BEDROGEREN: VOOR HET GELD OF DE EER?

Geert Noels Geert Noels is chief economist van Econopolis.

Doping in de wielersport is geen geïsoleerd probleem. Doping en vals spelen maken deel uit van het menselijk gedrag. Economie is dan ook niet veraf. Alexander Vinokourov en Michael Rasmussen gedragen zich niet anders dan Nick Leeson of Jo Lernout. Trouwens, geld is dikwijls níét de drijfveer van de boosdoeners.

Ik geef toe dat ik enkele weken van de aardbodem ben verdwenen. En neen, ik heb geen economische studiereis naar Mexico gemaakt – dat maakt de foto van mijn Italiaanse klimtraining wel voldoende duidelijk, hoop ik. Het belangrijkste nieuws in die periode was het teveel aan water in Engeland, het tekort aan muzikale kennis van de Belgische regeringsformateur en het teveel aan doping in de Tour de France.

Dopinggebruik blijkt uit rioolwater. Afgezien van het scheren van hun benen, het zes uur zitten op een plankje dat ze zelf een zadel noemen en het doorkruisen van adembenemende landschappen zonder ernaar te kijken, zijn wielrenners eigenlijk gewone mensen. Ze gedragen zich zelfs als gewone mensen, en ze bedriegen of doperen zich niet meer dan studenten, managers of professionele chauffeurs. Die laatsten beschouwen hun pepmiddelen trouwens ook niet als doping, hoewel die evengoed hun prestaties moeten verhogen. De afgelopen jaren lag het percentage positieve controles van de wielrenners rond het gemiddelde van de andere sporters, maar er waren wel driemaal meer controles dan bijvoorbeeld in het voetbal, een sport die nochtans meer beoefenaars telt.

Doping is een maatschappelijk probleem (1). De analyse van eurobiljetten in verscheidene steden en ook de analyse van het rioolwater (2) (zie grafiek) hebben aangetoond hoe wijdverspreid doping wel is. Gerichte dopingcontroles in The City of The Big Apple zouden aantonen dat er meer doping in het financiële peloton wordt gebruikt dan in het wielerpeloton. Startte de Tour daarom in Londen?

Er zit dus ontzettend veel hypocrisie en kortzichtigheid in de verontwaardiging over doping in het wielrennen (3). Zijn er al cleane Olympische Spelen georganiseerd? Ook het verbergen van fouten en zelfs het bedriegen van dichte collega’s zijn niet eigen aan wielrenners of sporters. De grootste financiële oplichters hebben tot het laatst hun onschuld staande gehouden, dikwijls gesteund door hun grootste slachtoffers. Herinner u ook de presidenten Richard Nixon en Bill Clinton of de ondernemers Nina Brink en Jo Lernout. Allemaal bleven ze voor de media ontkennen of zoeken naar ingewikkelde verklaringen, terwijl hun leugens overduidelijk waren.

Eer belangrijker dan geld. Het is volgens mij twijfelachtig dat geld de belangrijkste drijfveer is van al dit gesjoemel. Voor heel wat sporters is geld al vrij snel geen motivator meer. Vinokourov heeft herhaaldelijk verklaard dat zijn trots en eergevoel als Kazak hem motiveerden om onmenselijke pijn te verbijten. De voetballers Beckham, Ronaldo of Rooney kan je nog moeilijk extra motiveren met geld. In een echte topmatch staat vooral hun eer op het spel. Voor hun land gaan spelers tot over de limiet, terwijl ze voor de club die hen rijkelijk betaalt zich niet te moe meer maken. Als je al geld hebt, is eer belangrijker dan nóg meer geld.

Waarom nemen amateursporters ook hun toevloed tot pepmiddelen terwijl er voor hen niets mee te verdienen valt? “Nog liever doodvallen dan niet boven geraken,” wordt elk jaar dramatisch in de praktijk gebracht op de Mont Ventoux of L’Alpe d’Huez. Het eergevoel van de sporter en zijn drang om aandacht worden alleen maar benaderd door zijn sponsors.

Veel sportsponsoring is economisch moeilijk verdedigbaar. Maar het is een opstap naar glamour en glitter, naar egotripperij en aandacht. Denk aan Roman Abramovic (Chelsea), François Lambert (ADR, de ploeg van Greg Lemond) of Larry Ellison (CEO van Oracle en sponsor van een zeiljacht in de America’s Cup).

Eer is voor de mens een oermotivator die ver boven geld staat (4). Oorlogen worden meer voor de eer dan voor de economische opbrengst gevoerd.

Economische prikkels als remedie. Doping is dus een algemeen maatschappelijk probleem. Controles blijven evenwel beperkt omdat ze duur zijn en omdat er onvoldoende drijfveren zijn om individuen te betrappen op dopinggebruik. Stel dat 10 % van de studenten positief plast op het gebruik van Captagon. Is er schade voor de andere studenten? Dat is anders in de sport. Maar hier is het probleem dat de kosten voor de dopingcontrole op de overheid worden afgewenteld. Wielerploeg Predictor-Lotto diende een klacht in tegen Vino en Astana. Dat zouden ook andere teams moeten doen: ploegen of sporters die schade ondervinden door sportieve fraude móéten een schadevergoeding eisen. Waarom zouden ze zich niet groeperen en een soort class action-rechtszaak inspannen?

Laat trouwens de sporters maar bijdragen om meer controles te financieren. Zo zou de top tien steevast gecontroleerd moeten worden, vooral buiten competitie. Maar als je sporters wilt straffen, zijn boetes onvoldoende. Je moet ze hun trofeeën ontnemen. Tenslotte geldt voor sport, economie of beleggen één gouden regel: if it is too good to be true, it ain’t true.

De auteur is hoofdeconoom van Petercam Vermogensbeheer. Reacties: visienoels@trends.be(1) http://www.unodc.org/unodc/en/world-drug-report.html (2) http://www.johnbohannon.org/NewFiles/envirodope.pdf (3) http://www.wvc.vlaanderen.be/dopinglijn/cijfersenstatistiek/jaar/index.htm (4) ‘The bioeconomic causes of war’, Jack Hirschleifer, Managerial and Decision Economics, 1998Met dank aan Ivan Van de Cloot en Stijn Decock.

Geert Noels

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content