Chinees leren hoeft (nog) niet

Moeten er nog boeken over China zijn? Ja, áls ze van het kaliber zijn van Martin Hinoul en Sylvain Plasschaert. Beide Vlamingen overlopen de fascinerende én verontrustende aspecten van de Chinese renaissance.

De eerste golf van de Chinese economische tsunami heeft al talloze westerse fabrieken van de kaart geveegd. Honderdduizenden jobs dreven mee weg op het wrakhout, geen reddingsboei in zicht. En dit is slechts een eerste golf. De Chinese renaissance is nog maar net gestart. Nu overspoelen de Chinezen onze markt nog met massaproducten, waar de kwaliteit lang niet altijd een cruciale rol speelt. Chinese auto’s overleven de veiligheidstests niet eens. Een onvermijdelijke tweede golf zal ook degelijke auto’s en kwaliteitsproducten meebrengen. Het Chinese Lenovo heeft trouwens al de pc-divisie van het westerse informatica-icoon IBM overgenomen. De iPod wordt ook al in China gefabriceerd. Maar het idee, de ontwikkeling, de verbeteringen, het design en zelfs heel wat onderdelen komen uit Californië, pareert de Vlaamse kenniseconoom Martin Hinoul. Zopas publiceerde hij De dreiging van de draak: waan of waarheid?

Hinoul maakte faam als hoofd van de onderzoeksafdeling van Bell Telephone en onderhandelde al in 1982 in China mee over de oprichting van Sjanghai Bell. Later zorgde hij in Los Angeles en Washington onder meer voor het aantrekken van Amerikaanse investeringen naar België. Zo kreeg hij een zicht vanop de eerste rij op de Californische dotcompioniers. Zijn bevindingen vinden we in het nog altijd leerzame boek Silicon Valley uit 1999. Nu wikt en weegt hij de Chinese verrijzenis.

Tegelijkertijd verscheen China – Inzicht in zijn doorbraak van professor emeritus Sylvain Plasschaert (Universiteit Antwerpen en KU Leuven). Beide eminente Chinawatchers komen tot dezelfde conclusie: de Chinese renaissance ís een mirakel en de hele wereld zál er ernstig rekening mee moeten houden, maar Peking zal ook niet in een handomdraai de rol van de Verenigde Staten als supermacht overnemen. Daarvoor is de Chinese reus nog veel te wankel. Vooral Plasschaert plaatst die labiele toestand in een breed historisch kader. Wie dit jaar slechts één boek over China leest, raden we onvoorwaardelijk China – Inzicht in zijn doorbraak aan. De professor heeft oog voor de ruime politieke en economische context, waarin we de huidige economische revival moeten zien. En hij deelt de belangrijkste problemen waarmee China moet afrekenen overzichtelijk in zes luiken in: een diepe welvaartskloof tussen platteland en enkele steden, het tekort aan jobs, vele onrendabele staatsbedrijven, de moeilijke opbouw van de sociale zekerheid, de nog wankele financiële sector en prangende milieuproblemen. Dat betekent echter nog geen vrijgeleide om het boek van Hinoul ongeopend te laten. Ondanks de storende herhalingen, geeft hij boeiende voorbeelden en analyses van zowel de fascinerende als verontrustende aspecten van de Chinese heropbloei. Eén geruststelling: we hoeven nog niet meteen Chinees te leren.

Sylvain Plasschaert, China – Inzicht in zijn doorbraak. Davidsfonds, 295 blz., 18,95 euro. Martin Hinoul, De dreiging van de draak: waan of waarheid? De Cavalerie, 215 blz., 24 euro.

Luc De Decker

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content