Verziendheid zie je niet. Maar toch springt er de laatste tijd iets in het oog. Namelijk dat het aantal mensen dat aan verziendheid lijdt, er scherp op vooruitgaat. Zodanig zelfs dat de optische industrie nu met arendsogen waakt over de nieuwe ontwikkelingen en technologieën binnen de sector.
TEKST : SUZANNE LAMBERTS
We foefelen meestal, en liefst zo lang mogelijk. We houden ons boek zo ver mogelijk van onze ogen verwijderd, of de menukaart, de krant… Maar op een dag zien we alles wazig en vanaf dan wordt het alleen maar erger. Totdat we naar de opticien stappen. Maar daar is die drempel, nietwaar ? Want die stap naar de opticien is meer dan een bezoek aan een deskundige. Eigenlijk betekent die stap ook toegeven aan het ouder worden. Verziend word je immers pas vanaf een bepaalde leeftijd. Eén troost ; het zogenaamde brileffect. Want wat blijkt. Brildragers scoren veelal positief op sociaal en professioneel vlak. En ook de stijl van de brildrager lijdt niet aan gezichtsverlies. Denkt u dat dit een wazig taaltje is, vooral bedoeld om u aan te moedigen om dan toch maar naar de opticien te stappen ? Fout. Sofres ondervroeg 1000 vrouwen over de gebrilde man. Alvast een blik in de optische wereld.
Iedereen
kan verziend worden. Verziendheid is eigen aan de evolutie van de mens, en is gelinkt aan diens leeftijd. In België zijn zo’n 2.745.195 mensen verziend. Een goede 30 % hiervan is tussen de 40 en 49 jaar. Tussen dit en het jaar 2000 komen hier nog eens een goede 200.000 nieuwe verzienden bij. In de berekening van dit getal heeft men rekening gehouden met de evolutie van het gebruik van onze ogen. Eigenlijk draait alles rond het oogkristal. Deze doorzichtige lens achter de iris verliest meer en meer van haar soepelheid. Hierdoor is het voor het oog alsmaar moeilijker om duidelijk te kunnen zien, en om van dichtbij scherp te kunnen kijken. Op twee jaar zien we scherp vanop vijf centimeter ; op zeventig jaar is dat vanop twee meter. Maar vanaf wanneer bent u nu werkelijk “verziend” ?
U heeft de keuze uit drie soorten. Allereerst zijn er de brilglazen met één brandpunt, waarvan de sterkte over heel het glas gelijk is. Je vindt deze bril ook wel als kant-en-klaarproduct op de markt, of in de supermarkt. Onopvallend, kleurloos, en de eeuwige redder in nood. Maar ook niet meer dan dat, want deze bril ziet andere oogafwijkingen volstrekt over het hoofd. Terwijl verziendheid natuurlijk gepaard kan gaan met andere afwijkingen. Iedereen heeft andere ogen, elk optisch centrum verschilt van persoon tot persoon en zelfs van oog tot oog. Neemt niet weg dat deze bril een gegeerd gadget is voor wie naar een intellectuele look streeft. Bekende liefhebber van dit genre is Bernard Pivot die met zijn Bouillon de Culture aardig in de kijker loopt. Pluspunten : verstrooide blik en nonchalante flair. Op voorwaarde dat je niet aan verziendheid lijdt, welteverstaan. Minpunten : niet praktisch voor wie eigenlijk voortdurend zou moeten ‘brillen’.
Sowieso al een naar gevoel omdat je een bril moet dragen ? Kies dan best niet voor brilglazen met dubbel brandpunt, want dan loop je pas in de kijker met je verziendheid. Bovendien garandeert deze bril slechts goed zicht vanaf twee op voorhand vastgelegde afstanden. Met progressieve glazen (met als voortrekker in het genre Varilux) ziet het leven er echter heel anders uit, want in deze glazen is het brandpunt onzichtbaar. Wat zowel op esthetisch als op optisch vlak een doorbraak betekent.
Hoewel voorstanders
van anorganische glazen nog steeds trouw blijven aan hun product ook al omdat sommige oogafwijkingen enkel met dit materiaal geholpen kunnen worden is de interesse in plexiglazen (en dat heeft niets met plastic te maken) enorm groot. Plexiglas is ontegensprekelijk kampioen in de categorie lichtgewichten (50 % minder dan anorganische glazen) en de materie is bovendien onbreekbaar, dus volstrekt veilig. Het enige verwijt dat men deze glazen misschien zou kunnen maken, is dat ze dik zijn, en makkelijk krassen oplopen. Een onterecht verwijt, want inmiddels hebben deze glazen een strenge vermageringskuur ondergaan zodat ze dunner en ook platter zijn, zonder dat ze daarbij ingaan tegen de vorm van de pupil. Krassen kan niet makkelijk meer, want rond de plexiglazen zit een beschermende laag die ‘het tedere hart’ verhardt ( Ormes bij Essilor, Incalux bij Buchmann, HardLite bij De Ceunynck…)
En met de tijd hebben de brilglazen er ook labels bij gekregen. Bijvoorbeeld omdat ze niet meer reflecteren, noch spoedig vuil worden, tegen de regen beschermd zijn ( Crizal van Essilor, Integra van Buchmann, Saphir bij De Ceunynck, Solitaire bij Rodenstock), zonder glanzende schijn verkrijgbaar zijn… Eigenlijk (en eindelijk) is het zover dat men zich afvraagt of er echt wel glazen in dat montuur zitten ?
Tot slot is er nog deze baanbrekende vernieuwing. Tot voor kort bleef elke brildrager ook al droeg hij progressieve glazen nog steeds moeilijkheden ervaren in de tussenafstanden. Beter gezegd : hij kon scherp zien van ver en van nabij, maar in de afstanden daartussen was het altijd even wazig zoeken. Sinds kort is de brillenwereld een overwinning rijker. Deze wazige momenten zijn voorgoed verhelderd. Het oog past zich meteen aan ( Varilux Comfort bij Essilor).
Nieuw
is het niet. Het computerscherm is voor velen onder ons, economen, designers, reclamemakers, bankdeskundigen… het meest en langdurigst bekeken voorwerp. Logisch dat de optische wereld zich ook op dat scherm werpt en vooral op de vermoeide ogen die dat scherm met zich brengt. De ontwikkeling van een nieuw glas ( Varilux Data Comfort van Essilor, Gradolux PC van Buchmann) houdt rekening met drie zones : ver zicht (scherm), zicht van nabij (toetsenbord), en zijzicht (werkblad). Als je urenlang op het toetsenbord zit te ratelen en evenlang naar scherm en werkblad staart, dan is deze ergonomische aanpak zeer eenvoudig te verklaren. Hoofd noch ogen (oogzenuw) krijgen ontspanning. Met deze bril wel. En zodra de muis er het bijltje bij neerlegt, kan ook de bril af. Want deze bril is niet bepaald gemaakt om over straat te lopen…
Fotochromie was het exclusief voordeel van anorganische glazen. Die exclusiviteit moeten ze voortaan delen met plexiglas. Want of je nu buiten of binnen rondloopt, in de schaduw of het felle zonlicht vertoeft, de fotochromische glazen passen zich aan elke lichtintensiteit aan. Onder het kunstlicht kun je het niet zien, maar zodra deze glazen in aanraking komen met UV-licht, worden ze donkerder. En dat zonder dat het zonnebrilglazen worden. Dat is de allernieuwste ontwikkeling binnen de optische wereld. Dat progressieve glazen zich in een flits aanpassen aan het licht.
Heel eigentijds, maximaal zicht met minimaal gewicht (Bril Lanvin).
Lustig sporten zonder bril ? Ook voor verzienden (Lenzen Variations van Essilor).
Van links naar rechts : Silhouette Casual, Lacoste en Visions-Amy.