Dat hebben bronnen rond de trojka van het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Europese Centrale Bank (ECB) en de Europese Commissie gezegd tegen in de Nederlandse pers.
De financiële situatie van Griekenland is opnieuw erg verslechterd. De Griekse staatsschuld pakt circa 20 miljard hoger uit dan verwacht, zelfs als de banken een verlies van 50 procent nemen op hun staatsobligaties. Dat hebben bronnen rond de trojka van het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Europese Centrale Bank (ECB) en de Europese Commissie gezegd tegen de Nederlandse krant Het Financieele Dagblad.
“De Grieken zitten in een kritieke toestand. Het geld is op en de tijd is op,” citeert de krant een anonieme bron.
EFSF
Ook komt de kredietwaardigheid en dus de leencapaciteit van het Europees Financieel Stabiliteitsfonds (EFSF) in het gedrang nu kredietbeoordelaar Standard & Poor’s Frankrijk en Oostenrijk de AAA-topstatus ontnam.
Een eventuele downgrade van de AAA-status van het EFSF kan de financiering van nieuwe noodleningen duurder maken. Eurolanden moeten dan hogere garanties geven of de beschikbare capaciteit van het EFSF daalt naar 216,3 miljard euro.
Doormodderen
Een nieuwe trojka-analyse van de houdbaarheid van de Griekse staatsschuld wijst uit dat die in 2020 de 130 procent nadert, aldus nog Het Financieele Dagblad. Het is de derde inspectie op rij waarbij de trojka op grote problemen en achterstanden stuit. “We kunnen zo nog jaren doormodderen,” aldus een bron,” maar iedereen is het zat.
Dat liet ook de Nederlandse minister van Financiën Jan Kees de Jager verstaan tegenover RTL Z. ”Het is voor Nederland altijd een voorwaarde geweest dat de schuldenlast van Griekenland houdbaar wordt. Als die houdbaarheid er volgens de rapporten van de internationale instellingen niet is, dan kunnen wij geen leningen verstrekken.”
Deze week komen het IMF, de ECB en de EU met een nieuw rapport over de vorderingen van Griekenland. De Jager: ”We gaan ervan uit dat het rapport kritisch zal zijn. We wachten af wat zij te zeggen hebben, voordat we kijken wat we vervolgens kunnen doen.” (Elsevier/ANP/KVDA)
