BEVEL IS BEVEL

Stefaan Decock is de nationale bankverantwoordelijke bij de bediendenvakbond LBC voor BBL. Hij onderhandelde uren met voorzitter Luc Vandewalle. De resultaten van de gesprekken zijn niet naar zijn smaak.

Decock: “De operationele sanering is opgeschort, maar de herstructurering van het commerciële netwerk gaat verder. De directie heeft wat tijd gewonnen. Het is uitstel van executie, vrees ik. Het Belgische banknet moet van dertien naar acht commerciële zetels. Dat betekent dat Hasselt, Aalst, Brugge, Doornik en Charleroi wegvallen.”

Volgens Luc Vandewalle is dit een inhaaloperatie tegenover de overige grote banken ( zie hoofdtekst). Decock volgt die redenering niet. Nu al hebben de Europese activiteiten van BBL een rendement van 15% van het eigen vermogen. Bij concurrerende banken is dat 8 à 9%. Het sluiten van Hasselt, bijvoorbeeld, vindt hij verkeerd, want: “We hadden er de laatste bankzetel, dus dat had ons een commercieel voordeel kunnen geven.”

Decock wijst erop dat Michel Tilmant, ING-topman voor Europese bankactiviteiten, de opdracht heeft om de operationele zetels te stroomlijnen en te concentreren. Vandewalle ontkent niet dat België deze lijn volgt en dat de back office compacter moet worden. “Tilmant voert uit en Vandewalle volgt,” aldus Decock. “Hun carrière hangt daarvan af. Bevel is bevel. Door de concentratie moet het aantal medewerkers verminderen. Een Europese operationale concentratie is in gang gezet voor de verwerking van de effectenadministratie en de coupons. Het centrale punt voor Europa wordt Brussel.”

De vakbondsman mist in de discussie uitleg over de maatschappelijke haalbaarheid van de ombouw. “BBL en ING hakken met de botte bijl,” stelt hij. “De Europese metropolen worden het centrum, omdat mensen mobieler zouden zijn dan vroeger. Wat dan met telewerk? Er is de evolutie naar centrale beslissingsorganen, maar wat met de lokale uitvoering? De operationele centralisering is uit de tijd. Er zijn toch fundamentele grenzen aan de mobiliteit.”

Volgens Decock zal het wegtrekken uit de regio leiden tot een onaantrekkelijk rekruteringsprofiel. Hij volgt daarmee een redering die eigenlijk haaks staat op die van de BBL-voorzitter, die vindt dat de internationalisering net mensen aantrekt. Decock: “Antwerpen zit concreet al met een opvallend probleem van mankracht. Werken in de eigen regio, zonder uren te verliezen in de file, wordt een belangrijk argument voor mannen en vrouwen om voor een onderneming te kiezen.”

BBL rekent de volledige verplaatsingstijd alleen aan als arbeidstijd als die meer dan drie uur bedraagt. Dat betekent dus een werkweek van 35 plus (maximum) 15 uur. “Daarmee zitten we bij de 48 uur uit de beginjaren van het syndicalisme,” weet Decock. “BBL draait de klok terug.”

Dat de naam BBL verdwijnt, vindt Decock overigens “een bijkomstigheid”. Want: “ING volgt de trend. De rest is marketing.”

Frans Crols – Hans Brockmans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content