België pleegt traag zelfmoord

Medio 2002 trad Raf Decaluwé terug als gedelegeerd bestuurder van Bekaert. Sindsdien hield hij in de media de lippen stijf op elkaar. Tot nu. Een exclusief gesprek met de voorzitter van Laundry Systems Group, een onafhankelijk consulent en een wereldreiziger over de toekomst van de Belgische industrie.

Anderhalf jaar onderhandelen is eraan voorafgegaan, en uiteindelijk heeft hij ingestemd. Raf Decaluwé (55), voorzitter van LSG, ging met Trends aan tafel zitten voor een open gesprek over de economische gezondheid van België, de vakbonden, de regeringen-Verhofstadt, de stijgende en blijvende voorsprong van de VS, de taaie wil van de Chinezen om te groeien en de noodzaak voor veel Vlaamse ondernemingen om een strategie uit te stippelen.

Gelooft u nog in fabrieken, in Belgische industrie? Of zakt onze verwerkende nijverheid naar het lage BBP-percentage van de landbouw?

RAF DECALUWE (LSG). “België gaat qua competitiviteit continu achteruit. Alleen leeft dat inzicht vandaag niet bij de mensen, ze ondervinden het nog niet genoeg aan den lijve. Maar we verliezen volledig de eenvoudige arbeidsintensieve industrie, waar het product transport toelaat. Dat is onvermijdelijk. Voor de complexere industrie met een technologisch sterke inhoud, met een aantal arbeidsuren dat in de kostprijs niet te hoog oploopt en waar vernieuwing belangrijk is, behouden we een kleine voorsprong of ten minste de kans om mee te doen. Maar als België zich niet sneller aanpast, zal het ook die complexere, brain-gebaseerde industrie verliezen.

“Er steekt een tweede verhuizingsgolf van onze indu- strie op. Ik zie geen enkele reden om te veronderstellen dat de mensen in de ontwikkelingslanden niet even intelligent zouden zijn als wij. Als je ze dezelfde opleidingsmiddelen geeft, zullen er knappe ingenieurs opgroeien en zullen ze België evenaren of inhalen. Denk maar aan China en India. Met onze sociale zekerheid zijn we te duur en onafgebroken eisen de vakbonden meer van dit en meer van dat. Na concurrentie op arbeid volgt nu de concurrentie op brains, die ginds tegen veel goedkopere voorwaarden bereid zijn te werken.”

De delokalisering blijft dus doorgaan?

DECALUWE. “Geef de mensen in de Derde Wereld nog tien jaar en België staat voor dezelfde uitdagingen als wat we vandaag zien met het verlies van de eenvoudige industrie. Als België zijn kostenstructuur tegenover de buitenwereld niet beheerst, en de ambitie om de levensstandaard bestendig op te trekken ondanks de steeds kortere werktijd overheerst, dan verliezen we over de hele lijn. De welvaart van West-Europa wordt bedreigd. Niet voor ons, wel voor onze kinderen. Zonder een doorbraak hierin en een nieuw elan zal Europa verarmen.”

Van Belgische vakbondszijde hoor je intussen niets over een industriebeleid.

DECALUWE. “Bij de vakbonden ligt bijna niemand wakker van dergelijke ontwikkelingen. Ik heb dat meermaals meegemaakt. In discussies domineert vooral de eis om brugpensioenen af te dwingen om zo naakte ontslagen te vermijden. De staat – en dus de belastingbetaler – moet voor de sociale vrede opdraaien. Over de werkgelegenheid wordt weinig gediscussieerd. Wie in België zonder naakte ontslagen kan sluiten, zal door de bonden niet zwaar lastiggevallen worden. Maar strategische discussies over de toekomst en de industrie worden bij het ACV en het ABVV kennelijk niet gevoerd.”

Worden de vakbonden goed geleid? Nemen de toplui hun verantwoordelijkheid op?

DECALUWE. “De huidige vakbondsstructuren zijn relatief zwak en er zijn – in tegenstelling tot vroegere periodes met Cools-Major en Houthuys-Debunne – geen nationale charismatische figuren meer die hun nationale verantwoordelijkheid kunnen of durven opnemen. De vakbonden feodaliseren, met lokaal machtige mensen die de afspraken die de nationale leiders bedingen niet altijd naleven. Als de regionale secretaris zich schrap zet tegen een nationale beslissing, dan gebeurt er niet veel. De lokale chefs worden niet echt tot de orde geroepen. Dat heb ik persoonlijk meermaals aangevoeld.”

We hebben sinds 1999 regeringen met een sterke liberale inslag. Merkt u daar iets van?

