Malta keurde gisterenavond als voorlaatste euroland de versterking van het Europese noodfonds EFSF goed. Alle ogen zijn nu gericht op Slowakije, dat vandaag nog stokken in de wielen kan steken. De coalitiepartners hebben nog geen compromis.
Op 21 juli beslisten de Europese leiders om de slagkracht van het European Financial Stability Facility (EFSF), waarmee de eurolanden zorgenkinderen als Portugal, Ierland en Griekenland financieel steunen, te verhogen.
Zo krijgt het fonds een effectieve leencapaciteit van 440 miljard euro en zal het ook obligaties kunnen opkopen op de secundaire markt. De besluiten moeten echter goedgekeurd worden door de elk van de 17 eurolanden.
Geen akkoord
In Malta leverde de stemming in het parlement gisterenavond weinig problemen op – de goedkeuring was unaniem. Maar Slowakije, waar het parlement vandaag stemt, kan de EFSF-versterking nog tegenhouden.
De coalitiepartners van het land slaagden er gisteren niet in een akkoord te bereiken. De tegenkanting komt van SaS, een neoliberale en eurosceptische formatie die deel uitmaakt van de regeringscoalitie. SaS is principieel gekant tegen deelname aan het fonds en vindt dat het land te arm is om andere noodlijdende eurolanden te helpen.
SaS eist dat het parlement zijn zeg mag doen over alle fondsen die via het EFSF worden vrijgemaakt en dat Slowakije niet deelneemt aan het ESM, het permanente fonds dat vanaf 2013 het EFSF zal vervangen.
Oppositie
Die eisen kunnen de drie andere coalitiepartners niet aanvaarden. Premier Iveta Radicova heeft de 22 SaS-stemmen echter nodig om de versterking van het EFSF door het parlement te krijgen. Ze zou gedreigd hebben met ontslag als de coalitie niet tot een akkoord komt. Dinsdagochtend worden de gesprekken voortgezet.
Zonder compromis moet Radicova rekenen op de steun van de oppositie. De sociaaldemocratische oppositie heeft echter gezegd dat ze geen steun zal leveren, tenzij ze belangrijke toegevingen krijgt, zoals een herschikking van de regering of vervroegde verkiezingen. (Belga/KVDA)
