Bezuinigen op mensen om te investeren in materieel

Hans Brockmans
Hans Brockmans redacteur bij Trends

August Van Daele krijgt een jaar extra als topman van het leger. Hij voert de grootste bezuinigingsoperatie ooit door op Defensie. Zijn vraag aan de volgende regering: harder mogen snoeien in personeel om nog moderner oorlogstuig te kunnen kopen.

De start van August Van Daele als chef Defensie, anno 2003, was erg ambitieus. Met lede ogen zag de luitenant-generaal hoe materieel en personeel van de Belgische krijgsmacht verouderden. Het was een oudemannenleger met versleten kanonnen op gammele voertuigen. Hij wilde het investeringsbudget voor materieel meer dan verdubbelen tot een kwart van de totale begroting. Daarom moest hij personeel aan de deur zetten.

De arbeiderszoon uit Sint-Niklaas ziet er tevreden uit als we hem op een late vrijdagmiddag in een halfleeg hoofdkwartier van de krijgsmacht in Evere begroeten. Enkele weken eerder heeft de regering zijn benoeming met een jaar verlengd. Zo kan minister van Defensie André Flahaut (PS) tijdens zijn (meer dan waarschijnlijk) laatste maanden in deze functie met dezelfde CHOD werken.

De krijgsmacht besteedt relatief veel van zijn budget van 2,7 miljard euro aan personeel: 62,5 % (75,4 volgens de Navo, die de pensioenen erbij telt). Ondertussen slaagde Van Daele erin de exploitatiekosten (zoals munitie en brandstof) terug te brengen van 28 % tot 25 %. Zijn formule? August Van Daele: “Ik kon de werkingskosten in 2004 met 45 miljoen euro verminderen en de jaren daarop elk jaar nog eens met 85 miljoen euro. Die ik klinkt pretentieus, maar sorry, het zijn de feiten. Door het bedrag voor de lopende uitgaven op 25 % te brengen – excellent volgens internationale maatstaven – kan ik onze investeringen veiligstellen. Het was de enige manier, omdat de politici de defensiebegroting hebben geblokkeerd.”

AUGUST VAN DAELE (CHEF DEFENSIE). “De eenmaking van de medische dienst, land-, lucht- en zeemacht tot één organisatie was cruciaal en heeft geleid tot de detectie van fraudezaken ( nvdr – zie kader). Vroeger maakte elke macht een lijst van investeringen van, bijvoorbeeld, 60 miljoen euro. Het was de kunst om zo goed mogelijk over dit totaalbedrag te onderhandelen en te komen tot 55 miljoen. Vandaag bekijken we post per post of die investering echt wel nuttig is en of er elders gelijkaardige kosten zijn. Wie twaalf bussen wil kopen, moet dat bus per bus verdedigen. Zo’n zakelijke redenering zal wel logisch zijn voor de Trendslezer, maar betekende een kleine revolutie voor de krijgsmacht. Dubbeluitgaven worden vermeden. En als een uitgave twee keer gerechtvaardigd is, onderhandelen we bij een leverancier een lagere prijs.”

Enkele jaren geleden namen gerenommeerde media als Wall Street Journal de inzetbaarheid van de krijgsmacht scherp op de korrel. Terecht?

VAN DAELE. “Deels wel. Voor operaties heb ik een omgekeerde financiële beweging op gang gebracht, omdat we te velde meer dan ooit uitgeven, 105 miljoen euro in 2007 – vier keer zoveel als Verhofstadt I oorspronkelijk eiste. Enkel een leger dat zijn meerwaarde op het terrein aantoont, kan zich ook politiek verdedigen.”

Uzelf hebt – met alle respect – evenmin veel terreinervaring.

VAN DAELE. “Ik deed een paar jaar gevechtservaring op in Kleine Brogel, maar was vooral actief als technicus. Vandaar ook mijn bestuurslidmaatschap van het Instituut von Karman, wereldvermaard op het vlak van aerodynamica. Ik had veel contact met Dassault, Sabca, General Dynamics en andere bedrijven over leveringen. Van hen leerde ik hoe we ons eigen bedrijf efficiënter konden maken. Daarom heb ik ook cursussen gevolgd bij Vlerick. Nadat ik er Onderhandelen tot de handdruk van Leo Goovaerts heb gevolgd, adviseerde ik alle hoge officieren van de aankoopdienst die opleiding te volgen.”

De investeringen in nieuw materieel in 2006 bedragen net geen 5,4 % van het totaalbudget: bedroevend laag…

VAN DAELE. “Dat klopt voor grote overheidsopdrachten die over verschillende jaren lopen. De totale investeringen bedragen 9 %. Of 12,5 % als je infrastructuur meerekent. Dat cijfer moet en zal tegen 2010 verdubbelen. We zitten op koers.”

