ALLES MOET KUNNEN

Pluralistische nivelleerders

Het huwelijk is de hoeksteen van de maatschappij. Zo begon indertijd mijn cursus familierecht, vakkundig gedoceerd door Willy Delva. Als Delva gelijk had, dan is de westerse samenleving nu wel de totale ineenstorting nabij. Er zijn immers niet alleen de enorme mislukkingspercentages in de huwelijkspraktijk (één op drie huwelijken in België, zelfs één op twee in de Verenigde Staten) ; men poogt nu ook het huwelijk als moreel en juridisch model van zijn voetstuk te halen.

De ethische nivelleerders, zoals Patsy Sörensen en consoorten, pleiten terzake voor een volkomen egalitair pluralisme : het huwelijk zou slechts één van de vele samenlevingsmodellen zijn, waaruit volwassenen moeten kunnen kiezen. Naast het huwelijk moeten er keuzemogelijkheden komen voor tijdelijke samenlevingscontracten, voor homoseksuele en lesbische huwelijken, voor adoptie door dito echtparen en dies meer. De overheid moet zich terzake volledig neutraal opstellen : alle samenlevingsmodellen tussen twee (of meer ?) volwassenen kunnen geregistreerd worden en moeten gelijkelijk behandeld worden op fiscaal, erfrechtelijk en sociaal-rechtelijk vlak.

INTIMIDATIE.

Het politieke scenario dat zich omtrent de samenlevingsproblematiek in België zal ontwikkelen, lijkt wel in de sterren geschreven te staan. Enerzijds is er het kamp van “bange conservatieven” : de zogenaamde moral minority van christendemocraten, sommige nationalisten en liberalen, die zullen pogen de trend wat af te remmen en af te zwakken. Het kamp van de “pluralisten” anderzijds, bestaande uit links zonder Tobback, aangevuld met atomistische liberalen, lijkt af te stevenen op een triomf die nog slechts een kwestie van tijd is.

Dit scenario kan alleen doorbroken worden indien men de intellectuele intimidatie, die zo dikwijls uitgaat van het kamp der pluralistische nivelleerders, durft trotseren en indien men dit kamp van antwoord dient met samenhangende, niet-religieuze en sociaal-wetenschappelijk onderbouwde argumenten. Reacties in de zin van “dit gaat te ver” of “de bevolking is er nog niet rijp voor” houden reeds a priori een intellectuele abdicatie in.

Een voorbeeld van intellectuele intimidatie situeert zich rond het begrip tolerantie. Een uitspraak waarbij men de morele meerwaarde suggereert van een bepaald samenlevingsmodel, zoals het huwelijk, wordt dikwijls verdraaid tot een uiting van intolerantie. Hierbij speelt de tegenpartij handig in op de periodes van intolerantie die het christendom in het verleden, ook inzake huwelijksmoraal, inderdaad hebben gekenmerkt.

NORMEN.

Tolerantie houdt in dat men in de samenleving allerlei afwijkingen van de gangbare normen, die niet schadelijk zijn voor de anderen of voor het algemeen belang, behoort te verdragen. Tolerantie brengt ook mede dat de rechtsorde en de gangbare moraal niet volledig identiek kunnen (moeten) zijn. Het recht moet immers niet-gangbare (zij het niet-schadelijke) gedragingen beschermen tegen de morele meerderheid, om het even of die bestaat uit de aanhang van Pat Buchanan dan wel uit politiek-correcten.

Tolerantie betekent echter niet per se dat de gangbare normen moreel gelijkgeschakeld worden met de afwijkingen ervan, en dat het enige verschil zich zou situeren in de statistische frequentie. Men mag er integendeel van uitgaan dat wat gangbaar is en de tand des tijds heeft doorstaan, ook beantwoordt aan zeer fundamentele en constante behoeften van de bevolking.

Dit geldt zeker voor het huwelijk. Kenmerkend voor deze traditionele samenlevingsvorm is zijn permanent daarom nog niet onverbrekelijk karakter. Het is een overeenkomst voor het leven om samen door het leven te gaan. Alhoewel dit permanente karakter aanleiding geeft tot eeuwige spanningen (een groot deel van onze literatuur put hier haar pikante inspiratie), garandeert het aan de partners een quasi-evidente sociaal-affectieve steun en bovenal een stabiel opvoedingskader voor de kinderen.

MODEL.

Stabiele huwelijken produceren belangrijke positieve neveneffecten. Er is minder jeugddelinquentie, zodat er ook minder uitgaven zijn voor politie en jeugdbescherming. Er is een affectief kader waarin de schokken van de buitenwereld (zoals onderwijs en arbeidsomgeving) opgevangen worden : dus minder uitgaven voor buitengewoon onderwijs, minder ziekteverzuim, een hogere productiviteit. In onze socialistische welvaartsstaat, waarin de levenskwaliteit van de oudere generatie gekoppeld is aan de omvang en de productiviteit van de jongere generatie, bevorderen stabiele huwelijken de betaalbaarheid van de toekomstige pensioenen.

De overheid kan deze positieve neveneffecten bevorderen op een zeer goedkope manier : namelijk door het huwelijk, als een samenhangend geheel van rechten en verantwoordelijkheden, aan de burgers voor te houden als het belangrijkste aspiratiemodel. Dit is mogelijk via een goede eigentijdse huwelijkswetgeving, via het onderwijs, via het uiterlijk vertoon in de ceremonie voor de burgerlijke stand.

AANTASTING.

Dit alles sluit niet uit dat andere samenlevingsvormen niet alleen worden toegelaten maar tevens, zoals elk ander rechtsgeldig contract, aanspraak mogen maken op de klassieke rechtsbescherming. Door de pluralistische nivelleringsretoriek echter dreigt het huwelijk als samenlevingsmodel gebanaliseerd te worden, hetgeen een verdere aantasting betekent van de stabiliteit van wat wellicht het meest efficiënte buitenstaatse instituut is.

“One year of joy, another of comfort, and all the rest of content” zo luidt een Engels spreekwoord over het huwelijk. De dubbele betekenis van content, zowel beheersing als tevredenheid, drukt de eeuwige spanning uit in de huwelijksmoraal. Kan men zich iets menselijkers indenken ?

BOUDEWIJN BOUCKAERT

Prof. dr. B. Bouckaert is voorzitter van de vakgroep Grondslagen van het Recht, faculteit Rechtsgeleerdheid, Universiteit Gent.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content