Op de eerste beursdag sinds de zware aardbeving en tsunami van vrijdag in Japan is de toonaangevende Nikkei-index 6,18 procent lager geëindigd.
Op de eerste beursdag sinds de zware aardbeving en tsunami van vrijdag in Japan is de toonaangevende Nikkei-index 6,18 procent lager geëindigd. De markt vreest de gevolgen van de aardbeving op de Japanse economie.
De Nikkei kwam uit op 9.620,49 punten. Voor het eerst in drie maanden zakt de index onder symbolische grens van 10.000 punten. Het aantal transacties lag ook historisch hoog, met 2,5 maal zoveel transacties als gemiddeld.
Onder meer de verzekeringssector kreeg zware klappen op de beurs. Winst was er dan weer voor de bouwaandelen.
Injectie
De Japanse centrale bank gaat de recordsom van 18 biljoen yen (zowat 157 miljard euro) in de geldmarkt pompen. Ze wil zo de vrees de kop indrukken dat de Japanse financiële instellingen na de zware aardbeving in moeilijkheden kunnen raken.
De geldinjectie door de Bank of Japan (BoJ) is de eerste sinds mei vorig jaar. Toen wou de BoJ de spanning die was ontstaan door de Griekse schuldencrisis temperen.
Verscheidene grote Japanse industriële bedrijven moeten door de zware aardschok hun productie opschorten. Zo legt Toyota, de grootste autobouwer ter wereld, de productie in al haar Japanse fabrieken stil tot minstens woensdag. Als gevolg daarvan zou de autobouwer af te rekenen krijgen met een productieverlies van 40.000 wagens. Ook Honda Motor, Sony en Toshiba moesten de productie in sommige fabrieken staken.
