Bewolkt, met een kans op neerslachtigheid

RELLEN De bevolking pikt het zero-covidbeleid niet meer. © AFP via Getty Images

Zelfs al heeft hij redenen om te juichen, Xi Jinping heeft toegegeven dat er zich donkere wolken samenpakken boven China.

Op het vijfjaarlijkse congres van de Communistische Partij in oktober verzekerde Xi Jinping zich van een nooit geziene derde ambtstermijn als partijvoorzitter. De ‘roerganger’, zoals hij nu in de staatsmedia wordt genoemd (wat verdacht veel begint te lijken op de aanbidding van Mao Zedong), sprak in Peking zo’n 2.300 partijafgevaardigden toe en had het daarbij over zijn tienjarige bewind dat grotendeels vlekkeloos was verlopen. Extreme armoede was verdwenen en zijn zero-covidbeleid had talloze levens gered, zei hij. De partij had “doeltreffend etnische separatisten, religieuze extremisten en gewelddadige terroristen in toom gehouden”, schepte hij op. Maar hij waarschuwde de partijleiding er ook voor om “zich voor te bereiden om sterke windstoten, woelige waters en zelfs gevaarlijke stormen te doorstaan”.

Lockdowns en reisbeperkingen zijn slechts een deel van het probleem. Xi heeft een meer socialistisch getinte en door de overheid gecontroleerde economie uitgetekend.

Xi is ervan overtuigd dat buitenlandse mogendheden, aangevoerd door Amerika, China onder de knoet willen houden. Dat is niet volledig onterecht. Veel westerse landen vinden de opkomst van China onrustwekkend. De regering van president Joe Biden heeft geprobeerd de Chinese technologie-industrie stokken in de wielen te steken met strafmaatregelen en uitvoercontroles. Xi wil de wereldorde zo hervormen dat autocraten zich erachter kunnen scharen. Hij stelt het Chinese autoritaire model voor als een plausibel alternatief voor het Westen. En hij heeft meer middelen ter beschikking dan welke despoot uit het verleden ook.

En toch staat China zwakker dan het normaal zou zijn, door de keuzes die Xi zelf heeft gemaakt. In eigen land stapelen de problemen zich op. De roerganger zal het lastig krijgen om in 2023 een vaste koers te varen.

Onrust

Een van de meest acute uitdagingen vormt covid-19. Door het zero-covidbeleid van Xi staat China met de rug tegen de muur. Dat steunde op plaatselijke lockdowns en draconische beperkingen om uitbraken in te dijken. Het klopt dat hij daarmee veel levens heeft gered. Maar nu houden de regels de economie in een wurggreep en raken de inwoners gefrustreerd, omdat een nieuwe quarantaine hen voortdurend boven het hoofd hangt. Eind november braken nooit geziene protesten uit. Het regime heeft aangekondigd de teugels te willen vieren, maar een groot deel van de bevolking heeft nog niet genoeg inentingen gekregen met een in eigen land ontwikkeld vaccin om het risico op een ernstig ziektebeeld en overlijden grotendeels te vermijden. De overheid wil, om politieke redenen, niet meer doeltreffende westerse vaccins invoeren. Het gezondheidssysteem is verzwakt. Daardoor is China niet voldoende uitgerust om met het virus te leven. Uit voorspellingen blijkt dat afstappen van het zero-covidbeleid zou uitmonden in overvolle ziekenhuizen en honderdduizenden doden.

Meer kinderen

De partij maakt zich ook zorgen over de slabakkende economie. De groei verliep langzamer dan verwacht in 2022 en dat scenario zal zich herhalen in 2023, als de overheid op hetzelfde elan doorgaat. Jonge mensen, ook met een universitair diploma, kunnen met moeite werk vinden. Op de vastgoedmarkt, waarop een groot deel van het bbp berust, woedt een crisis. Lockdowns en reisbeperkingen zijn slechts een deel van het probleem. Xi heeft een meer socialistisch getinte en door de overheid gecontroleerde economie uitgetekend. Hij vindt dat de partij meer zeggenschap moet krijgen in de manier waarop bedrijven geleid worden. Met zijn strenge regels voor techbedrijven en door China af te zonderen van de rest van de wereld komen er minder vernieuwingen op de markt en is de bedrijvigheid in de privésector de kop ingedrukt.

De bevolkingssamenstelling werkt ook in het nadeel van China. In de jaren tachtig hebben de leiders de eenkindpolitiek doorgedrukt. Ze waren er toen van overtuigd dat de bevolking te snel groeide. Nu vrezen ze net het omgekeerde. Vanaf 2023 zal de Chinese bevolking, waarvan de teller nu op zo’n 1,4 miljard inwoners staat, wellicht beginnen afnemen. Het aantal oudere mensen in China is al jaren aan het stijgen, terwijl de beroepsbevolking krimpt. Dat belemmert de economische groei en legt een zware last op de schouders van jongeren. In 2015 is China overgeschakeld naar een tweekindpolitiek. Sinds 2021 mogen gezinnen drie kinderen krijgen. Maar jonge mensen lijken geen groot gezin meer te willen stichten.

Nu het nog kan

Sommige experts oordelen op basis van die problemen én de zware schuldenlast van China dat het land het toppunt van zijn kunnen heeft bereikt. Maar Xi is niet van plan van koers te veranderen. Wat kan dat betekenen? Als het trager groeit, heeft China minder middelen om de confrontatie met het Westen aan te gaan. Maar een verzwakt China, dat bang is voor de economische wurggreep van Amerika, kan zelfs gevaarlijker zijn. Als het land een achteruitgang verwacht en toch nog de wereld wil hervormen – of Taiwan wil innemen – vrezen sommige waarnemers dat China binnenkort al tot de actie overgaat, nu het dat nog kan.

Het Westen moet ervoor uitkijken een resultaat te voorspellen – de val van de Communistische Partij – enkel omdat het dat goed zou uitkomen. Zelfs een verzwakte Chinese economie blijft een van de grootste ter wereld. De overheid kan in massale hoeveelheden middelen inzetten op strategische plaatsen, zoals de productie van halfgeleiders of wapens. Andere landen, waaronder Amerika, zullen de komende jaren met hun demografische uitdagingen te kampen krijgen. De gestage opkomst van China is niet onvermijdelijk, maar de terugval van het land ook niet.

De auteur is redacteur China van The Economist

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content