Crisis geeft sectoraal overleg amper ruimte

In de verschillende paritaire comités schiet het sectoraal overleg stilaan op gang. Werkgevers waarschuwen voor al te royale loonakkoorden, daarin stilzwijgend gesteund door de vakbonden. Momenteel staat de werkzekerheid centraal.

Essencia, de federatie van Belgische chemiebedrijven, bond de kat de bel aan. De tijd is voorbij dat de loonnorm die interprofessioneel wordt afgesloten, als ‘indicatief’ geldt, zo luidt het. Vakbonden benadrukten de voorbije jaren steevast dat de loonstijgingen die de sociale partners interprofessioneel hadden afgesproken, een zekere marge mogelijk maakten. De sectoren konden zelf bepalen dat de lonen sterker konden stijgen dan in het interprofessioneel akkoord (IPA) bepaald. Onder andere in de chemiesector leidde dat de voorbije jaren tot sterke loonstijgingen.

Voor de sectorale CAO’s voor de periode 2009-2010 zit dat er wellicht niet in. De sociale partners kwamen eind vorig jaar overeen om in 2009 en 2010 enkel de indexaanpassing toe te kennen en daarbovenop eventueel een nettoloonstijging van 250 euro toe te laten. Zonder dat er een concrete loonnorm werd afgesproken, zien de werkgeversorganisaties in de diverse sectoren dat als een bindend akkoord. Hun standpunt laat na het afsluiten van het laatste interprofessioneel akkoord weinig ruimte voor interpretatie: “Als de sectoren loonstijgingen toekennen bovenop wat af-gesproken is, dan zullen VBO en vakbonden de partners op hun verantwoordelijkheid wijzen.”

“Op papier is de opdracht eenvoudig, het kader ligt interprofessioneel vast”, zegt Paul Soete, topman van Agoria. Die federatie voert de onderhandelingen voor arbeiders en bedienden in de metaalsector, maar ook voor de non-ferro en onrechtstreeks bij het aanvullend paritair comité 218 voor bedienden. “Maar het sectoraal overleg is meer dan de loononderhandelingen”, legt Soete uit. “Twee elementen maken mij ongerust. Met de spontane stakingen in Limburg van begin 2008 in het achterhoofd, is het voor ons belangrijk om in te zetten op de sociale stabiliteit. Het interprofessioneel overleg is daaraan voorbijgegaan.”

“Een ander gegeven is dat de economische situatie aanzienlijk verslechterd is. De sfeer is bedrukt. De gespreksthema’s draaien rond werkzekerheid, begeleiding van ontslagen of outplacement. Het zullen daarom moeilijke onderhandelingen worden. Niet wegens de hoge looneisen die worden gesteld.”

Het thema van de werkzekerheid staat centraal en dat blijkt ook uit het debat over de uitbreiding van tijdelijke werkloosheid naar bedienden. Soete: “Voor Agoria is het duidelijk: dat thema moet op tafel komen, en snel.”

De bouwsector ziet het sectoraal overleg niet te somber in. “Uiteraard is er een crisisperiode, maar wij hebben te maken met verantwoordelijke vakorganisaties”, zegt Gabriël Delporte van de Confederatie Bouw. “Werkzekerheid staat inderdaad centraal, maar ik denk niet dat dit zwaar op ons overleg zal wegen. Er is nog altijd een grote vraag naar bouwarbeiders.”

Loonsverhoging niet prioritair

Dominique Michel, de topman van Fedis, is minder optimistisch. Hij benadrukt dat de onderhandelingen strikt binnen het kader van het interprofessioneel overleg moeten verlopen. Fedis voert de sectorale onderhandelingen in tien paritaire comités, gaande van de voedingssector en de warenhuizen tot de horeca. “De onderhandelingen in onze sectoren zijn nog niet van start gegaan, we bevinden ons in de fase waarin we inlichtingen inwinnen over de economische toestand”, zegt Michel. “2008 was een moeilijk jaar en 2009 wordt dat al evenzeer. Bovendien hebben we vorig jaar met de inflatieopstoot zware indexaanpassingen moeten doorvoeren. Dat zijn vaste kosten die we nu nog meedragen. Zeker in de retail doet dat pijn. De personeelskosten maken daar tot 70 procent van de toegevoegde waarde uit. Loonmatiging is dus cruciaal.”

Ook Fa Quix, de directeur-generaal bij Fedustria (textiel, hout- en meubelindustrie), is voorzichtig: “Voor de arbeiders in de textielindustrie moet er niet onderhandeld worden, vermits het sectorakkoord nog doorloopt tot eind 2010. Voor de arbeiders in hout en stoffering moeten de onderhandelingen nog beginnen, maar het is nu al duidelijk dat er door de diepe economische crisis geen ruimte is, ook niet voor de nettotoeslag die interprofessioneel is afgesproken. Maar we moeten natuurlijk het sectoroverleg zelf afwachten.”

In het paritair comité voor de textielbedienden is er volgens Quix zo goed als geen ruimte bovenop de index. “Het moet trouwens duidelijk zijn dat de werknemers vandaag vooral kiezen voor werkzekerheid – die niet vanzelfsprekend is in onze indus-triële sectoren – en helemaal niet vragen om loonsverhogingen”, besluit hij. (T)

Door Alain Mouton

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content