AA helpt

De bedrijfsadviesafdeling van Arthur Andersen en haar acquisitie Delaware Industrial Solutions vullen elkaar op papier uitstekend aan. Afwachten hoe de cultuurschok uitwerkt te velde.

“We hadden vier opties”, zegt voormalig gedelegeerd bestuurder Peter Stevens van Delaware Industrial Solutions, de Gentse industriële consultant die op 10 september officieel door de kleinste van de Big Five bedrijfsadviseurs, Arthur Andersen, werd overgenomen. “We konden het status quo handhaven – de optie uit 1995: groeien met 15 tot 20% en een speler blijven in de Benelux. We konden ten tweede een scenario van versnelde interne groei kiezen, dat we dan – derde optie – konden combineren met kleine acquisities. De vierde optie was een zware acquisitie of een merger.”

Vijftien tot twintig procent groei – optie één – interesseerde het management van Delaware Computing niet. Gedelegeerd bestuurder Chris Lebeer van Delaware Computing Group (die in november 1998 overstapte naar Banksys) en Peter Stevens lieten de raad van bestuur van hun moederbedrijf Bekaert weten dat ze 50% groei wilden nastreven – vooral ook omdat de markt nog meer vroeg. “We bewezen dat we die versnelde interne groei konden waarmaken. Daardoor raakten de plannen voor kleine acquisities achterhaald. Ze zouden te weinig betekenis hebben gehad. Daarmee kwamen we uit bij de optie voor een belangrijke fusie, die wij pas in 2000 hadden voorzien.”

Volgens Stevens zijn de definitieve discussies over een merger eind 1998, begin 1999 begonnen. “We waren er ons toen al van bewust dat het op een overname zou uitlopen omdat we gewoon te klein waren om zelf een groot bedrijf te kopen.”

De raad van bestuur van Bekaert wou vanaf augustus-september 1997 ook snel terugplooien op zijn kernbedrijvigheid. Delaware behoorde daar niet toe. “Op dat moment was het eindpunt al bekend: desinvesteren in Delaware”, zegt Stevens. “Zij maakten ook duidelijk dat zij een strategie van kleinere overnames niet lang zouden steunen.”

In totaal bekeken Bekaert en Stevens – die in 1995 25% van Delaware Industrial Solutions had verworven bij de verkoop van zijn bedrijf PKS Electronics aan DIS – acht nationale en internationale kandidaat-overnemers voor Delaware Industrial Solutions (DIS), waarvan vier zeer grondig. De onderhandelingen verliepen onder een niet-bekendmakingsbeding. Eén van de scenario’s was het oprichten van een grote Vlaamse informaticagroep die na enkele tussenstappen naar de beurs zou worden gebracht.

“Wij keken minder naar de centen, dan naar de continuïteit”, zegt Peter Stevens. Eén van de redenen is dat Bekaert bijna 100% van zijn informaticadiensten bij Delaware koopt (omgekeerd kwam ongeveer 30% van de omzet van DIS uit Bekaert). Peter Stevens zelf heeft zijn afkeer van “zuiver financiële acquisities” nooit onder stoelen of banken gestoken.

“Complementariteit was één van de voorwaarden. De mensen van Delaware moesten kunnen doorgaan met wat goed was in hun activiteiten – en dat was het grootste gedeelte. Nu komen er natuurlijk nog veel extra mogelijkheden bij.”

Uiteindelijk is het dus Arthur Andersen (AA) geworden, dat diensten zoals revisoraat combineert met juridisch, fiscaal, financieel en strategisch bedrijfsadvies.

Zoals bekend koopt Arthur Andersen niet de afdeling Delaware Infrastructure Management (DIM), die de informatica van onder meer Bekaert en Picanol beheert. Ook de TQM Products-afdeling, die het Lims labo-pakket ontwikkelt, en de afdeling Office Communication blijft bij Bekaert. In totaal gaan van de ongeveer twee miljard omzet en 420 werknemers van Delaware Computing Group circa 210 werknemers en 968 miljoen frank omzet (omzetcijfers voor 1998) over naar Arthur Andersen.

“Geen enkele activiteit van Delaware Industrial Solutions wordt gestopt”, zegt Peter Stevens.

Een overnamebedrag is niet bekendgemaakt, maar volgens industrie-analyst Serge Wynen van het Belgische ERPworld.com zijn er voorbeelden waarbij in dergelijke transacties tot zelfs een miljoen dollar (ca. 38 à 39 miljoen frank) per ingenieur is betaald – cijfer dat Stéphane Verdood absurd noemt. “Arthur Andersen kan een hefboomeffect realiseren met het potentieel van Delaware”, zegt Serge Wynen. “Een specialist in SAP kan je duurder verkopen als je één van de Big Five bent. Bovendien kan je meedingen naar de grotere projecten, met een hogere prijs per kop. Ondernemingen geven gemakkelijker een consultancy-opdracht aan een bedrijf met een merknaam.” Of zoals Stéphane Verdood, de partner van Arthur Andersen die verantwoordelijk is voor de business consulting activiteit (en dat ook na de fusie blijft) het formuleert: “Er is een verschil in rendabiliteit.”

