‘Automatische heftrucks zijn de toekomst’

Het Lierse Mabo-Lifting maakte naam in de heftruckwereld met de invoer van Ierse heftrucks voor nichetoepassingen. Medeoprichter en CEO Luc Mariën-Bouwens liet het familiebedrijf in 2014 over aan zijn zonen Bram en Maarten. De twee twintigers bouwen het heftruckbedrijf nu verder uit en investeren fors om ook de internationale AGV-markt te veroveren.

Het heftruckbedrijf Mabo-Lifting in Lier bestaat volgend jaar dertig jaar. Het werd in 1987 opgericht door de familie Mariën-Bouwens. In de beginjaren richtte het bedrijf zich vooral op de verkoop van tweedehands heftrucks. Doorheen de jaren specialiseerde Mabo-Lifting zich in de distributie en het onderhoud van nichemerken. “We werken voor 90 procent voor Ierse constructeurs die machines bouwen voor nichetoepassingen”, bevestigt CEO Luc Mariën-Bouwens (53). Hij stond mee aan de wieg van het bedrijf en kocht samen met zijn echtgenote zijn familieleden uit om Mabo-Lifting in 2005 over te nemen.

“We verdelen de meeneemheftrucks van Moffett/Kooiaap. Dat zijn heftrucks die aan de achterkant van een vrachtwagen bevestigd kunnen worden, zodat de chauffeur zijn lading kan lossen bij de klant. Een ander nicheproduct is de zijlader van Combilift waarmee lange goederen zijdelings getransporteerd kunnen worden. Vandaag werken bijna alle houthandels met die trucks. Vrij nieuw in het gamma zijn de smallegangentrucks van Aisle Master. Die heftruck kan worden ingezet in magazijngangen van nog geen twee meter breedte.”

Machines voor nichetoepassingen

Mabo-Lifting heeft het kalenderjaar 2015 positief afgesloten met een omzet van 12 miljoen euro. “We hebben zo’n 200 nieuwe machines verkocht. Daar zitten kleine stapelaars bij van een paar duizend euro’s, maar ook containerhandlers die een half miljoen euro kosten”, zegt Luc Mariën-Bouwens. “We hadden in 2015 de meeste bestellingen ooit. Zo hebben we een groot contract afgesloten met Deceuninck Plastics voor zijladers. De markt boert goed en we denken dit jaar 20 procent in volume te groeien.”

De Belgische heftruckmarkt kende volgens voorlopige cijfers van Sigma, de sectorfederatie van de invoerders, vorig jaar een volumestijging van ongeveer 3,5 procent. Het aantal verkochte machines steeg met 300 eenheden naar 9300 stuks. Alle segmenten van de markt groeiden. Zowel het aantal thermische als elektrische heftrucks als de magazijntrucks zitten in de lift. Daarmee beleven de invoerders van heftrucks in België voor het tweede jaar op rij een groei-jaar. Ook voor 2016 rekent de sector op een stabiele groei.

Een van de drijvende krachten achter de groei van Mabo-Lifting is volgens Luc Mariën-Bouwens de keuze om voor niches te kiezen. “We zijn gestart met het invoeren van klassieke heftrucks. Dat doen we nu bijna niet meer. We zijn helemaal geëvolueerd naar machines voor nichetoepassingen. We hebben gepionierd met die Ierse fabrikanten. We kwamen als eersten op het vasteland met die merken. Het vraagt een specifieke aanpak om die concepten in de markt te zetten. En extra tijd en middelen om de markt te overtuigen. Als je in iets gelooft, moet je durven te investeren. Zo lanceer je nieuwe producten”, stelt Mariën-Bouwens.

4 miljoen euro investeringen

In 2014 liet Luc Mariën-Bouwens het heftruckbedrijf over aan zijn zonen Maarten en Bram. Luc is nog altijd de CEO van de familiale groep, maar niet langer de eigenaar. Al is hij nog altijd 60 uur per week in touw voor het bedrijf. “Mijn zonen nog meer”, lacht de CEO. Maarten, een handelsingenieur van 27, is de commerciële manager van Mabo-Lifting. Hij verkoopt en begeleidt projecten en staat in voor de dagelijkse leiding van de heftruckbusiness. Bram (29), burgerlijk ingenieur, is het technische brein van het bedrijf en staat aan het hoofd van de nieuwe poot van de groep: Mabo Egineering & Automation (E&A) die zich toelegt op automatisatie en AGV-projecten (automatisch geleide voertuigen).

