Staatssecretaris voor Relance Thomas Dermine (PS): ‘De overheid heeft de bedrijven geholpen. Het is tijd voor een wederdienst’

THOMAS DERMINE "In 2023 is de steun aan de economie belangrijker dan de begroting." © FOTOGRAFIE FRANKY VERDICKT
Daan Killemaes
Daan Killemaes Hoofdeconoom Trends

Nu veel gezinnen zwarte sneeuw zien, wil staatssecretaris voor Relance Thomas Dermine een grotere bijdrage vragen van wie het goed heeft en veel steun kreeg tijdens de coronacrisis: “Dat is toch geen radicaal voorstel?” De jeune premier van de PS ziet in dit tijdsgewricht de bescherming van de koopkracht, de klimaattransitie en de verdediging van strategische economische belangen als prioriteiten van een krachtige overheid.

“Waarom zitten wij hier aan tafel, en niet iemand anders?” vraagt Thomas Dermine aan het einde van het interview. De staatssecretaris voor Relance, Strategische investeringen en Wetenschapsbeleid geeft zelf het antwoord: “Omdat we geluk hebben gehad in een goed gezin en in goede omstandigheden te kunnen opgroeien, en de juiste mensen te hebben ontmoet. Je eigen verdienste speelt ook mee, maar je plek in de samenleving is vooral een kwestie van geluk. Als compensatie voor die geluksfactor is een sterke overheid nodig, die iedereen goed onderwijs en een sterke sociale zekerheid biedt.”

“Heel wat gezinnen hebben moeite om het einde van de maand te halen, en claimen terecht meer solidariteit. ‘Als de samenleving er niet in slaagt het lot van de armste meerderheid te verbeteren, dan kan ze ook de minderheid van de rijksten niet redden.’ Dat citaat van de Amerikaanse president Kennedy, toch niet de grootste marxist, is heel toepasselijk vandaag. Veel ondernemers verdienen flink geld, maar heel wat gezinnen hebben het moeilijk. Als een extra bijdrage van de 1 procent rijksten zorgt voor extra inkomsten voor de 50 procent armsten, dan verbeteren we de samenleving.”

Hoe wilt u dat in deze legislatuur nog realiseren?

THOMAS DERMINE. “In het federale regeerakkoord staat dat ‘de overheid zal streven naar een eerlijke bijdrage van die personen die de grootste draagkracht hebben om bij te dragen, met respect voor het ondernemerschap’. Ik kan u als een van de auteurs van het regeerakkoord zeggen dat over die zin het hardst onderhandeld is. De belasting op de effectenrekeningen (0,15% vanaf 1 miljoen euro, nvdr) is er een eerste gevolg van. Die maatregel bracht zelfs iets meer op dan begroot. We kunnen eventueel de belastingvoet optrekken om de opbrengst verder te verhogen.

Na elke crisis sinds het begin van de twintigste eeuw zijn er zeer progressieve fiscale maatregelen genomen, om de crisiskosten voor de overheid te compenseren. Na de coronacrisis hebben we nog bijna geen crisisbijdrage gevraagd

“De PS heeft ook voorstellen geformuleerd om het nettoactief van de rijksten te belasten. Het gaat om het nettovermogen met uitzondering van de eigen woning en het eigen bedrijf. In een samenleving waarin de overheid de bedrijven tijdens de coronacrisis enorm geholpen heeft, is een meerwaardebelasting op aandelen of een belasting van 1,5 procent op grote persoonlijke vermogens geen radicaal voorstel. Na elke crisis sinds het begin van de twintigste eeuw zijn er zeer progressieve fiscale maatregelen genomen, om de crisiskosten voor de overheid te compenseren. Na de coronacrisis hebben we nog bijna geen crisisbijdrage gevraagd. De bedrijfswinsten waren nooit hoger dan in 2021, onder meer omdat de overheid haar werk goed gedaan heeft. Het relancebeleid was goed. Misschien hebben we zelfs wat te veel gedaan. We hebben in een aantal sectoren mensen geholpen die dat niet nodig hadden. Dat moet je compenseren met een bijdrage van de grotere vermogens, niet van de doorsneewerknemer. De overheid heeft de bedrijven geholpen. Nu is het tijd voor een wederdienst.”

Heeft de coronacrisis de structurele terugkeer van Big Government ingeluid?

