Frank D'hanis

‘De bedrijfswereld zou baat hebben bij meer pessimisme’

Frank D'hanis Filosoof en schrijver

‘Een iets pessimistischere toekomstvisie zou ervoor zorgen dat in zeepbelgevoelige sectoren zoals technologie, immobiliën en het bank- en verzekeringswezen minder absurde risico’s worden genomen.’ Dat zegt filosoof en communicatiespecialist Frank D’hanis.

Toen Facebook in 2009 zijn befaamde duimpje om een bericht te liken introduceerde, klonk bijna onmiddellijk de vraag naar een dislike-button. Maar dat verlangen naar een donkere noot in de digitale partituur van het socialemedianetwerk strookte niet met de interne filosofie van Facebook, dat zichzelf zag als een optimistisch, positief en gemeenschapsgericht bedrijf.

De bedrijfswereld zou baat hebben bij meer pessimisme.

Uiteindelijk kwam pas in 2016 een antwoord op de expliciete vraag naar de acceptatie van meer negatieve gevoelens, met een scala aan knoppen voor emoties. Dat deed de dalende interactieratio’s enorm de hoogte in schieten. Een echte afkeuringsknop bleef evenwel uit. Je kan nu weliswaar ‘boos’ of ‘verdrietig’ zijn, maar het past nog altijd in hun positieve ideologie: samen dezelfde mening hebben en emoties delen, akkoord gaan met het verhaal van je onlinevriend en passend reageren.

Facebook legt dan ook de nadruk op positieve emoties: denk maar aan de posts waarin de natuur, (huis)dieren of het succesverhaal van de lokale held centraal staan. Kritische, negatieve of pessimistische verhalen zijn minder interessant. Zelfs in de diepste duisternis moet hoop liggen, want daar liggen de clicks en dus de winsten.

Taboe

Het voorbeeld van Facebook illustreert een algemener punt uit de bedrijfswereld van vandaag: pessimisme is een absoluut taboe. Vanuit het oogpunt van ondernemerschap hoeft dat ook niet te verwonderen. Hoewel er voor Belgische starters redelijk goede overlevingskansen zijn (ongeveer 7 op de 10 komen ongeschonden door de eerste vijf jaar), moet je als jonge ondernemer heel wat struikelblokken overwinnen. Het is daarbij een enorm voordeel als je optimistisch ingesteld bent en als het ware een beetje blind bent voor de loodzware onvermijdelijkheid van de vergankelijkheid en wisselvalligheid van alle succes.

Is pessimisme echt zo bezwaarlijk voor professionele prestaties?

Maar niet iedereen is een ondernemer en niet iedereen is een optimist, en helaas worden pessimisten ook tijdens sollicitatieprocedures benadeeld. Beeld je eens in dat je voor een of andere baan tijdens een sollicitatiegesprek zou zeggen dat je laaggespannen verwachtingen hebt van wat je in het eerste jaar kan bereiken. Of dat je denkt dat de kans dat de baan een goede match biedt met jouw talenten minimaal is. Of dat je je best zal doen, maar dat de groeipiek van het bedrijf volgens jou al bereikt lijkt en dat de toekomst niet mooi oogt.

Risico’s

Er is niemand die serieus overweegt zulke dingen te zeggen tijdens sollicitatiegesprekken. Maar hoe komt dat? Is pessimisme echt zo bezwaarlijk voor professionele prestaties?

Jes Staley, de CEO van de Britse wereldwijde financiële dienstverlener Barclays, zei onlangs nog dat het optimisme over de globale economie van de jongste tijd hem akelig veel deed denken aan de mentaliteit in 2006, net voor haast de hele economie als een flanpudding in elkaar zakte.

Het optimistische dogma van de oneindige groei en de lineaire vooruitgang van de beschaving is ook om ecologische redenen weinig houdbaar.

Een iets pessimistischere toekomstvisie zou ervoor zorgen dat in zeepbelgevoelige sectoren zoals technologie, immobiliën en het bank- en verzekeringswezen minder absurde risico’s worden genomen. Het optimistische dogma van de oneindige groei en de lineaire vooruitgang van de (vooral westerse) beschaving is ook om ecologische redenen weinig houdbaar: op enkele hardnekkige ontkenners na, is het intussen voor iedereen duidelijk dat de poolkappen aan het smelten zijn, en dat de wereld op de rand van een milieucatastrofe staat.

Stilstaan en nietsdoen

Er is nog een andere, meer existentiële, reden om pessimisten wat hoger in te schatten: het ons overal omringende positivisme, en het daarbij horende klik- en consumptiegedrag maken ons helemaal gek, met burn-outs en depressies tot gevolg. De Koreaans-Duitse filosoof Byung-Chul Han spreekt zelfs over de terreur van de positivisme en de burn-outsamenleving. We zijn op een punt gekomen waar de weigering, het stilstaan en nietsdoen uit het oude ideaal van het nadenkende leven, volslagen onmogelijk is geworden.

Niemand houdt het waanzinnige tempo vol, niemand kan de vrolijke energie die er van ons geëist wordt de hele tijd opbrengen.

Willens nillens nemen we de hele tijd deel aan allerlei zaken, waarbij we nauwelijks nog de tijd hebben om ze even op een afstand te bekijken. Een andere pessimistische Duitse filosoof, Peter Sloterdijk, noemde dat in de jaren tachtig al kinetisme, een diep verslaafd zijn aan mobiliseren en aan de dingen doen bewegen. Niemand houdt het waanzinnige tempo vol, niemand kan de vrolijke energie die er van ons geëist wordt de hele tijd opbrengen.

Een pessimist heeft van meet af aan de nodige argwaan, en heeft het onvermijdelijke, pijnlijke naspel van het succes altijd in de gaten: na de klim naar de top komt de val in de diepte. De pessimist weet dat we hier allemaal zijn om hoogstens een korte bloeitijd door te maken, ziek te worden en dood te gaan: in essentie is iedereen een verliezer. Die gedachten zijn zeker duister, maar vormen wel een tegengif voor een op hol geslagen optimisme.

De pessimist is een bescheiden wezen. In deze door toekomstige rampen bedreigde wereld is dat een bruikbare eigenschap. Niet enkel omdat ze leidt tot voorzichtigheid, maar ook omdat ze leidt tot het besef dat geluk fragiel en vergankelijk is. Wie dat beseft, schat gelukkige momenten veel beter naar waarde dan wie zich voortdurend laat leiden door de drang om verhalen te liken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content