Terwijl de klassieke zand- en grindboeren langzaam desinvesteren, werpt DEME Building Materials zich met volle kracht op hun niche.
Vanaf deze zomer baggert een nieuw schip van DEME Building Materials (kostprijs: 60 miljoen euro) op de wereldzeeën naar grind en zand. Het wordt het grootste in zijn soort. Naast zijn huidige standplaats in Vlissingen plant DBM vier vestigingen in Oostende, Duinkerke, Boulogne en Amsterdam. Een investering van 30 miljoen. Het bedrijf klopt aan bij regeringen van Spanje tot Polen om mariene baggerconcessies te verkrijgen. “Vandaag halen we nog 30 miljoen jaaromzet”, voorspelt Frank Devriese, directeur van DEME Building Materials. “Binnen vier jaar willen we dat bedrag vervijfvoudigen.”
In 2008-2009 daalde de omzet nog van 30,2 naar 22,1 miljoen (terwijl de bedrijfskasstroom steeg van 19 naar 25 procent). Devriese: “Structureel verandert de markt zo fundamenteel dat de investeringen zullen renderen.” De grind- en zandsector kende lang monopolies en feitelijke kartels. De overheid werkte dit in de hand met grindquota voor familiale bedrijven met lokale politieke connecties. Die gingen op in grotere groepen, die netjes de markt verdeelden. Twee jaar geleden vielen de Europese kartelbusters binnen bij Lafarge, Holcim en HeidelbergCement. Het onderzoek loopt nog.
Volgens Devriese werden de grootste marges in de bouwsector gemaakt bij de cementproducenten, die ook actief waren in zand- of grindwinning. Echter: “De aannemers betaalden de factuur. De markt werd gecontroleerd door de cementproducenten, omdat die ook eigen betoncentrales hadden. Na de actie van de Commissie is het kartel verleden tijd. Onafhankelijke producenten zoeken elders producten. Dan komen wij in beeld. Wij doen vandaag de ronde om betoncentrales in te lichten over onze plannen.”
De Noord-Europese zand- en grindsector is een markt van 900 miljoen ton. Slechts 3 procent wordt gebaggerd in zee, de rest in de rivieren en landgroeves. Hier kentert de situatie. In de Maas mag bijvoorbeeld sinds dit jaar niet meer louter om grondstoffen gebaggerd worden. Devriese: “Het politieke en maatschappelijke draagvlak voor deze landschapverstorende activiteit is verdwenen, en niet alleen in België. Het alternatief: baggeren op zee.”
Cemex en Heidelberger investeren niet langer in baggeren. De cementproducenten laten de productie van zand en grind op zee links liggen. Zij opteren voor investeringen in de BRIC-landen. Devriese: “Er komt een enorme markt vrij, en wij zijn het enige bedrijf dat massaal in deze niche investeert. Er is dus geen sprake van een verdringing, maar van een substitutie. Deze evolutie geeft DBM een tweede leven. Natuurlijk kan het mislopen. In het slechtste geval zetten we de schepen in voor de reguliere activiteiten van DEME.”
Naast de link met onafhankelijke producenten, kan DBM ook leveren aan de gelieerde aannemers CFE en Van Laere. Dat laatste bouwbedrijf behoort tot Ackermans & van Haaren, samen met CFE aandeelhouder van DEME. Vinci, referentieaandeelhouder van CFE, is dan weer, via de dochter Eurovia Stone, de grootste Franse producent van zand en grind. Devriese: “Het businessmodel in de sector verandert fundamenteel. Aannemers gaan voor een verticale integratie door zelf de zand- en grindproductie in handen te nemen. DBM past perfect in dat plaatje. Dat is de luxe om tot een grote groep te behoren.”
HANS BROCKMANS
Het business-model in de sector verandert fundamenteel.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier