BEHOEFTIGE MAYSTADT AAIT BANKEN

Eigenlijk verschilt de politieke besluitvorming maar bitter weinig van een economische transactie zoals die in een vrijemarkteconomie totstandkomt. In beide gevallen draait het essentieel rond vraag en aanbod en een evenwichtsprijs tegen dewelke de marktdeelnemers bereid zijn de transactie ten uitvoer te brengen. Zeker vandaag horen politici dit soort dingen niet graag. Zij zien zich liever afgeschilderd als de behoeders van allerhande meer verheven doelstellingen van de mensheid.

Zelfs zonder de rauwe realiteit van de voorbije maanden wisten we al dat zo’n idealistisch plaatje volstrekt naast de kwestie is wat het politieke gebeuren betreft. Daarmee is helemaal niet gezegd dat alle politici corrupt of te kwader trouw zijn, integendeel. Wel stellen we hier dat men de handel en wandel in de politiek veel beter kan begrijpen als men enige rationaliteit in zijn analyse steekt. Tenzij men wil volhouden dat politici en bureaucraten buitenaardse wezens zijn, dient men aan te nemen dat zij hun nut (macht, inkomen, budgetten enzovoort soms ook maatschappelijke bekommernissen) maximaliseren, net zoals ondernemers optimale winstcijfers moeten nastreven.

De recente toezeggingen van minister van Financiën Philippe Maystadt naar de financiële instellingen toe illustreren dit perfect. Maystadt heeft zich immers bereid verklaard de banken onder meer via fiscale tegemoetkomingen te helpen bij de miljardeninvestering die zij moeten doen naar aanleiding van de invoering van de euro.

Hoezo ? Vanuit het standpunt van het algemeen belang gaat Maystadt gegarandeerd gemeenschapsgelden verspillen. Hij kan immers onmogelijk tot een hogere efficiëntie komen dan die welke bereikt zou worden indien hij in dit aanpassingsproces gewoon het marktmechanisme liet spelen.

De aandeelhouders van financiële instellingen kunnen vrij beslissen of ze de euro-investeringen doen of niet. Degenen die njet zeggen, zullen dan uiteraard ook niet langer meespelen (tenzij in overname- of fusieverband). So what ? Welk verschil maakt het uit of er nu tien, twintig of vijftig instellingen dingen naar de gunsten van de klanten ? Voor degenen die de investering wel doen, zal het spel van de vrije concurrentie bepalen in welke mate zij de verhoogde kosten al dan niet zullen kunnen doorrekenen. Diezelfde concurrentie zal er trouwens a priori voor zorgen dat die miljarden op de meest zinnige manier geïnvesteerd worden.

De argumenten die de banken aanhalen om tegemoetkomingen vanwege de overheid te vragen, snijden geen hout. Of beter : indien men ze aanvaardt, is er geen enkele reden om ook geen tussenkomst vanwege de overheid te gaan voorzien ten voordele van industriële bedrijven of ondernemingen uit de dienstensector die vaak ook aanzienlijke euro-investeringen op zich zien afkomen (zie Omslagverhaal, blz. 38). De banksector kan in deze materie zijn slag thuishalen omdat hier een transactie vorm krijgt waar vraag en aanbod inzake overheidstussenkomst mekaar snel gevonden hebben.

De vraag bestaat uiteraard uit de behoefte van de financiële sector om een stuk van de investeringskosten op de overheid af te wentelen. Elk bedrijf uit eender welke sector dat die kans krijgt, zou trouwens hetzelfde doen. De banksector kan zijn vraag krachtig formuleren omdat deze een relatief beperkte, goed georganiseerde groep van ondernemingen bevat. Maystadt is bereid het aanbod te verschaffen, met andere woorden aan de vraag te voldoen, om verschillende redenen. De dreiging van zwaar tewerkstellingsverlies in de banksector loert op de achtergrond en zou hem politiek/electoraal zwaar kunnen worden aangerekend. (euro of niet : aanzienlijke afslankingen komen er sowieso in de banksector).

Bovendien geniet de minister van Financiën een slechte reputatie bij onze bankiers. Die is gegeroeid doordat Maystadt met diverse marktingrepen de banken de voorbije jaren diep in het vlees heeft gesneden. Zijn politieke winst lag toen bij de vermindering van de rentelasten, een winst die ruimschoots opwoog tegen het nadeel dat hij ondervond van het bankchagrijn. Als rationeel politicus en verstandig man tout court toonde Maystadt in die dagen dan ook weinig medelijden met de banken. Maar nu liggen de kaarten anders voor de op de Belgische politiek uitgekeken Philippe Maystadt. Hij weet beter dan wie ook dat hij vandaag minister af zou zijn indien VLD-voorzitter Decroo het onfrisse swap-verhaal beter onderlegd had gebracht en harder was blijven doorspelen.

Maystadt wil een nieuwe carrière, ofwel in de Belgische financiële sector, ofwel in de internationale. Geen van beide behoort echt tot de mogelijkheden als zijn imago bij de orthodoxe bankiers niet snel wat wordt opgekrikt. Vandaar dat Maystadt er geen probleem mee heeft om de vraag naar wat extra bescherming voor de financiële sector nu hard te maken. En de evenwichtsprijs waartegen vraag en aanbod zich hier vinden ? Die wordt betaald door de grijze massa. Of noemen we die voortaan consequent de witte massa ?

Johan Van Overtveldt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content