Europa blijft voor Amerikaanse investeerders nog steeds het belangrijkste investeringsdoel. Ons land is zelfs de zevende toplokatie voor Amerikaanse investeringen. Maar spelen we onze troef, de efficiënte havenstruktuur, wel voldoende uit ?
De verhalen over de global economy en de opkomende landen de Aziatische tijgers verscherpen het doemdenken van Europese beleidsinstanties en ekonomische kringen. Wordt Europa geleidelijk afgeschreven als aantrekkingspool voor investeringen ? “Neen integendeel,” zegt Tom Schiro van Deloitte Touche Tohmatsu International in Connecticut. “Een Amerikaanse investeerder die zichzelf ernstig neemt, kan het zich niet veroorloven weg te blijven op het Oude Kontinent. Het eventuele mislukken van de Ekonomische en Monetaire Unie zal daaraan niets veranderen.”
Schiro peilde naar de investeringsperspektieven bij 100 Amerikaanse topondernemingen. ” The Drive towards investing in Europe” wordt binnenkort publiek gemaakt. De hoofdkonklusie : “Europa blijft de belangrijkste markt buiten de VS voor Amerikaanse produkten en diensten. In 1994 trok Europa 2,5 keer meer investeringen aan dan Latijns-Amerika en bijna 3 keer zoveel als Azië.”
Europa is goed voor 40 % van de 200 miljard dollar Amerikaanse investeringen in het buitenland. Opmerkelijk volgens Schiro is “het stijgende vertrouwen in de kwaliteiten van Europese direktieleden”. Hoewel de Amerikanen de komende vijf jaar nog steeds vooral zullen investeren via fusies en overnames, “verwacht men van joint ventures en strategische allianties de hoogste winstperspektieven”.
Ons land komt naar voor als de zevende toplokatie voor Amerikaanse investeringen, na (in die volgorde) het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Duitsland, Nederland, Spanje en Italië. Deze keuze hangt samen met het belang dat de Amerikaanse investeerders hechten aan de nabijheid van klanten en gekwalificeerd personeel. Minder overwegend dan vroeger, zegt de studie, zijn belastingvoordelen, financiële tussenkomsten en de talenkennis. Schiro : “De ondernemingen houden meer rekening met de telekominfrastruktuur en het wegennet. België kan van deze trend profiteren. Hoewel jullie een belangrijk nadeel hebben : de dure loonkost en de weinig flexibele arbeidsregels.”
EFFICIENTE HAVENS.
De Amerikanen loven België (net als Nederland) omwille van zijn “Amerikaans-vriendelijke kultuur en de grote en efficiënte havens, die direkte toegang verlenen tot wereldwijde distributienetwerken”. Ongeveer een derde van de gepeilde ondernemingen is dan ook van plan om de volgende vijf jaar in België te investeren. Schiro : “Het hoeft geen betoog dat deze twee troeven vooral tot uiting komen in Antwerpen en Brussel. Het valt trouwens op dat jullie land in bijna alle sektoren goed scoort. Met uitzondering van high tech, waar jullie traditioneel zwak staan, en konsumentendistributie, omdat Amerikaanse ondernemingen niet geneigd zijn het op te nemen tegen het sterkst ontwikkelde netwerk van heel Europa.”
De Deloitte-studie wordt in Antwerpse havenkringen erg positief onthaald. Eddy Bruyninckx, direkteur-generaal van het Havenbedrijf Antwerpen, beklemtoont dat Antwerpen in vergelijking met Nederland (dat door de studie in één adem met België wordt genoemd) een belangrijke troef heeft : de betere aansluiting op het Europese wegennet. Maar onze Noorderburen hebben dat goed begrepen. Er is een massaal offensief op gang gekomen om Nederland als distributieland te promoten. Bruyninckx waarschuwt : “Vlaanderen schiet op dat vlak manifest tekort. Na de regionalizering van de buitenlandse handel spannen onze ambassades zich nog amper in om de Vlaamse havens te promoten. En de Vlaamse Dienst voor Buitenlandse Handel heeft niet voldoende middelen om zich voor 100 % te laten gelden op het internationale vlak.”
Er schort ook één en ander aan het algemeen omkaderingsbeleid van de haven. “De Nederlandse Spoorwegen, de Rotterdamse haven, de Stichting Nederland Distributieland en de regering-Kok koördineren hun inspanningen en hebben een plan klaar om Rotterdam slagvaardig te maken, onder meer op het vlak van het containervervoer,” waarschuwt Bruyninckx. “De miljardeninvestering in de Betuwelijn is daar een mooi voorbeeld van. In Vlaanderen daarentegen flopt het initiatief van de Antwerpse Gemeenschap voor de Haven (AGHA) om klokvaste spoorverbindingen met Zuid-Europa te realizeren door een gebrek aan samenwerking. Het aandeel van de infrastruktuurwerken in de Vlaamse begroting loopt terug. Ik vraag me af of onze beleidsmensen het ekonomisch belang van de haven wel voldoende inschatten.”
HBR
EDDY BRUYNINCKX (ANTWERPS HAVENBEDRIJF) Ik vraag me af of onze beleidsmensen het ekonomisch belang van de haven, zoals dat in de Deloitte-studie nogmaals wordt aangetoond, voldoende inschatten.