DECALUWE. “Vanuit de huidige politiek zie ik geen genezende actie, veeleer negatieve ontwikkelingen. Het kabinet-Verhofstadt II zou zoals Verhofstadt I economisch proactief en stimulerend moeten zijn, maar het brengt daar weinig van terecht. De laatste regeringen zijn socialistischer getint. Men wil dat de Belg weer investeert in de lokale economie. Daarom – maar vooral om budgettaire redenen – stemt men een wet over fiscale amnestie. Tegelijk wil men in de toekomst een beleggingsinstrument als aandelen aan toonder afschaffen. Dat is de eerste stap naar een vermogensbelasting, naar meer controle. Zo’n politiek boezemt de Belgen toch zeer weinig vertrouwen in? Wie wil onder zulke onzekere voorwaarden herinvesteren in zijn thuisland?

“Daarnaast, welk gezicht toont België aan de buitenwereld door de gijzelingen bij Sigma Coating en Alstom te tolereren? België is geen aantrekkelijk investeringsland meer voor buitenlandse bedrijven. Toen ik in 1971 afstudeerde in Chicago, investeerden de Amerikanen nog volop in West-Europa en ik had een dertigtal jobaanbiedingen. Dat zul je nu niet meer meemaken, omdat de belangstelling van de Amerikanen wegviel. De voorbije weken heb ik voor Laundry Systems Group door China gereisd. Chinezen met ervaring en een opvoeding buiten China worden daar sterk gezocht door buitenlandse bedrijven, zoals bij ons in 1971. De beste onderzoekers worden uit België weggezogen door buitenlandse universiteiten en blijven daar. De top van onze samenleving is grotendeels afgeroomd. Ik ben noch op de korte noch op lange termijn optimistisch over Europa en België. Er moet politiek en economisch zoveel omgebogen worden. Ik heb me boos gemaakt over de jongste campagne van 11.11.11. De tv-spot houdt voor dat de foute waterpolitiek in de wereld het gevolg is van private ondernemers die bloedzuigers zijn en zich verrijken op de kap van de armste mensen. Die belachelijke boodschap verschijnt wekenlang op tv en niemand reageert. Welk imago heeft een ondernemer dan nog in dit land? Wie wil dan nog ondernemer worden?”

De VS nam de bocht van desindustrialisering naar herindustrialisering. Is dat een rolmodel voor Europa?

DECALUWE. “In de VS zijn er onder president Ronald Reagan belangrijke veranderingen gekomen ten voordele van de industrie en het bedrijfsleven. Je hoort schamper dat die man maar een acteur was. Dat klopt, maar hij had wel de intelligentie om zich te omringen met deskundigen die de VS een nieuwe aanzet gaven om het land om te buigen tot een performante industriestaat. De Reagan-administratie bracht belastingstimulansen voor de industrie, voor de burgers en minder regeringsuitgaven. Reagan is onderschat.

“Het is geen toeval dat de Amerikanen ook nu weer flink op dreef komen. Zij reageren altijd sneller op de wijzigende omstandigheden en wij steeds trager door de dure afdankingen en allerhande vangnetten die ontworpen zijn om de economische realiteit minder snel en minder scherp aan te voelen. Ik ben niet antisociaal, maar door de sociale mechanismen vertraag je de reactiesnelheid van je economie. Ook door de internationale concurrentie, die niet zal afnemen maar toenemen, raken we structureel steeds verder achterop. Wij zijn te kieskeurig. Als je hier je job verliest en je vindt maandenlang geen identieke job, zul je wachten. Je pakt niet zoals Amerikanen een job aan, whatever, om verder te leven tot er betere tijden komen. De Amerikaanse economie zal het merkelijk verder schoppen dan de Europese. Ze zal blijven groeien, sneller en verder. Ons systeem is defensief. Ik geloof veel meer in een offensief systeem.”

U zetelt als externe bestuurder in de raad van bestuur van de Amerikaanse Chesapeake Corporation van Richmond, Virginia. Hoe kijken ze daar naar Europa?

DECALUWE. Chesapeake Corporation produceert onder meer luxeverpakkingen voor de champagnenijverheid, de geneesmiddelenindustrie en de tabaksverwerkers, en heeft drie Belgische fabrieken. Ze zochten een Europeaan voor de raad van bestuur. Chesapeake Corporation is met 700 miljoen dollar omzet klein naar Amerikaanse normen. De Amerikaanse collega’s in de raad van bestuur hebben moeite met de ingewikkelde en dure regelingen in Europa voor de herstucturering of sluiting van een bedrijf. Vragen over een delokalisering van de grote klanten zijn geregeld aan de orde.”

Anti-amerikanisme is populair in Europa. Ons systeem is superieur, is het officiële credo.

DECALUWE. “Amerikanen nemen hun eigen verantwoordelijkheid op, wij zoeken altijd een schuldige partij. Het is voor ons altijd andermans verantwoordelijkheid als er wat fout is. De VS heeft soepele systemen. Het onderinvesteert misschien in de sociale sector, maar wij overinvesteren. Ik hou van een systeem dat zich aanpast. Wij spelen te veel op vertragende tactiek en uitstel.”

Bestaan er in België dan nog twee snelheden voor de economische en de sociale politiek?

