De zo vaak geciteerde ‘1 procent’ blijkt zijn vermogen te onderschatten. Dat is ook in ons land het geval, leert een ‘working paper’ van de senior econoom van de Europese Centrale Bank (ECB).
Volgens berekeningen van Philip Vermeulen, senior econoom bij de ECB, stemt het vermogen van de allerrijksten in de VS – de grootste economie ter wereld – overeen met 35 tot 37 procent van het volledige vermogen in de VS. Een eerdere raming van de U.S. Survey of Consumer Finances ging uit van 30 tot 34 procent.
Maar niet enkel in de VS blijken de allerrijksten rijker dan je denkt. Dat is ook het geval in ons land, waar de 1 procent niet 12 maar 17 procent van het volledige vermogen in België bezit.
In Nederland is de onderschatting nog opmerkelijker, want onze allerrijkste noorderburen hebben niet 9 maar 17 procent van het vermogen in Nederland in handen.
In Duitsland is er een opwaardering van 24 naar 33 procent, in Oostenrijk is de 1 procent goed voor 36 procent ipv 23 procent van alle rijkdom in het land.
Hoe komt het dat de 1 procent rijker is dan we denken?
Volgens Vermeulen is ‘onze kennis van de verdeling van de rijkdom helemaal niet perfect’. “De resultaten tonen duidelijk aan dat de heersende ramingen de rijkdom aan de top onderschatten,” aldus Vermeulen. De allerrijksten zouden met andere woorden geneigd zijn een lager vermogen kenbaar te maken aan de officiële instanties.
De econoom maakt gebruik van de lijst van miljardairs die Forbes bijhoudt om zijn analyse van de verdeling van de rijkdom in de VS en negen Europese landen te verfijnen.
De senior econoom maakte zijn analyse in eigen naam. Ze stemt niet overeen met die van de ECB. (Bloomberg/BO)