Op papier toch. Het investeringsplan voorziet in 242,4 miljoen aankopen voor twee fregatten bij het Nederlandse leger, 54,2 miljoen voor 352 jeeps (multipurpose protected vehicle, MPPV) en 1,6 miljard voor 242 pantservoertuigen (armoured infantry vehicle, AIV). De eerste grote uitgaven van 132 miljoen euro (fregatten), 29 miljoen (MPPV) of 1,3 miljard (AIV) gebeuren pas in 2007 of later. Is het niet riskant om monsterorders goed te keuren zonder zekerheid over inkomsten?

VAN DAELE. “We hebben die zekerheid. We plakken er niet zomaar wat cijfers op. Als de Inspectie van Financiën geen fiat geeft over de rekenkundige haalbaarheid, is zo’n oefening nutteloos. Neem het NH90-helikopterprogramma van 350 miljoen euro, dat dit jaar start. Ik krijg geen go als dat niet betaalbaar is binnen de vrije marge. Met de programma’s van vandaag soupeerden we de vrije marge op tot 2011. Evident, want als je dat niet doet, koop je niets.”

De Navo bekijkt enkel de reële uitgaven, niet de gebudgetteerde. Onterecht?

VAN DAELE. “Vanaf 2003, toen ik chef Defensie werd, is het budget voor investeringsprogramma’s meer dan verviervoudigd ( nvdr – zie grafiek). Dat gebeurt geleidelijk, zoals voor zeven A400M-transportvliegtuigen ter waarde van 1,3 miljard euro. De eerste levering gebeurt – zeker – in 2012. Je ziet er niets van terug in de Navo-statistiek, die contrasteert met de realiteit van beslissingen.

“Wat we nu doen, is contraproductief. We besparen enorm. En het personeel voelt dat. Een klein gedeelte wil zelfs niet mee. Ik heb indertijd een investeringsprogramma geërfd dat niet realistisch was, een samenraapsel van de machten. Ik heb mijn minister moeten overtuigen om in 2003 een nieuw beleidsplan op te stellen. Het meeste materieel van de landmacht was achterhaald. Dus vervangen we het rollend materieel. Dat hebben we op vier jaar beslist.

“De politiek noch het brede publiek ziet de resultaten van het geleverde werk. Ze lezen op basis van de Navo-cijfers dat België de slechtste leerling blijft. Een interne turnaround die aan de aandeelhouders geen aantoonbare resultaten biedt, is ongeveer het slechtste wat een manager kan overkomen: veel kopzorgen zonder appreciatie.”

VAN DAELE. “Dat is dé uitdaging. Vandaag zijn de 41.719 personeelsleden goed voor 63,5 % van de uitgaven. We zullen komen op 37.720 (onder wie 720 burgers of meer) en 61 % in 2010. In principe zouden we in 2015 50 % moeten halen, maar ik zie moeilijk hoe. Ik zou een sneller ritme nastreven, maar dat is de zaak van mijn opvolger. Een paar duizend mensen via outplacement van de loonlijst schrappen, is de enige oplossing. Als we dat niet doen, komen we er nooit.”

Ondertussen heeft Koksijde 500 personen in dienst om enkele heli’s in de lucht te houden. Houdt Defensie zich bezig met een verkapte vorm van tewerkstellingspolitiek?

VAN DAELE. ( zucht) “Liefst zou ik in Koksijde met 200 mensen werken. Ik zit met duizenden militairen te veel. Die mensen vertrekken niet als er geen premie bovenop komt. Ze passen hun werklast automatisch aan. Wat men vandaag dikwijls met drie doet, zou men met twee aankunnen. Door het streefcijfer van 2015 veel sneller te halen, besparen we geld en wordt het leger kleiner, jonger, kostenefficiënter en beter uitgerust. Door vandaag meer te investeren in outplacement en vervroegd pensioen, besparen we de komende jaren enorm veel. Maar dat vergt extra middelen. Dat is de uitdaging voor de volgende regering.”

Verhofstadt II blokkeerde in december 2006 de bestelling van tien NH90-helikopters. Is er een probleem met de regionale verdeling van de compensaties?

VAN DAELE. “De industrie van beide landsdelen heeft met de producent ( nvdr – NH Industries met als aandeelhouders Eurocopter, Agusta, Stork Fokker Aerospace) akkoorden gesloten over compensaties. Daar zit geen probleem.”

Nu vloeit 50 % van de NH90-bestelling terug naar de industrie. Was België er vanaf het begin bij betrokken geweest, had dat 83 % kunnen zijn. Een spijtige zaak?

