Vrije Tribune
‘In de nabije toekomst zullen rechters algoritmen kunnen gebruiken om een vonnis te vellen’
“In de nabije toekomst zullen er voor rechtbanken en overheden geen technische obstakels meer zijn om algoritmen te gebruiken die hen helpen een vonnis, een reglement of zelfs een wet goed te keuren”, zegt Charles Gheur, Director, Brussels School of Competition.
Een zelfrijdende auto zonder bestuurder snelt over de weg. Een hindernis duikt op en een ongeval is onvermijdelijk. Wie kan aansprakelijk worden gesteld? De passagier, die geen hand op het stuur heeft gelegd? De eigenaar van het voertuig, die er op het ogenblik van de feiten niet bij was? De autoconstructeur? De programmeur wiens software is tekortgeschoten? Moeten we – zoals sommigen al voorstellen – robots met artificiële intelligentie een aparte rechtspersoonlijkheid toekennen, naast de natuurlijke en rechtspersonen in het huidige recht?
Naar een robotrecht?
Dit eenvoudige voorbeeld is niet uit het scenario van een sciencefictionfilm geplukt. We worden omgeven door nieuwe technologieën, die razendsnel ons leven binnendringen. Hun intrede roept tal van juridische vragen op in verband met aansprakelijkheid, verzekering, intellectuele rechten, bescherming van de privacy enz.
In de nabije toekomst zullen rechters algoritmen kunnen gebruiken om een vonnis te vellen
Algemener gesteld doet de digitalisering van onze maatschappij het vraagstuk van reglementering rijzen: hoe kunnen we die nieuwe situaties, die tot voor kort vrijwel ondenkbaar waren, bevatten? Hoe kunnen we erop vooruitlopen? Is het bestaande juridische kader – mits enkele aanpassingen worden aangebracht – toereikend om daar een antwoord op te bieden of zijn specifieke regels en instellingen nodig, moet een nieuwe rechtstak in het leven worden geroepen net zoals het idee van ‘milieurecht’ ontstond toen de internationale gemeenschap zich bewust werd van de klimaatomwenteling? Daar moet dringend over worden nagedacht om het geknoei te vermijden waarmee overheden overal ter wereld hebben gereageerd om bijvoorbeeld de intrede van zogenaamde disruptieve spelers op de markt zoals Uber te reglementeren.
Nieuwe mogelijkheden en nieuwe gevaren
De grootste bedenking met betrekking tot de digitale revolutie is wel de vraag of de robotisering meer banen zal scheppen dan ze er zal vernietigen. Ook de rechtswereld ontsnapt daar niet aan. Eén ding is zeker: juridische beroepen maken een heuse omwenteling door en als de jurist van de 21e eeuw niet door de digitale golf wil worden weggeslagen, zal hij nieuwe tools moeten kunnen gebruiken: elektronische facturatie, elektronische archivering, online juridische dienstverlening, zoekmotoren voor juridische opzoekingen, software om de juridische praktijk te managen, intellectuele-eigendomsdiensten, technologieën voor juridische artificiële intelligentie, zichtbaarheid van de praktijk op het internet enz.
Er zullen ook nieuwe beroepen ontstaan: assistent kwantitatieve voorspelbaarheid, juridisch analist, directeur juridische projecten, consultant in juridisch management, manager gespecialiseerd in het beheer van juridische risico’s, expert in onlinegeschillenregeling enz. Sommige juridische taken dreigen dan weer te verdwijnen omdat ze repetitief zijn en dus kunnen worden geautomatiseerd, al zijn het niet de enige.
In 2015 ontwikkelde een groep studenten uit Toronto een programma met de naam Ross, “de superintelligente advocaat”: een applicatie die onmiddellijk een antwoord geeft op de juridische vragen die hem worden gesteld. Die legal bot kent de wetteksten en de rechtspraak op zijn duimpje. Met de antwoorden die hij – in een fractie van een seconde – geeft, zou je denken dat je een echte advocaat raadpleegt …
Cyberrecht en cyberjustitie
Artificiële juridische intelligentie, die steunt op de doorgedreven analyse van ongelofelijke hoeveelheden data, neemt zo’n hoge vlucht dat je je kunt afvragen of bepaalde vormen van artificiële intelligentie binnenkort niet tot in het besluitvormingsproces zullen doordringen (hulp bij rechterlijke, bestuursrechtelijke of wetgevende besluitvorming). Met andere woorden, in de nabije toekomst zullen er voor rechtbanken, administratieve overheden of parlementaire vergaderingen geen technische obstakels meer zijn om algoritmen te gebruiken die hen helpen een vonnis, een reglement of zelfs een wet goed te keuren.
Artificiële intelligentie zou zeker kosten- en tijdsbesparingen mogelijk maken in het besluitvormingsproces. Vele repetitieve dossiers waarmee besturen en rechtbanken worden overstelpt zouden veel sneller kunnen worden behandeld met behulp van een intelligent informaticasysteem. Verschillende Europese landen hebben al informatica-interfaces opgezet waardoor bepaalde geschillen online kunnen worden behandeld. Maar ook hier moeten snel duidelijke bakens worden uitgezet.
Hoewel artificiële intelligentie, die wars is van ideologieën en denkfouten, het waarschijnlijk mogelijk zou maken om de coherentie en betrouwbaarheid van beslissingen te verhogen, is de maatschappij er niet klaar voor om te worden onderworpen aan wetten die met de hulp van ‘robots’ tot stand zijn gekomen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier