Alsof de fiscale fraude vrij spel zou krijgen

Leen Ketels

In het Nationaal Veiligheidsplan voor 2022-2025 werd de beleidskeuze gemaakt om de komende vier jaar de strijd tegen de belastingfraude niet langer een topprioriteit te laten zijn voor de politiediensten. Die keuze bracht hier en daar politiek geïnspireerde verontwaardiging met zich, van verbolgen tot zelfs woest. Alsof de fiscale fraude nu vrij spel zou krijgen. Niets is minder waar. Dit is louter een keuze voor een efficiënt gebruik van de beperkte middelen die voorhanden zijn en om dubbel werk te vermijden.

Het is verstandig beleid om de politiediensten niet langer hun tijd en energie bij voorrang te laten steken in fiscale fraude. Er is een andere federale overheidsdienst die de opdracht heeft de fiscale fraude op te sporen en aan te pakken. Dat zijn duizenden ambtenaren die elke dag fiscale fraude opsporen én daartoe bijzonder veel onderzoeksbevoegdheden hebben gekregen van de wetgever.

Geen enkele burger moet zich zorgen maken dat de fiscale fraude niet meer voldoende aandacht zou krijgen. De schatkist zal niet te lijden hebben. Deze regering rekent op nog méér opbrengsten uit fiscale fraude dan haar voorgangers om de begroting toch enigszins te doen kloppen. Dat alleen al is voldoende motivatie om aandacht te blijven hebben op beleidsniveau voor dat thema én te blijven investeren in de fiscale administratie.

Maar wat dan met de alarmbellen die de fiscale ambtenaren doen afgaan over de hun opgelegde tijdsdruk in het behandelen van hun dossiers? Over de vele ambtenaren die de voorbije decennia zijn moeten vertrekken bij de fiscus? Geen zorgen: er worden nog steeds veel investeringen gedaan bij de fiscus. Maar niet meer in arbeidskracht, wel in digitalisering en automatisering. Dat dit de kwaliteit van de dienstverlening niet ten goede komt, is een feit, maar de stroom aan fiscale opbrengsten zal heus niet stilvallen. Het is ook hier een kwestie van keuzes die gemaakt worden.

De heisa die is ontstaan rond die beleidskeuze toont nog maar eens het wezenlijke verschil aan tussen de politieke wereld en die van de burger. De politici die als eersten stonden te roepen dat de beleidskeuze in het Nationaal Veiligheidsplan een schande was, geven opnieuw een perfecte illustratie van de kloof tussen hun wereld en die erbuiten.

Het is voor ondernemers dagelijkse kost om keuzes te maken, opdat zo efficiënt mogelijk kan worden gewerkt met de middelen die beschikbaar zijn. Ook al zijn die keuzes vaak moeilijk. Aan overheidszijde is al te vaak de perceptie dat de middelen oneindig zijn. De dagelijkse economische realiteit van de ondernemende burger is van een heel andere aard.

De enige die wél de dupe dreigt te worden van die beleidskeuze is de gewone politieagent. Als de fiscale fraude geen topprioriteit meer is voor de politie, zal zich dat laten voelen als de budgetten worden verdeeld. De departementen die op een gulle bedeling kunnen rekenen in de overheidsbudgetten, zijn ofwel die waarmee het beleid zich populair kan maken, ofwel die die geld opbrengen voor die eerste categorie. De autoriteitsdepartementen zoals Justitie, Defensie en Politie hebben om die reden al decennialang te kampen met te weinig middelen, verouderde infrastructuur en te weinig personeel. Opnieuw: keuzes die gemaakt worden.

Het is verstandig beleid om de politiediensten niet langer hun tijd en energie bij voorrang te laten steken in fiscale fraude.

Het valt te vrezen dat de gewone politieagent het dus wél zal voelen. Maar ik hoorde geen woede, zelfs geen begin van verbolgenheid van een politicus die opkwam voor die burgers, ook al trokken zij eerder al aan de noodrem. Selectieve verontwaardiging dus. Ook een keuze, denk ik dan.

Voor het nieuwe jaar wens ik u, beste lezers, dan ook veel wijsheid toe in de keuzes die u zult maken.

De auteur is advocaat en vennoot bij Renier & Ketels.Tax

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content