Bikkelen om een verandabouwer

Met Mini-Flat leerde Karel Dierick Vlaanderen veranda’s bouwen. De opvolging door zoon Bert verliep niet van een leien dakje, maar de onderhandelingen zijn achter de rug. Vader maakt zijn kantoor leeg, de zoon begint te snoeien in de overbodige kosten.

Papa en ik zijn beiden koppigaards en we hebben de voorbije zeven jaar soms hard tegen elkaar geroepen”, zegt Bert Dierick, die binnenkort zijn vader Karel opvolgt als gedelegeerd bestuurder van de verandabouwer Mini-Flat. “Logisch, want we wilden net het tegenovergestelde: hij een hoge en ik een lage prijs voor het familiebedrijf. Het was een opvolging zoals ze volgens de boekjes niet mag gebeuren: zonder voorbereiding en over een lange periode. Nu alles geregeld is, zijn we weer de beste maten.”

De familieholding K. Dierick boekt geconsolideerd 11 miljoen euro omzet. Mini-Flat in het Limburgse Beverlo haalt 7,9 miljoen met de distributie van houten veranda’s die zusterbedrijf AK Veranda’s bouwt. Excel Orangeries levert de stalen versie. In het segment van aluminium veranda’s is de groep actief sinds 2000, toen ze voor 3 miljoen euro de distributeur/fabrikant Aldera (3,9 miljoen omzet) uit Sint-Job-in-‘t-Goor overnam. Er werken 100 mensen bij Mini-Flat.

Karel Dierick begon zijn carrière als Paribas-bankier, verzeilde even in de media (Koerier) en kwam in 1976 via een van zijn klanten als manager bij Mini-Flat terecht. Dat was toen een bouwer van chalets, die na de petroleumcrisis bijna failliet ging omdat mensen de duurdere verplaatsingen naar hun buitenverblijf niet meer wilden maken. Samen met twee stille vennoten nam Dierick in 1979 het bedrijf over en schakelde volledig over op veranda’s.

“Na twee jaar draaiden we op volle toeren. Onder impuls van Mini-Flat werd Vlaanderen het verandaland van de wereld”, stelt Karel Dierick. Ligt Mini-Flat dan aan de basis van de koterijen in onze regio? “Onze constructies vallen niet onder die categorie”, zegt Dierick. “Tot dan waren veranda’s een banaal product, waar de bewoners hun laarzen en de paraplubak zetten. Wij zetten een kwaliteitsvol alternatief neer, een volwaardige aanvulling van een mooie woning.” Mini-Flat focust op veranda’s op maat, met een startprijs van 33.000 euro.”

Nochtans minachten veel architecten nog steeds veranda’s, luxe of niet. “De architecten hebben wel stevig gelobbyd om de vergunningsvrijstelling van de Vlaamse overheid zogoed als onuitvoerbaar te maken. Ze halen publiekelijk hun neus op voor veranda’s, maar vullen wat graag hun tijd met ze uit te tekenen. Ik spreek me liever niet uit over de kwaliteit van dat werk. Toch wil ik ook benadrukken dat ze een rol vervullen, bijvoorbeeld door een mooie constructie te ontwerpen in combinatie met een perfecte isolatie.”

Managementbuy-out

Nadat hij in 1987 was gecontacteerd voor een hoge functie in een groot staalbedrijf, wilde Dierick zijn deel van Mini-Flat verkopen, maar de andere aandeelhouders boden hem prompt hun eigen participatie aan. De overname werd betaald met een banklening van 18 miljoen frank (450.000 euro) en 2 miljoen frank eigen inbreng. “Ik stond in het rood en mijn eigen ouders en mijn schoonouders stelden zich borg”, getuigt hij. “Niet echt slim, maar ik wilde ondernemen.”

Drie jaar later ging zijn bedrijf bijna over de kop. In Frankrijk ging een grote verdeler failliet en enkele collega’s kenden een flinke betalingsachterstand. Dierick had wat uit te leggen aan zijn bankier, die nog kredieten had uitstaan om de managementbuy-out te financieren. “Weer moest ik extra waarborgen zoeken om de bank gerust te stellen. Ik had de Franse expansie voorzichtiger moeten aanpakken. Nooit van mijn leven zet ik er nog een voet als ondernemer. Bavarder, bavarder. Mais payer?

Mini-Flat is actief in een moeilijke sector. Karel Dierick: “Alleen sectorgenoten met een degelijke financiële basis kunnen de tienjarige aansprakelijkheid garanderen die de wet eist. Maar er zijn veel cowboys actief: verandabouwers die starten, onder de prijs duiken, bij een tegenslag de boeken sluiten en dan weer verrijzen met een of andere buitenlandse schijnbestuurder. Die oneerlijke concurrentie vreet stevig aan onze marges.”

Verandabouwers leiden ook hun eigen concurrenten op. Personeelsleden starten als zelfstandige in bijberoep om door te groeien tot een volwaardig bedrijf. Bij verandabouwers verdienen ze 12 euro netto per uur, maar ze kosten het bedrijf 35 euro. “Als die amateur-ondernemers bijklussen in het weekend vragen ze soms tot 40 euro”, weet Karel Dierick. “Ik mag hopen dat ze hun boekhouding rechtmatig opstellen. Maandagmorgen verschijnen die werknemers dan doodmoe op onze werven. Niet toevallig hebben we maandagmorgen relatief het meeste arbeidsongevallen. Zijn die echt wel gebeurd bij ons, vraag ik me dan soms af.”

