Een diploma rechten is geen brede basis voor een beroepscarrière, blijkt uit recent onderzoek. Jonge juristen kiezen massaal voor de advocatuur, gevolgd door andere juridische beroepen. Ook zijn juristen weinig mobiel op de arbeidsmarkt.
De voorbije dertig jaar startten negen op de tien alumni in de rechten hun carrière in de juridische wereld. Driekwart bleef heel zijn carrière een juridisch beroep uitoefenen. Dat leert een onderzoek van Vlerick Business School en het rekruterings- en selectiebureau YouConnect bij 900 juristen. Eén op de twee start bij een advocatenkantoor. De tweede keuze is een carrière in het onderwijs of de overheid (13%), gevolgd door de financiële sector (8%).
Van de jonge advocaten gaat een derde aan de slag bij de topkantoren. De studie gebruikt als referentie de Legal 500, die sinds 1991 de advocatenkantoren met de beste reputatie bevat (onder meer Allen & Overy, Cleary Gottlieb, Freshfields en Linklaters). “Dat veel juristen hun carrière beginnen in de advocatuur, komt omdat kantoren vaak stageplaatsen aanbieden en meer kansen hebben voor mensen met weinig ervaring”, weet Ilse Tack, managing partners van YouConnect. “In de bedrijfswereld wordt vaak een aantal jaren werkervaring gevraagd. Op de advocatenkantoren leren de jonge juristen dossiers voor te bereiden, te onderhandelen, contracten te schrijven, kortom: creatief met recht om te gaan. Ze worden perfect voorbereid voor het bedrijfsleven.”
Stephanie Verhaegen (YouConnect): “Heel wat jonge advocaten weten vanaf de start dat ze ooit naar het bedrijfsleven zullen overstappen. Anderen komen later tot dat inzicht. Dat hoeft niet per se omdat ze geen toekomst meer hebben in het kantoor. Dikwijls willen ze gewoon dichter bij de strategie van een onderneming betrokken zijn.”
Een op de zes advocaten hangt binnen tien jaar de toga aan de wilgen voor een job in de privésector. De helft komt terecht in de privésector, 15 procent bij de overheid. Zes op de tien bedrijfsjuristen begonnen hun carrière als advocaat. “De kantoren verliezen advocaten in wie ze veel hebben geïnvesteerd”, aldus Tack. “De keerzijde van de medaille is dat die vertrekkers hebben gewerkt met de collega’s die blijven, hun kwaliteit en aanpak kennen en dus ook geneigd zijn hen in te schakelen voor de onderneming waar ze als bedrijfsjurist werken.”
Opvallend lage arbeidsmarktmobiliteit
Tot slot blijkt de loopbaan van juristen zeer stabiel. Een kwart is na meer dan 25 jaar nog altijd aan de slag bij zijn eerste werkgever. Juristen zijn het meest mobiel na hun studies. De helft van hen heeft in de eerste vijf jaar zijn eerste werkplek verlaten. De jongste generatie juristen wisselt vandaag opvallend sneller van job, gemiddeld al na drie jaar. Dat is bijna driemaal sneller dan hun collega’s met minstens twee decennia ervaring.
Tack: “Het is voor werkgevers belangrijk getalenteerde juristen binnen de eerste tien jaar na hun afstuderen aan te trekken, want daarna staan ze veel minder open om van job te veranderen. In die eerste jaren capteren ze veel informatie, die hen meestal voorbereidt op een stabiele job. Het gebrek aan mobiliteit bij juristen heeft later ook voordelen. Een jurist is in zo’n bedrijf een vertrouwenspersoon, die na verloop van tijd het bedrijf van binnen en van buiten kent. Als zo’n spilfiguur vertrekt, verdwijnt ook heel wat kennis. Honkvastheid bij juristen wordt dus zeer gewaardeerd.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier