De betaalbare boodschappenlijst voor de Aarde

“Zonder Groen! gaat de Vlaamse natuur naar de verdoemenis. Groen! is noodzakelijk en verdient uw steun.” Ach. In Kopenhagen kon u tijdens de Vlaamse verkiezingscampagne leren dat ecologie beter in de handen zit van statistici en economen dan van de groenen. Red de wereld, inderdaad, maar leer eerst tellen en zet dus Kyoto op de laatste plaats.Kopenhagen (Denemarken)

Vergeet de bangmakerij van The Day After Tomorrow en de bevroren wolkenkrabbers van New York. De nieuwe film toont hoe het broeikaseffect de Warme Golfstroom stillegt, waardoor op zes dagen een nieuwe ijstijd ontstaat en Manhattan eerst nog eens in een Venetië verandert.

Hoeft het gezegd dat deze rampenfilm de specialisten ergert? De wetenschappelijke wereld heeft al voldoende aangetoond dat het Verdrag van Kyoto geen urgentie waard is. Wie ecologie koppelt aan logica en economie, heeft veertien dossiers die even uitdagend en belangrijk zijn en voor een lager bedrag een veel hogere opbrengst hebben aan geredde mensenlevens en groei. Niet dat de klimaatopwarming niet bestudeerd moet worden. Maar van paniek mag geen sprake zijn: de klimaatopwarming is een veronderstelling van een omslag die zich eventueel traag zal vertonen in de 21ste eeuw. Veel interessanter op het gebied van value for money is het om aids te bestrijden. Het Tropisch Instituut van Antwerpen en dr. Peter Piot van Unaids komen beter van pas dan Kyoto.

Wie zijn de prettig gestoorden die dat beweren? Acht heren en dames van zwaar kaliber die einde mei zes dagen discussieerden in Kopenhagen.

Groene leugens en mythes

Keuzes maakt iedereen. Een groene militant trekt naar de bioboer met een lijstje: 10 kilogram wortelen, 3 tarwebroden, 6 flessen appelsap enzovoort. Zijn portemonnee is niet onbeperkt dik en hij kiest. Een winkelverslaafde trekt naar een shoppingpaleis aan de stadsrand met een lijstje: 3 paar schoenen, 6 hemden, 2 pantalons, 3 cd’s, 1 boormachine, 4 tuinstoelen enzovoort. Ook zijn portemonnee is niet onbeperkt dik en hij kiest.

“Weinig mensen hebben het geluk om zich alles te kunnen aanschaffen, dus maakt iedereen keuzes: meer van het ene betekent minder van het andere. Een euro kan niet tweemaal uitgegeven worden,” zegt Björn Lomborg. “Vreemd genoeg is die vaststelling afwezig bij een discussie over een van de meest belangrijke keuzes die de wereld moet maken: hoe besteden wij het geld voor het verbeteren van de levensstandaard van de 6 miljard aardbewoners? Stoppen wij dat geld in aidsbestrijding, opvoeding, klimaatverbetering, conflictbestrijding, besmettelijke ziekten…? De vrees van vandaag voor de klimaatverandering is de vrees van gisteren voor de overbevolking en de vrees van morgen voor hongersnood. De kosten-batenanalyse moet uit de kast en toegepast worden op de uitdagingen van de 21ste eeuw.”

Björn Lomborg is een Deense prof in de statistiek en ex-lid van Greenpeace. In 2001 publiceerde hij ‘The Skeptical Environmentalist’ bij Cambridge University Press. Boe en bah werden zijn beloning. In dat dikke boek, vandaag een klassieker die in geen enkele bedrijfsbibliotheek mag ontbreken, hakte Lomborg de griezelverhalen van Greenpeace, Worldwatch Institute, World Wide Fund for Nature, David Pimentel en andere groene dominees aan spaanders. Lomborg ontvleesde de groene cijfers en bewees dat zij onbewust en soms bewust foute redeneringen, regelrechte leugens en moderne mythes opdisten. De litanie van groen is kromtaal.

Eeuwig in jeans, een blauw poloshirt, op sportschoenen en blond Scandinaafs – hij zou mannequin kunnen zijn van Carlsberg – organiseerde Björn Lomborg in de slotdagen van mei de Copenhagen Consensus. In de Deense hoofdstad verzamelde Lomborg, vandaag directeur van het Environmental Assessment Institute – met de steun van de centrumrechtse regering- Rasmussen – acht wereldexperts voor de tien grote uitdagingen van de wereld (zie kader: Uitdagingen voor de wereld). Björn Lomborg snuift: “Men verwijt mij dat ik antigroen zou zijn. Het tegendeel is waar: mijn bekommernis is om meer redelijkheid en prioriteiten in het debat te brengen. Is het zinvol om nu modieus te investeren in de hypothetische gevolgen van de klimaatverandering of is het zinvoller om een afweging te maken tussen de kosten en de baten van de vrijhandel of de kosten en de baten van het versneld optrekken van het scholingspeil in de ontwikkelingslanden? Het gaat me om een betere wereld met een rationele inzet van de per definitie beperkte middelen. Het bepalen van prioriteiten wordt door de radicale ecologen beschimpt als onethisch, alles moet tegelijkertijd en vandaag worden aangepakt. Dat is utopisch en contraproductief. Ik beoog een verzoening tussen ecologie en economie.”

Nobelprijswinnaars kiezen 10 ontwikkelingsproblemen

In het centrum van Kopenhagen verkocht het Jongerenforum van de Copenhagen Consensus blauwe balletjes tegen vijf kronen. De balletjes konden door de koper, afhankelijk van zijn voorkeur voor de oplossing van één of meerdere van de tien wereldproblemen, in één van tien glazen buizen worden gedeponeerd. Een speelse volksraadpleging met succes op de Ostergade.

De buis voor de kamp voor schoon water zat na twee dagen vol. Lomborg: “Ik maak graag de vergelijking met de dokters van een overbelast ziekenhuis. Wat zou u denken als zij weigerden een schifting te maken van de zieken in functie van de hoogdringendheid van hun behandeling en, integendeel, de patiënten zouden opnemen waarvan de families het meeste lawaai maken? De selectie van de uitdagingen van de globe legde Lomborg in de handen van acht voortreffelijke economen, waaronder drie Nobelprijswinnaars: Robert Fogel van de University of Chicago; Douglas North van Washington University, St. Louis; en Vernon Smith van George Mason University. De overige vijf zijn eveneens grote kanshebbers op een Nobelprijs: Jagdish Bhagwati van Columbia University, Bruno Frey van Universität Zürich, Justin Yifu Lin van Beijing Universiteit, Thomas Schelling van de University of Maryland en Nancy Stokey van de University of Chicago. Deze acht koesterden het – sommigen zeggen “belachelijke” – voornemen om groei, aids, opwarming, besmettelijke ziekten, onderwijslacunes enzovoort te meten met vergelijkbare kosten-batenanalyses.

Wat is de prioriteit als er extra geld vrijkomt – 50 miljard dollar bijvoorbeeld – voor wereldverbeteringen? De acht en Björn Lomborg selecteerden tien zwakten van de planeet op basis van de prioriteiten van de Verenigde Naties en andere internationale organisaties. Daarop werden experts van elke kwaal gezocht die een studie schreven met de klemtoon op de kosten en de baten van hun voorstellen.

Björn Lomborg: “Een van de methodologische problemen voor vergelijkbare kosten-batenanalyses is de keuze van de discontovoet, zodat kosten en baten die gemaakt of verdiend worden over een lange periode kunnen worden uitgedrukt in hun waarde anno 2004.” De tien studies vormden de basis voor de discussies van de acht toplui in Kopenhagen. De denkoefening leidt tot een boek dat in de zomer verschijnt. De Copenhagen Consensus heeft de webstek www.copenhagenconsensus.com waarop de namen van de discussianten en hun teksten staan.

