Crashcursus kerstdrama’s managen

Katleen De Stobbeleir

De mooiste tijd van het jaar komt eraan. Met een hapje en drankje bijkletsen met familie en vrienden, gezellig toch? Onze kersttafels blijken echter ook de ideale voedingsbodem voor discussies en conflicten. Verschillende generaties, uiteenlopende politieke overtuigingen en een waaier aan persoonlijkheden allemaal verenigd rond één tafel. Voeg aan die mix nog een glaasje alcohol en wat maatschappelijke uitdagingen toe, zoals klimaat, sociale ongelijkheid, een energiecrisis, en je hebt alle ingrediënten voor een boeiende maar verhitte discussie. Want in dit ‘woke’ tijdperk, waarin je niet langer weg kunt kijken van de grote maatschappelijke issues, heeft iedereen wel een mening over wat wel of niet moet gebeuren. Maar hoe zorg je ervoor dat die meningsverschillen aan je kerst- of vergadertafel niet uitmonden in gebekvecht?

Om drama’s te vervangen door wederzijds leren en respect, moet je uit je rol stappen.

Tijd voor een kleine crashcursus in conflictmanagement. Volgens Stephen Karpman, een autoriteit in conflictmanagement, volgen de meeste conflicten een vast patroon. Vaak beginnen ze heel onschuldig, met een kleine discussie. Maar die ontaardt in de zogenoemde dramadriehoek: een communicatief steekspel waarin iedereen wordt meegezogen en niemand nog greep heeft op het eigen gedrag of op het gedrag van de ander. In zo’n dramadriehoek zie je typisch drie rollen ontstaan: de aanklager, de redder en het slachtoffer.

De aanklager wordt boos en wijst met een beschuldigende vinger. Je kent hun typische uitlatingen wel: ‘dat is echt weer zo typisch iets voor jou om te zeggen’ of ‘het is tijd dat jij eindelijk eens je verantwoordelijkheid neemt’. De aanklager, gedreven door frustratie, maakt doorgaans slachtoffers door die frustraties openlijk te ventileren. De slachtoffers, gedreven door zelfmedelijden, herken je aan uitspraken als: ‘na alles wat ik voor jullie gedaan heb’, ‘hier kan ik niet meer tegenop’ of ‘niemand neemt het ooit voor mij op’. Die werken dan weer als een magneet voor de redders, degenen vol goede bedoelingen en advies, die teren op slachtoffers, omdat ze zich dan belangrijker voelen. Ze lijken vaak onschuldig, want ze komen tussenbeide, nemen het op voor de slachtoffers, proberen wanhopig het onderwerp van de discussie te veranderen.

Geen van deze rollen is onschuldig, en elk ervan verergert de situatie. Bovendien veranderen de deelnemers aan het conflict voortdurend van rol. Dezelfde persoon kan het ene moment de aanklager zijn, om zich vervolgens te wentelen in een slachtofferrol. Elke rol houdt daardoor het drama in stand.

Wanneer je in de dramadriehoek terechtkomt, kun je er maar beter zo snel mogelijk uit stappen. Daarvoor moet je allicht het een en ander leren. Ben je iemand die makkelijk op te hitsen is en dus snel in de rol van aanklager vervalt, dan moet je wellicht de competenties ’empathie’ en ‘informatie zoeken’ ontwikkelen. Want vaak word je verblindt door je tunnelvisie op de feiten, zonder het hele plaatje te zien. Als je je snel nestelt in de slachtofferrol, moet je allicht leren je kwetsbaar op te stellen, zonder emotioneel te worden. Door aan te geven wat je nodig hebt en je verantwoordelijkheid te nemen, erken je dat je door de zielenpoot uit te hangen eigenlijk de situatie alleen maar erger maakt. Als redder is het dan weer belangrijk te leren dat je niet alles kunt oplossen, en dat slachtoffers en aanklagers je gebruiken, soms bewust maar meestal onbewust. Door te focussen op je eigen visie en zowel de slachtoffers als de aanklagers op hun verantwoordelijkheden te wijzen, reik je echte oplossingen aan en leer je je grenzen te bewaken.

Enkel wanneer je bereid bent uit je rol te stappen, kunnen drama’s vervangen worden door wederzijds leren en respect. En laat dat nu net zijn waar Kerst om draait. Ik wens u vredige feestdagen toe!

De auteur is professor leadership en partner van de Vlerick Business School

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content