijk geboren in een gezin van overtuigde zionisten. Toen hij vier jaar was, zette de familie de tering naar de nering en week naar Israël uit. Een gedegen kennis van de taal van Vondel is het blijvende resultaat van deze roots.

Het zionisme dat hij met de paplepel meekreeg, is diep geworteld. Israël, dat is voor hem een groots politiek succesverhaal, want “geen enkel land maakte ooit op zo’n korte tijd zo’n vooruitgang”. Waarvan akte. Maar een staat uitbouwen te midden van een regio vol gevaren doe je niet door een pacifistische lijn te volgen. Wat te denken van volgende provocatieve uitspraak: “We beschikken over honderden kernwapens die we in alle richtingen kunnen afvuren (…) We kunnen de hele wereld mee de dieperik in sleuren. En ik garandeer u: dat is precies wat zal gebeuren als Israël ten onder gaat.” Het is er eentje uit een lange rij. Enkele jaren geleden zei hij nog dat Iran dom zou zijn indien het geen kernwapen zou bouwen. Ook over de oorlog in Irak had hij een uitgesproken mening: “de meest dwaze invasie sinds keizer Augustus in de eerste eeuw voor Christus besloot Germania binnen te trekken”.

Martin van Creveld is niet alleen een man met een uitgesproken mening. Hij laat ook geen kans liggen om ze te ventileren. Zo trekt hij in Oorlogscultuur, zijn recentste boek, ten strijde tegen von Clausewitz voor wie – het adagium is overbekend – oorlog de voortzetting van politiek was met andere middelen. “Je kunt oorlog zoals Sun Tzu ook beschouwen als een noodzakelijk kwaad”, liet hij zich ooit ontvallen. “Ik stel dat je oorlog in de traditie van de Nederlandse historicus Huizinga als een groot spel kunt zien. Het spel is ook de essentie.”

Oorlog is niet alleen iets menselijks, het is ook een aparte cultuur. Dat zie je aan schijnbaar onbelangrijke zaken als de kleur van uniformen, mutsen, maar ook bepaalde inwijdingsrites. Oorlog voeren is een diepgewortelde menselijke activiteit, die een enorme fascinatie uitoefent op deelnemers én toeschouwers. “Wie dit niet erkent, zal oorlog niet begrijpen.”

Si vis pacem, bellum para (wie vrede wil, bereidt zich op de oorlog voor) is hét credo van Martin van Creveld. Dat voorbereiden gebeurt door de militairen en hun gebruiken (oorlogscultuur) in ere te houden. Van rituelen over training, tot allerhande monumenten voor de gevallen helden. Want oorlog, die verdwijnt niet, ook al neemt die in deze 21ste eeuw andere vormen aan dan weleer. Bij een dergelijke kijk op de dingen hoort ook een stevige sneer naar ‘de pacifisten’. In het laatste hoofdstuk komt die er ook. “Mannen zonder pit”, noemt hij ze. “Doorheen de tijden hebben ze toen het erop aankwam de oorlog toch gesteund. Nooit echter gaven ze de doorslag. Ze maken een fundamentele fout oorlog voor te stellen als het werk van slechts enkele boosdoeners. Op die manier misken je de menselijke natuur en de plaats die oorlog erin “neemt.”

MARTIN VAN CREVELD, OORLOGSCULTUUR, STANDAARD UITGEVERIJ, 2009, 608 BLZ, 39,95 EURO

MVD

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content