VAN DAELE. “Al bij al is 50 % uitstekend. De taart wordt verdeeld voor ze in de oven gaat, als je spreekt over compensaties. Hoe later je in een militair programma stapt, hoe minder de industrie ervan profiteert. België was wel bij de ontwikkeling van de A400 aanwezig, wat leidt tot meer compensatiecontracten.”

Slechts 20 % van deze 1,3 miljard euro compensatiebestellingen vloeit terug naar Vlaamse bedrijven. Momenteel worden bij Airbus de economische aspecten van de productie van de A400 besproken. Zien uw wapendeskundigen, zoals de Fransen en de Duitsers, in Toulouse toe op een billijke verdeling?

VAN DAELE. “Ieder zijn job. Ik moet niet controleren hoe de taart verdeeld wordt. Dat laten we over aan Economische Zaken. Neem de jeeps. Hier komen de offertes binnen en ze worden hier geëvalueerd op hun militaire doelstellingen. Economische Zaken wikt ook. Pas dan treft de regering een beslissing op basis van de militaire en economische troeven.”

U hebt een afkeer van compensaties?

VAN DAELE. “Als Belg ben ik ervoor, want ze stimuleren onze economie. Maar als militair klasseer ik ze onder de post extra kosten. Tussen onze raming voor de jeeps en de uiteindelijke factuur gaapt een verschil van 20 %. Voor helikopters raamden we de besteding op 300 miljoen euro. Het werd 350 miljoen. Konden we onze F16’s gewoon uitkiezen bij General Dynamics, hadden we serieus bespaard. Ik pleit er dus voor dat je militair materieel koopt dat al bestaat. Een strikte scheiding tussen economische en militaire doelstellingen maakt het leger een pak goedkoper. Zou men de meerkosten van compensaties niet beter op het budget van Economie schrijven, zoals in Nederland?”

Zijn sommige bestellingen louter politiek geïnspireerd? De krijgsmacht hanteert zowat als enige 90 mm-houwitsers, die wereldwijd alleen bij Cockerill Maintenance & Ingénierie worden geproduceerd. Dat bedrijf overleeft niet zonder deze contracten.

VAN DAELE. “De 90 mm beantwoordt perfect aan onze filosofie om minimaal, maar voldoende te investeren. Een sterker wapen zou ook zwaardere, dus duurdere voertuigen vereisen.”

Klopt het dat minister Flahaut in 2004 door de Sabcavakbond werd geïnterpelleerd over de gevolgen van uw bezuinigen (minder vlieguren, dus minder onderhoud) en dat u ter plekke werd gevraagd een ‘oplossing’ te zoeken? Kortom, krijgt Sabca Gosselies contracten voor nutteloos want te vroeg onderhoud van heli’s en vliegtuigen?

VAN DAELE. “Neen. Ik kan het me niet veroorloven om tijdens een saneringsronde een F16 meer naar Sabca te sturen om de tewerkstelling op peil te houden. Nog onder minister Leo Delcroix had ik een discussie met de toenmalige topman van Sabca over de kritische drempel om Gosselies draaiende te houden. Dat was toen 420 personen. Vandaag zijn het er ongeveer de helft. Ook Sabca moest zich aanpassen.”

De industrie rekent dat driekwart miljard euro kan worden vrijgemaakt voor het BEST-programma van de ‘soldaat van de toekomst’. Terecht?

VAN DAELE. “Dat lijkt me een enorm bedrag, dat we over een paar jaar moeten spreiden. We hebben dit jaar 16,6 miljoen euro voorzien voor een eerste envelop. Onze volgende aankopen worden geïntegreerd in BEST. Het is een programma met hightechinvesteringen in elektronica, optische apparatuur en nieuwe materialen, zoals textiel.”

Barco, OIP en Sioen maken zich dus best op voor een rondje lobbyen. Biedt BEST vooral perspectieven voor de Vlaamse, niet louter militaire industrie?

VAN DAELE. “Vergeet de traditionele bewapening niet. Ik ken een paar Waalse bedrijven, FN bijvoorbeeld, die hierin de top uitmaken.”

Ondertussen werd uw rechterhand vice chief of Defence Jean-Marie Jockin (niet bepaald een jaknikker en evenmin PS) weggepromoveerd. Houdt u de stoel warm voor luitenant-generaal Jacques De Winter, uw opvolger als chef Material Resources? Hij zou uw steun krijgen als ‘luchtmachter’. En die van de minister als streek- en partijgenoot. Bovendien is hij Franstalig.

VAN DAELE. “Ik hoop in elk geval dat mijn opvolger de transformatie kan voortzetten. Taal mag geen rol spelen. Bij twee gelijkwaardige kandidaten lijkt het wel de beurt aan een Franstalige CHOD. Maar is het niet wat vroeg om een debat over mijn opvolger te starten?”

Hans Brockmans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content