Nieuw product, nieuwe ploeg

Bert Dierick ging in 2003 aan de slag als commerciële man bij het bedrijf. Hij zorgde voor een nieuwe wind. Tot dan toe werkte Mini-Flat met zelfstandige verkopers, omdat de bedrijfstop ervan overtuigd was dat een marge op de verkoop de beste motivatie is.

“Ik heb de oude verkoopploeg vervangen door jonge werknemers”, stelt Bert Dierick. “Dat was moeilijk, maar noodzakelijk. Jongeren willen niet zelfstandig werken. We lanceerden in die periode onze gepatenteerde, vlakke, glazen lichtkoepel. Het oude team was niet overtuigd van de commerciële mogelijkheden. Nu is dat het best verkopende product van Mini-Flat en Aldera, de commerciële pijlers van de groep.”

In 2007 startte Bert Dierick op advies van Hans Crijns, verbonden aan Vlerick Business School en voorzitter van het Centrum voor Ondernemerschap, de eerste gesprekken met zijn vader om samen met zijn zus Klaar het bedrijf over te nemen. “Ik kaartte de situatie enkel aan bij mijn zoon en dochters”, zegt Karel Dierick. “We hebben de schoonzonen, stuk voor stuk mensen uit het bedrijfsleven die een balans kunnen lezen, doelbewust niet bij de gesprekken betrokken.” Na 2008 stuikte de omzet van de groep met 20 procent naar beneden. “De gesprekken werden stilgelegd omdat je in volle crisis moeilijk een realistische prijs kan vragen voor een bedrijf”, vertelt Karel Dierick. “De opvolging werd een luxeprobleem.” Bert Dierick vult aan: “Voor mijn vader toch. Ik wilde vooruit.”

Er kwam weer schot in de zaak in 2012, toen Karel Dierick aan de Antwerpse bedrijfsmakelaar en investeerder SDM vroeg een prijs op de groep te plakken. “Die was volgens mij veel te laag”, aldus Karel Dierick. “De schatting was voor mij een uitgangspunt voor verdere onderhandelingen. Een correcte verkoop is de enige manier om het familiefortuin eerlijk te verdelen als ik er ooit niet meer ben. En een manier om te vermijden dat er ruzie komt in de familie.”

De onderhandelingen sleepten aan. Bert Dierick: “Ik kreeg de indruk dat vader de opvolging voor zich uit schoof. Daarom begon ik op eigen houtje huizen te renoveren en te verkopen. Zo bouwde ik een eigen vastgoedontwikkelingsbedrijf uit. Het was een stok achter de deur bij de onderhandelingen. Die moet je hebben, leerden de Vlerick-proffen mij.”

Vader Karel Dierick hoort het grinnikend aan. “Ach zo, die vastgoedbusiness was een van de truken van de Vlerick-foor? Enfin, het is Bert gegund, want die opleiding heeft geld genoeg gekost.”

Bert Dierick schakelde ook het Limburgse Van Havermaet Groenweghe Accountants in voor een nieuwe waardering. Die kwam uit op een miljoen minder dan SDM. Er werd ook een bemiddelaar bij geroepen. “Hij zei me dat ik me niet aan het lijntje moest laten houden”, aldus zoon Dierick. “Ik stelde vader voor de keuze: nu of nooit. Vorig jaar raakten we het eens over de prijs.”

Dat was één zaak, maar de uitwerking duurde nog een jaar. Zo financiert vader Dierick de helft van de overname over een periode van maximaal vijftien jaar. Begin 2014 verminderde het kapitaal van de overkoepelende holding K. Dierick met 1,8 miljoen, wat de eerder gewaardeerde overnameprijs met een kwart deed afnemen. “Het vorige jaar bespraken we serieuze zaken, zoals de rente op de lening, maar ook onnozelheden zoals de bedrijfswagen en het abonnement op Trends”, herinnert Karel Dierick. “Iedere keer was het zwoegen en zweten om tot een akkoord te komen.”

Minder buik, meer cijfers

Wat brengt de toekomst voor Mini-Flat? Bert Dierick heeft een wat meer zakelijke benadering dan zijn vader. “Mijn vader ging dikwijls af op zijn buikgevoel. Ik baseer me liever op de koele cijfers”, zegt de nieuwe gedelegeerd bestuurder. “Zo mikken we met onze nieuwe producten op het buitenland. Frankrijk staat bovenaan op de lijst. Net omdat we de zaken wat nuchterder aanpakken, kunnen we alle vroegere beslissingen weer tegen het licht houden.”

Vader Dierick ruimt deze week zijn kantoor op, maar hij start wel mee het project Frankrijk op. Hij staat volledig achter de nieuwe aanpak: “Ik was de voorbije jaren wat losser, wat minder streng, bijvoorbeeld in de opbouw van de kosten. Ik gaf her en der zonder veel na te denken een euro uit, en dat stapelt zich op. Ik vermeed ook liever een oorlog met de leveranciers. Die zal er nog niet komen, maar de onderhandelingen zullen toch wat minder gemoedelijk gebeuren. Het is noodzakelijk dat Mini-Flat weer wat scherper wordt.”

HANS BROCKMANS, FOTOGRAFIE PAT VERBRUGGEN

“We mikken met onze nieuwe producten op het buitenland. Frankrijk staat bovenaan op de lijst” Bert Dierick

“Het is noodzakelijk dat Mini-Flat weer wat scherper wordt” Karel Dierick

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content