DERMINE. “In de volgende decennia zullen we de politiek heruitvinden, om twee redenen. Ten eerste is er de comeback van de geopolitiek. In een wereld die polariseert, komt het industrieel beleid terug op tafel. Europa heeft de voorbije dertig jaar geen industrieel beleid gevoerd. Straks zijn halfgeleiders goed voor 80 procent van de toegevoegde waarde van een auto, maar we produceren er bijna geen meer in Europa. Ook batterijen maken we amper in Europa. Mondmaskers hadden we niet. Ook in België moet de overheid haar centrale rol in de economie weer opnemen. De instap van de overheid in het kapitaal van de verzekeraar Ageas is een stap in die richting. Dat bedrijf verzekert een op de drie gezinnen, telt 7.000 werknemers en heeft 20 procent van de Belgische schuld op zijn balans. De voorbije drie decennia waren atypisch, omdat de staat zich terugtrok uit de economie. We hebben in België bijvoorbeeld een aantal grootbanken en energiebedrijven aan het buitenland verkocht. Was dat in het voordeel van de Belgische economie? Ik denk het niet.

THOMAS DERMINE
THOMAS DERMINE “De bedrijfswinsten waren nooit hoger dan in 2021, onder meer omdat de overheid haar werk goed gedaan heeft.”© FOTOGRAFIE FRANKY VERDICKT

“Ten tweede is een sterke overheid een must om de klimaattransitie mogelijk te maken. De huidige aanpak is verkeerd. Ja, we moeten ons gedrag aanpassen en minder energie verbruiken, maar we zien dat het niet werkt. De uitstoot daalt te traag, en dat beleid heeft een impact op de economie en de sociale cohesie. Hoe vertel je aan hen die nog niet deelnamen aan het feest, dat het feest al gedaan is? Een andere benadering is in te zetten op infrastructuur. Laat ons doen alsof, net zoals na de Tweede Wereldoorlog, alle infrastructuur vernietigd is en opnieuw moet gebouwd worden. Dat zou een welvaartsschok veroorzaken, die voor werkgelegenheid zorgt en de CO2-uitstoot vermindert. Dat maakt van de klimaattransitie een positief verhaal.

We mogen er trots op zijn dat alle uitkeringen aan het einde van deze legislatuur boven de armoedegrens zullen liggen

“Bij elke energietransitie hebben we massaal geïnvesteerd in nieuwe infrastructuur. België speelde daarbij steeds een pioniersrol. Na de Tweede Wereldoorlog hebben we bijvoorbeeld geïnvesteerd in een dicht netwerk van autosnelwegen, pijpleidingen en hoogspanningsnetwerken. Nu moeten we opnieuw investeren, zodat we een draaischijf worden voor groene energie, waterstof en de opslag van koolstof. De klimaattransitie is een kwestie van infrastructuur, en daarin zal de overheid een centrale rol spelen.”

Zal het Belgische relanceplan, gefinancierd met Europese middelen, nog meer focussen op hernieuwbare energie, nu Europa minder afhankelijk wil worden van Russische fossiele energie?

DERMINE. “Tegen het einde van de zomer dienen we bij Europa een nieuwe versie van het Belgische relanceplan in. Door de relatief sterke economische groei in 2020 en 2021 zal België van Europa ongeveer 1,3 à 1,5 miljard euro minder krijgen dan de oorspronkelijke 6 miljard. De inflatie heeft ook een impact. Door de gestegen kosten moet een aantal projecten afgebouwd worden. REPowerEU kan België tot 500 miljoen euro extra opleveren. Dat EU-plan heeft drie doelen: het energieverbruik verminderen, minder afhankelijk worden van Rusland en meer hernieuwbare energie produceren. Die liggen in lijn met het Belgische relanceplan, dat een van de groenste van Europa was.”

Is het nog haalbaar de overheidsinvesteringen tegen 2030 op te voeren tot 4 procent van het bbp?

DERMINE. “We hebben de middelen om de investeringen te verhogen tot 3,5 procent van het bbp tegen 2024, zoals het regeerakkoord voorziet. Maar als we tegen 2030 de klimaatdoelstellingen willen halen, dan moeten we veel meer investeren in mobiliteit, isolatie en de energienetwerken.”

Moeten we die investeringen financieren door schulden te maken of door elders geld te vinden?

