De avonturen van Abeman

Shinzo Abe moet in 2014 doen wat hij beloofd had: de deflatie verslaan en de economie eindelijk weer op gang trekken.

De Japanse premier Shinzo Abe doet zijn landgenoten denken aan hun legendarische helden. Abe heeft beloofd het deflatiemonster te verslaan, de rots van de overdreven regulering te verbrijzelen en de stagnerende economie weer tot leven te kussen. 2014 wordt het jaar van de afrekening. Een reeks beproevingen zal aantonen of Abe echt een sprookjesprins is, of gewoon weer een politieke kikker.

De zwaarste test wordt de verhoging van de consumptiebelasting, de Japanse versie van onze btw. Voor Abe heeft slechts één politicus dat aangedurfd. Met 5 procent is die belasting een van de laagste in de rijke wereld en Abe wil hem in de lente opvoeren tot 8 procent. Veel alternatieven lijken er niet zijn, omdat zware besnoeiingen in de sociale bestedingen voorlopig politiek onhaalbaar zijn. Japan moet dringend greep krijgen op zijn leningen. Die liepen in 2013 op tot 10,3 biljoen dollar. In 2014 slorpt die reusachtige schuldenlast alleen al aan intrestkosten een recordbedrag van 25 biljoen dollar op.

De verhoging van de consumptiebelasting kan de doodsklok luiden over ‘abenomics’. Ze kan ertoe leiden dat de Japanse economie gedurende een kwartaal krimpt omdat de mensen die geld uitgeven voor de verhoging ingaat, daarna de hand op de knip houden. De laatste keer dat de belasting verhoogd werd, in 1997, sloeg de angst de shoppers om het hart en volgde een lange periode van stagnatie. Dat er tegelijk een crisis op de financiële markten woedde in de regio, maakte het er allemaal niet beter op. Om dat te vermijden, zwaait Abe met budgettaire stimuli. Maar als de optimisten gelijk krijgen en de uitgelaten stemming houdt aan in het land, dan leeft de groei opnieuw op.

Dat herstel kan zeer snel vervagen, mocht Abe niet opgewassen zijn tegen de tweede grote uitdaging van het jaar. Tot dusver vermeed hij de meest gigantische opdracht van abenomics: de economie dereguleren en de al lang noodzakelijke structurele hervormingen doorvoeren. Zijn excuus waren de verkiezingen voor het Hogerhuis in 2013. Uiteindelijk won zijn partij vlot.

Militair ontwaken

Politiek wordt het een kalm jaar. De LDP van Abe domineert de beide kamers van het parlement met haar partner, de door de boeddhisten ondersteunde partij Nieuw Komeito. Er is dus geen excuus meer: van Abe wordt verwacht dat hij de klus grotendeels afmaakt en de wetten laat aannemen die nodig zijn voor echte hervormingen. Als hij daarin niet slaagt tegen het einde van 2014, kan het zijn dat de teleurgestelde investeerders wegtrekken en de beurs volatiel wordt. Ook de obligatiemarkt kan dan reageren.

Aan het einde van het jaar loopt het radicale monetaire experiment van de Bank of Japan bijna af. Tegen dan moet duidelijk zijn of de door Abe zorgvuldig uitgekozen centrale bankier Haruhiko Kuroda de deflatie kan verjagen. Zijn deadline om een inflatie van minstens 2 procent tevoorschijn te toveren, valt in de lente van 2015. Vermoed wordt dat hij erin slaagt de prijzen op te jagen, zij het met iets minder dan 2 procent (zie grafiek). Vooral energie en voeding beloven duurder te worden.

De gespannen verhoudingen met Japans buren moeten dringend verbeteren, maar ze evolueren in tegengestelde richtingen. De starre nationalist Abe tracht toenadering te zoeken tot China en Zuid-Korea, net zoals toen hij eerste minister was in 2006-2007. Hij doet flink zijn best om de eerste topontmoetingen met de Chinese president Xi Jinping en de Zuid-Koreaanse leider Park Geun-hye vast te leggen.

De confrontatie over een betwiste groep eilandjes in de Oost-Chinese Zee bemoeilijkt de opening naar China. De regering heeft gezegd dat ze mogelijk ‘openbare ambtenaren’ — een categorie die ook soldaten omvat — posteert op de Senkaku-eilanden (die in China bekendstaan als de Diaoyu’s). Dat zou de betrekkingen grondig vertroebelen. Ondertussen drukt Abe een plan door om Japan te bevrijden van zijn naoorlogse pacifisme. In 2014 slaagt hij er wellicht in het verbod op collectieve zelfverdediging, dat het zichzelf oplegde, te lichten. Japanse troepen zouden dan een bondgenoot te hulp kunnen snellen. Maar de buurlanden zien daar wellicht een uiting van militair expansionisme in.

Er bestaat een kleine kans dat de LDP en Abe in 2014 te maken krijgen met een capabele oppositie. Na een verpletterende nederlaag in de verkiezingen voor het Hogerhuis, vecht de Democratische Partij van Japan, de belangrijkste rivaal van de LDP, voor haar toekomst. Wisselende allianties en splitsingen kunnen een nieuwe politieke macht in het leven roepen. Maar het is moeilijk om de aandacht van de kiezers af te leiden van de voortgang van de abenomics en de nakende climax van het verhaal.

De auteur is bureauchef van The Economist in Tokio

TAMZIN BOOTH

De zwaarste test wordt de verhoging van de consumptiebelasting.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content