DECALUWE. “Onze halfslachtige federalisering is een vertragende factor bij de noodzakelijke aanpassingen en we zijn er dus nog slechter aan toe dan de buurlanden. We raken het soms niet eens door de blokkades van de Waalse socialisten. Waarom moeten wij ons daar verder op vastpinnen? Vlaanderen is economisch realistischer, opener en moderner. Vlaanderen kan in een zelfstandiger vorm veel sneller handelen. Als je goede wijn toebedeeld krijgt van de overkant van de tafel, zoals de Walen, waarom zou je dan veranderen? Wallonië heeft geen incentives om te veranderen en het zal van onze kant moeten komen.”

Ziet u in Duitsland, Frankrijk en Nederland een omslag?

DECALUWE. “De SPD hervormt mee het geblokkeerde systeem en dat kan omdat ze haar achterban onder controle kan houden. Ik ben geen CD&V’er, noch een politiek militant. Ik bekijk onze economische situatie als een bekommerde burger. De regeringen tot en met premier Jean-Luc Dehaene hebben zwaar bezuinigd. Dat was niet sympathiek en ze hebben daar politiek de prijs voor betaald. De eerste regering-Verhofstadt heeft dan weer sinterklaas gespeeld. Ik had er veel meer van verwacht, meer economische impulsen en een toekomstvisie. De strategie van een bedrijf veranderen, doe je op twee tot drie jaar. Een land met twee gemeenschappen en twee verschillende politiek-economische filosofieën verander je – in het beste geval – op vijf jaar. Maar de eerste regeerperiode is zonder trendbreuk voorbijgegaan. Zelfs de onrealistische indexkoppeling blijft onbedreigd bestaan en de tovertrucs met het Belgacom-pensioenfonds en de repatriëring van zwart geld leveren ten gronde niets op. Ik ben zeer ontgoocheld over de huidige politici en kijk met waardering naar wat er zal gebeuren in de buurlanden.”

Devalueren om onze kosten competitief te maken, kan niet langer door de Europese muntunie. Hoe kunnen we in balans raken, als de politiek vaandelvlucht pleegt?

DECALUWE. “Als elke Belg gedwongen wordt om 10 % minder te verdienen, is het revolutie. Laat dus de inflatie aangroeien. Dat heeft hetzelfde effect zoals in de jaren zeventig en het begin van de jaren tachtig, met een piekinflatie van 17 %. Dat is een verarming voor wie een patrimonium bezit en voor loontrekkenden. De lonen stegen toen geen 17 % en dus was er een feitelijke loonsverlaging. De Fransen en de Duitsers overschrijden de Europese deficitnormen en dat zal nog een tijd duren. Dat kan in de Europese Unie inflatie veroorzaken.”

Houden bedrijven die verankerd zijn door het aandeelhouderschap of een kenniscentrum beter stand in België?

DECALUWE. “De verankering is deels een loos debat en deels een belangrijk debat. Een beslissingscentrum in België waarborgt beter de continuïteit en de werkgelegenheid, hoewel dat vandaag betrekkelijk is. Zelfs al staat het hoofdkwartier in België, als de lokale fabrieken qua rendement te veel afwijken van vergelijkbare eenheden in het buitenland, dan moet er toch gesaneerd of gesloten worden. Men kan de economische realiteit niet ontlopen. De vakbonden van Ford Genk en de politici hebben geen verweer als de productieresultaten minder goed zijn dan elders. Zelfs als Ford Genk Belgisch zou zijn in hart en nieren valt dezelfde beslissing.”

China wekt vandaag in Europa het enthousiasme op van Japan in de jaren tachtig. Wat zijn uw ervaringen met het land?

DECALUWE. “Ik reis geregeld door China en ik ken het land een beetje van toen Bekaert Staalkoord daar opgestart werd. Bedrijven in Vlaanderen spreken me nu aan om voor hen de Chinese markt te peilen. Je komt als Europeaan met veel energie terug uit China. Het is ongelooflijk hoe daar het gevoel leeft dat ze vooruit moeten en de levensstandaard moet stijgen. Ze zijn bereid om er hard voor te werken. Na de Tweede Wereldoorlog moet dat ook bij ons bestaan hebben, bij de wederopbouw. Vandaag teren we op onze verworven rechten, maar niemand kan in 2004 nog aanspraak maken op verworven rechten. Er moet constant voor het behoud van competitiviteit geknokt worden. Als ik in China op zondag mensen wil interviewen, dan is dat geen probleem. Ze vliegen van Peking naar Sjanghai en zijn ter beschikkking. De Chinezen zijn 130 % gemobiliseerd voor het economisch gevecht om een hogere levensstandaard. Dat wordt een zeer harde dobber voor het gemakzuchtige België en Europa.”

Frans Crols

“Onze halfslachtige federalisering is een vertragende factor. Als België zich niet sneller aanpast, zal het ook zijn ‘brains’ verliezen.”

“Verankering? Men kan de economische realiteit niet ontlopen. Zelfs als Ford Genk Belgisch zou zijn in hart en nieren valt dezelfde beslissing.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content