“Bram werkte als projectingenieur in engineering en navigatie en Maarten wou in de consultingwereld actief worden”, zegt Luc Mariën-Bouwens. “Voor mij geen probleem, maar dan zou ik de zaak anders oriënteren. We hebben de koppen bij elkaar gestoken en afgesproken dat Bram en Maarten hier eerst twee jaar zouden werken om het bedrijf door en door te leren kennen en te kijken of de match werkt. Daarna konden ze beslissen wat ze zouden doen, ofwel voluit investeren ofwel er weer uitstappen.”

De vader vroeg van zijn zonen een duidelijk engagement en dat is vertaald in de overdracht van het bedrijf. “We hebben de jongste twee jaar bijna 2,5 miljoen euro geïnvesteerd in de opstart van Mabo E&A, in nieuwe infrastructuur, in de ontwikkeling van technologie. Dit jaar bouwen we een nieuwe loods van 4500 vierkante meter aan de overkant van de straat, goed voor een investering van 1,5 miljoen euro. In twee jaar zijn we gegroeid van 26 personeelsleden naar 45”, vertelt Luc Mariën-Bouwens.

Mabo-Lifting heeft twaalf servicewagens om de machines bij klanten te onderhouden en te repareren. Het familiebedrijf opende ook een tweede servicevestiging in Zulte, daar zijn twee technici en een verkoper actief. Voor dit jaar hebben de zaakvoerders plannen om een derde vestiging in Wallonië te openen.

Ook internationale ambities

Mabo heeft de jongte jaren vooral veel ingenieurs, softwareontwikkelaars en elektronicaspecialisten aangeworven. De kmo is nog op zoek naar programmeurs, elektrotechnici, technisch tekenaars, en andere technische profielen. “Bij Mabo E&A doen we alles zelf: de engineering, de mechanische opbouw van de AGV’s, we hebben een eigen elektronica-afdeling, we schrijven de software op maat van het project, we implementeren en onderhouden de onbemande voertuigen”, legt Bram uit.

“We evolueren van een distributie- en servicebedrijf naar een productiebedrijf. De nieuwbouw is bedoeld om meer ruimte te geven aan de productie, de assemblage en het testen van AGV’s”, schetst Maarten Mariën-Bouwens. Vandaag heeft Mabo E&A een tiental AGV-projecten in werking. Klanten zijn productiebedrijven in België, Nederland en Duitsland. Met de AGV-activiteiten hebben de Mabo-mannen internationale ambities. “In Nederland werken we aan een AGV-project met 22 automatische machines. Naar Europese normen is dat een groot project”, stelt Bram Mariën-Bouwens.

Voor de weefmachineproducent Picanol bouwde Mabo E&A zes AGV’s. In de productiehal van Mabo E&A in Lier sleutelen een vijftal monteurs aan twee automatische zijladers voor de nieuwe vinylfabriek van Unilin. “Als je vandaag bij een klant komt, krijg je automatisch de vraag om de heftruckbewegingen te automatiseren. Iedereen is bezig met efficiëntie. Het rendement van een AGV-project is enorm. Je kan ermee besparen op loonkosten, veiligheid en productschade”, weet Maarten.

Mabo E&A voorziet in het kalenderjaar 2016 in een omzet van 2,5 miljoen euro. “Onze bedoeling was traag te groeien via kleine projecten, maar dat is anders uitgedraaid. We hebben direct grote projecten gewonnen. We doen mee in die markt. We hebben de indruk dat de vraag groter is dan wat de markt kan leveren. Vandaar dat we volop investeren in onze toekomst. Al hadden we niet verwacht dat het zo snel zou gaan”, zegt Maarten Mariën-Bouwens. Veel last van concurrenten lijkt Mabo E&A niet te hebben. “Dankzij onze kleine structuur en flexibiliteit, maken we het verschil in de AGV-markt. Voor hetzelfde prijsniveau als de collega’s leveren wij maatwerk”, besluit Bram.

Kurt De Cat, fotografie Debby Termonia

“Als je bij een klant komt, krijg je automatisch de vraag om de heftruckbewegingen te automatiseren” Maarten Mariën-Bouwens