Arthur Andersen – 70.000 medewerkers in 81 landen – coöpteert de partners in zijn gesloten partnership. Hun statige pand aan de Brusselse Warandeberg, tegenover de hoofdzetel van Fortis Bank en op een steenworp van het parlement, associeer je met de oude haute finance. Bij DIS draait Hooverphonic als wachtmuziek. De industriële hands-on systeemintegrator huist in een éénlagig, pretentieloos gebouw op het Technologiepark in Zwijnaarde (AA neemt ook het huurcontract van de nieuwbouw over die momenteel wordt afgewerkt).

DIS wordt nu samengevoegd bij de business consulting activiteiten van AA. Het cultuurverschil is sprekend, maar wordt als complementariteit vertaald. Er zijn ook gelijkenissen, zeggen de twee partijen.

Beide organisaties zijn jong. Delaware Computing gaat weliswaar terug tot een ver Antwerps verleden – Rudy Hageman was er de spilfiguur voor hij Real Software opstartte – maar werd in 1995 totaal herboren, onder meer door het afstoten van de softwareproductie en de fusie met PKS Electronics, die Peter Stevens aan boord bracht. De business consulting divisie van Arthur Andersen van haar kant werd pas in 1994 opgericht, na het uiteengroeien van AA en Andersen Consulting (die nog altijd geen overeenkomst hebben over de verdeling van hun overkoepeling Andersen Worldwide). “De mentaliteit wijkt niet ver van elkaar af”, meent Stéphane Verdood. “Als partnership ben je entrepreneurisch per definitie.” De twee partijen ontlopen elkaar lokaal ook niet veel qua grootte – Arthur Anderson heeft zo’n 210 mensen in zijn business consulting divisie in de Belux.

Verdood: “Wij zijn dag en nacht bezig met de integratieoefening.” Peter Stevens: “DIS is nu een volledige membership firm. Het valt 100% onder het partnership van Arthur Andersen. De beide organisaties worden fijn in elkaar geschoven. Doordat het twee snelgroeiende bedrijven zijn met een complementaire activiteit maakt dat er een zeer accepteerbare verdeling komt van key positions tussen de twee groepen, zonder dat we daarvoor mensen naar boven moeten laten vallen.”

Delaware Industrial Solutions werkt in fysieke logistiek en in geïntegreerde bedrijfssystemen ( Enterprise Resources Planning, ERP) met klanten als Domo, Soubry of Tele Atlas. Het is minder strategisch bezig, maar veel meer met implementatie in het veld.

Peter Stevens: “In het verleden moest DIS geluk hebben met de klant om succesvol te zijn. Wij konden een aantal dingen niet invullen: change management, re-engeneering… Als dat nodig was, dan moesten wij er onze handen afhouden of iemand anders erbij halen.” Op die manier deed DIS trouwens ook in het verleden al een beroep op Arthur Andersen, dat zich graag een profiel aanmeet van “midmarket” consulent, een adviesbedrijf dat zijn neus niet ophaalt voor de wat grotere KMO.

AA profileerde zich tot nog toe weinig in de industriële sector en in SAP-implementaties in de Belux (vergeleken met bijvoorbeeld PriceWaterhouseCoopers, dat een 200-tal SAP-consultants in dienst zegt te hebben of Bureau van Dijk, met in België een 120-tal). Het concentreerde zich op de financiële sector, de telecom, de energie- en nutsbedrijven, de overheid en de farmacie (waar nogal wat Belgische bedrijven voldoende autonomie hebben om hun consultants zelf te kiezen).

In de nieuwe constellatie respecteren beide partners elkaars sterkten. Ex-DIS-mensen krijgen de leiding over de industriële sector (Peter Stevens), de e-business divisie (Jan Demey) en de afdeling advanced technologies ( Peter Oyserman). Alles wat met de “extended supply chain” te maken heeft, komt onder een gemengd DIS-AA management terwijl in de tweehonderd man sterke divisie business processes enkele topposities naar ex-DIS-mensen gaan.

Peter Stevens – in zijn jongere dagen een verwoed zeiler – krijgt ook op Europees vlak in een aantal domeinen verantwoordelijkheden.

Stéphane Verdood: “We bieden nu echt het hele gamma, van strategie, over design tot en met heel fijne implementatie. Een totale oplossing.”

Ook in de reeks zoemwoorden die beginnen met “e” zit AA nu gebeiteld, met naar eigen zeggen nu 100 Internet-specialisten. De logistieke problemen bij Amazon.com tonen trouwens hoe belangrijk een goede integratie, glimlachen de nieuwe partners fijntjes. “ERP is niet dood, zoals sommigen beweren. Hoe meer e-business je hebt, hoe meer ERP. Gesofistikeerder en meer gestandaardiseerd.”

De groei van Arthur Andersen in België is met de overname van Delaware Industrial Solutions niet gedaan, laat Stéphane Verdood verstaan. Er wordt verder aangeworven. Zoals andere partijen met e-business specialisten staat ook de bouw van een creatieve afdeling op de agenda.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content