De lijst van tien ontwikkelingsproblemen omvat de essentiële uitdagingen en staat niet boven verwijten (“Waarom geen discussie over de rol van de vrouwen?” was een klassieker op de persconferenties van de Copenhagen Consensus). Björn Lomborg: “Ook in de lijst van uitdagingen moest worden gekozen om de gedachtewisseling niet topzwaar te maken en ik denk dat de tien challenges voor de Copenhagen Consensus de kern raken van onze toekomst.”

Wat is het besluit van de acht experts? De top van de lijst (zie kader: Uitdagingen voor de wereld) wordt aangevoerd door de strijd tegen aids. Daarop volgen maatregelen om de ondervoeding te keren. Op nummer drie prijken ‘multilaterale en unilaterale acties om de handelsbarrières te verlagen en de landbouwtoelagen te schrappen’ en daarover was al meteen heibel tussen de economen (“Waarom staat dit punt niet hoger?”) en niet-gouvernementele organisaties (NGO’s) (“Waarom staat het zo hoog?”). Zonder veel tegenkanting verschijnen op de vierde plaats: nieuwe maatregelen tegen malaria. De acht panelleden gaven deze vier prioriteiten de kwalificatie “zeer goed” omdat zij een zeer hoge baat halen, vergeleken met de kost: soms met een factor van één dollar kosten tegen tien of meer dollar baten.

De panelleden gaven zonder tegenstribbelen de voorkeur aan de aids-campagnes omdat de studie van de discussianten – Anne Mills en Sam Shilcutt van de Londense School of Hygiene and Tropical Medecine – berekende dat voorzorgsmaatregelen van 27 miljard dollar over een periode van acht jaar bijna 30 miljoen nieuwe besmettingen zouden voorkomen (een vermindering van de besmettingen van 45 naar 17 miljoen). Een combinatie van condoomdistributie met de behandeling van prostituees zou 4 dollar kosten per extra jaar per persoon zonder ziekte. De impliciete verhouding tussen baat en kost is 500.

Kyoto: veel geld voor weinig baat

De ruzie – niet onder de acht experts maar wel onder de NGO’s en groenen – over de rangorde van de Copenhagen Consensus zal losbarsten over de staart van de lijst. Daar staan de oplossingen voor de uitdagingen met de karakterisering “slecht”, dus met de inzet van veel geld voor weinig baat. Het Verdrag van Kyoto over de verlaging van de broeikasgassen (de reden van de opwarming van het klimaat, aldus een roerige groep van klimatologen) zakt naar het nummer 16.

Was de laatste plaats voor de bestrijding van de broeikasgassen een doorgestoken kaart en de Copenhagen Consensus een schlemielige streek van Lomborg en zijn vrienden om hun gelijk te halen? Björn Lomborg: “Ik beweer al in The Skeptical Environmentalist dat de aandacht voor de broeikasgassen extreem is en Kyoto veel geld zal kosten voor een eerder miniem en onbewijsbaar resultaat. Het zou wel eens kunnen dat een hap geld voor schoon water meer mensenlevens en economieën zal redden.”

De discussant voor klimaatverandering was William Cline van het Centre for Global Development. Hij is pro-Kyoto en verdedigt strengere maatregelen dan deze van het Kyoto Verdrag om de koolstofuitstoot te verlagen. “Over de plaats van de klimaatverandering in het prioriteitenlijstje was tussen de acht economen geen afwijkende stem,” vertelt Björn Lomborg. Robert Mendelsohn van Yale University gaf commentaar op de voorstellen van William Cline en stelde een belasting van 2 dollar per ton koolstof voor, in tegenstelling tot 150 dollar, de hoogste variant van Cline. Die 2 dollar zou dan later kunnen stijgen als meer informatie verzameld is over de gevaren van en de technologische middelen tegen broeikasgas.

De nieuwe minister van Milieu van de Vlaamse regering kan dommere dingen doen dan zich te laven aan de Copenhagen Consensus en de redelijkheid die daaraan ten grondslag ligt. De Vlaamse minister van Milieu is beter een rekenaar dan een militant van Groen!Frans Crols

Frans Crols

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content