CROMBE. DE GOUDEN ROTS

Dat investeren in automatizering ook bijkomende banen kan creëren, bewijst het marmerbedrijf Crombé.

Het Brusselse marmerbedrijf NV Crombé lokte op de jongste Open Bedrijvendag liefst 1500 bezoekers. “Een overrompeling” vindt Hervé Grenon, commercieel medewerker.

De geïnteresseerden konden met eigen ogen de specialiteit van het huis beoordelen : het handsnijwerk door gekwalificeerde marmerbewerkers, ondersteund door een geïnformatizeerd produktie-apparaat. Tot de automatizering van het machinepark werd in 1992 besloten, en dat leverde vreemd genoeg extra jobs op. Er werd 115 miljoen frank in het bedrijf gepompt, het aantal werknemers klom naar 45. Naar alle waarschijnlijkheid halen die dit jaar een omzet van 110 miljoen frank. In 1982 was dat amper 7 miljoen frank, met toen nog drie werknemers.

Het 100 %-familiebedrijf van Jean Crombé doet het dus niet slecht. In de yuppie-jaren tachtig was marmer plots weer in : nieuwe rijken zagen graag hun badkamer in marmer. Er was wel een knik in 1994, want toen daalde de omzet naar 85 miljoen frank. “Wij voelen de krisis na de bouw, ” verklaart Hervé Grenon. “Marmerwerk komt altijd op het laatste ogenblik. En in tijden van krisis is een luxeprodukt het eerste waarop men snoeit. “

Want marmer blijft een luxeprodukt. Over de klanten doet Grenon vrij diskreet, maar de meesten zijn “rijk”. De orders gaan van 10.000 tot 20 miljoen frank. De bedrijven zijn goed voor 60 %, de partikulieren voor 40 % van de omzet. “Om de krisis op te vangen, leggen we ons meer toe op partikulieren. Werken op maat is onze sterkte. ” Geen marmeren graven, die worden bij Crombé nauwelijks gemaakt. Dé specialiteit is de binnenhuisdekoratie (badkamer, keuken, trappenhal). Eén van de jongste referenties is de inrichting van de Spaanse kledingzaak Zara in Antwerpen. In de uitgebreide voorraad (15.000 m2 marmer) vindt de kieskeurige partikulier zijn gading. Van de 300 bekende marmersoorten heeft het Brussels bedrijf er 200 in huis. Sommige soorten blijven langer dan twee jaar in voorraad, maar Crombé is dat aan zijn status “verplicht”.

Volgens Grenon is de konkurrentie hard en is er sinds 1992 een prijzenslag. Vooral overheidsopdrachten lijden daaronder. Ze maken nog nauwelijks 5 % van de omzet uit. Sinds een jaar worden ook voorzichtige pogingen tot export ondernomen. Eerst kwam het noorden van Frankrijk aan de beurt, waar de blauwe steen wordt verkocht. Libanon is een nieuwe stap. “In de heropbouw van Beiroet liggen massa’s kansen”.

HERVÉ GRENON (CROMBÉ) “In de heropbouw van Beiroet liggen massa’s kansen. “

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content