De babbel in Jackson Hole

Centrale bankiers, beleidsexperts en zorgvuldig gekozen academici zakken jaarlijks eind augustus af naar Jackson Hole, Wyoming. In een feeërieke omgeving debatteren ze in besloten kring over de grote financiële en economische problemen waarmee de planeet zich geconfronteerd ziet. Sinds de financiële crisis in 2008 keihard toesloeg, is de sfeer op deze hoogmis van ‘s werelds economische bollebozen ietwat bedrukter.

Af en toe doen zich daar historische momenten voor, bijvoorbeeld toen de hoofdeconoom van het IMF, Raghuram Rajan, in 2005 zijn paper Has Financial Development Made the World Riskier? presenteerde. Rajan antwoordde positief op die vraag. Hij argumenteerde dat er iets fundamenteel fout zat op de financiële markten en dat dat ons wel eens heel zuur zou kunnen opbreken. Onder meer Larry Summers, minister van Financiën onder president Bill Clinton en korte tijd economisch hoofdadviseur van president Barack Obama, spijkerde Rajan keihard tegen de muur voor zijn onverantwoorde en ongegronde pessimisme. Summers wordt niet graag herinnerd aan die verwijten.

Aan thema’s dit jaar geen gebrek. Er is uiteraard de eurocrisis en de bankencrisis, er is de terugval van de groei in landen als China, India en Brazilië en er is de stilvallende heropleving in de Verenigde Staten. Het is een méér dan aangewezen ogenblik voor centrale bankiers om zich te bezinnen over hun rol in de economie. Met de Amerikaanse Fed, de Europese Centrale Bank (ECB) en de Bank of China als toonzettende spelers pompten de centrale banken de voorbije jaren gigantische hoeveelheden liquiditeiten in het circuit. De resultaten van al die injecties zijn niet opzienbarend, want zowat overal gaat het niet echt goed met de economische groei.

Het is één zaak om de ineenstorting van het financieel-bancaire systeem en een herhaling van het scenario van de Grote Depressie van de jaren dertig te voorkomen. De Fed, de ECB en de andere centrale bankiers zorgden er inderdaad voor dat een dergelijke implosie in 2008-’09 niet plaatsvond. Ze verdienen daarvoor lof en respect. Maar het is een andere zaak om via doorgedreven monetaire stimuli de economische groeimachine weer aan de praat te krijgen. Het is duidelijk dat de acties van de centrale banken er niet voor kunnen zorgen dat consumenten hun portemonnee weer bovenhalen en dat ondernemingen voluit investeren. Meer nog, potentieel negatieve gevolgen van die acties van centrale banken dreigen zich steeds nadrukkelijker voor te doen.

De voornaamste oorzaak van de zich mondiaal manifesterende terughoudendheid van consumenten, producenten en investeerders is onzekerheid. Hoe evolueert de eurocrisis? Hoe gaan de Chinezen om met de noodzakelijke en diepgaande wijzigingen aan hun economisch model? Krijgen de Amerikanen hun begrotings- en schuldenproblematiek onder controle of verzandt het land compleet in politieke patstellingen? Centrale bankiers kunnen aan deze en andere fundamentele elementen van wereldwijde financieel-economische onzekerheid niks verhelpen. Het enige wat ze kunnen doen, is voor de politieke bewindvoerders enige tijd- en ademruimte creëren om tot de nodige structurele ingrepen te komen.

Er kleeft een zware beperking aan de mogelijkheden van de centrale bankiers om het leven van de politici iets makkelijker te maken. De ruimte geschapen door de geldbazen kan misbruikt worden om veel te weinig te doen. Waarom zouden politici zich uitsloven om allerhande pijnlijke en electoraal hoogst onaantrekkelijke ingrepen erdoor te jagen als de centrale bank toch de kastanjes uit het vuur haalt? Dat die centrale bank dat niet kan blijven doen, is niet echt een zorg voor de meeste politici. De tijdshorizon voor deze laatsten is meestal korter dan de cyclus die centrale bankiers met hun acties kunnen overbruggen.

De les voor de centrale bankiers in Jackson Hole is dat ze zich ten gronde moeten bezinnen over hun job: het bewaken van de prijsstabiliteit en het goed functioneren van het financieel systeem. De economische groei aanzwengelen, ligt al een stuk moeilijker. Waar centrale bankiers absoluut weer van weg moeten, zijn de politieke agenda’s. Die gaan hun professionele petje te boven.

JOHAN VAN OVERTVELDT, Hoofdredacteur

De centrale bankiers moeten zich bezinnen over hun job.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content