DERMINE. “De terugkeer naar een begroting in evenwicht is een prioriteit. Daar zijn alle regeringspartijen het over eens. De discussie gaat over hoe snel we dat evenwicht willen bereiken. De Europese Commissie erkent die discussie. Na de financiële crisis van 2008-2009 heeft Europa een vrij hard besparingsbeleid gevoerd, terwijl de Verenigde Staten een soepel budgettair beleid verkozen. Daardoor groeide de Amerikaanse economie een stuk sneller dan de Europese. Gelukkig heeft Europa die fout niet herhaald. De Europese economie groeide in de periode 2020-2021 ongeveer even snel als de Amerikaanse. België deed het zelfs beter dan de VS, dankzij het ondersteunende begrotingsbeleid. We kunnen dat beleid natuurlijk niet eeuwig volhouden, maar in 2023 is de steun aan de economie belangrijker dan de begroting.”

THOMAS DERMINE
THOMAS DERMINE “We moeten de concurrentiekracht bewaken, maar nu is de bescherming van de koopkracht prioritair.”© FOTOGRAFIE FRANKY VERDICKT

Hoe moeten we op termijn het begrotingstekort verminderen? Via lagere overheidsuitgaven of toch ook via hogere inkomsten?

DERMINE. “De overheidsuitgaven zijn in België hoger dan in onze buurlanden. Ik vind dat een goede zaak, als het geld goed besteed wordt. We geven bijvoorbeeld meer uit aan onderwijs. En aan bedrijfssubsidies, omdat we een fiscaal systeem hebben met heel wat uitzonderingen op hoge tarieven. Het opvoeren van het overheidsbeslag is niet wenselijk, maar we kunnen wel de efficiëntie van de overheidsuitgaven verbeteren.”

De inflatie in ons land bedroeg in april bijna 9 procent. Moeten we de koopkracht van de gezinnen voort ondersteunen?

DERMINE. “Dat blijft de prioriteit. De federale regering moet maatregelen als de lagere btw op aardgas en elektriciteit zolang verlengen als nodig is. Het behoud van de koopkracht is niet alleen sociaal maar ook economisch belangrijk. We onderschatten de impact van een dalende binnenlandse vraag op onze economie. De miljarden euro’s overheidssteun aan de gezinnen vloeien meteen terug naar de economie. Ze ondersteunen de kmo’s, de horeca en andere sectoren. Dat de lonen in België dankzij de automatische indexatie sneller stijgen dan in de buurlanden, is economisch en sociaal een goede zaak.”

De huidige benadering van de klimaattransitie is helemaal verkeerd

Gaat dat niet ten koste van onze concurrentiekracht?

DERMINE. “We moeten de concurrentiekracht bewaken, maar nu is de bescherming van de koopkracht prioritair. De lonen in buurlanden zullen onze lonen bijbenen. In Frankrijk en Duitsland klinkt de syndicale roep om hogere lonen steeds luider.

“Het Belgische model is mooi omdat het voorspelbaar is. De automatische indexatie zorgt voor een ondergrens en de loonwet van 1996 voor een bovengrens in de loonontwikkeling. De eerste beschermt de koopkracht en de tweede de concurrentiekracht.”

Als een gewest af wil van de automatische indexatie, dan moet dat kunnen, vindt de econoom Etienne de Callataÿ. Kunt u daarmee akkoord gaan?

DERMINE. “De arbeidsmarkten in Vlaanderen en Wallonië zijn niet gelijk. Het zou dus mogelijk moeten zijn een verschillend arbeidsmarktbeleid te voeren. De Vlaamse arbeidsmarkt kampt echter met een grotere schaarste. Een indexsprong zal dat niet oplossen, wel integendeel. Hogere lonen kunnen een deel van de oplossing zijn. De werkgevers verengen het debat altijd tot de lonen. Maar welke landen zijn het meest competitief? Landen als Zwitserland of Singapore, economieën waar de salarissen het hoogst zijn, omdat ze vooral inzetten op een stijging van de productiviteit. We focussen te weinig op de productiviteit.”

Is een werkgelegenheidsgraad van 80 procent tegen in 2030, zoals de federale regering ambieert, haalbaar?

DERMINE. “Jobs, jobs, jobs. Dat was het mantra van de regering-Michel, op basis van oude recepten: beperk de uitkeringen in de tijd en voer een indexsprong door. Dat zou banen creëren. Maar nu, met een socialistische minister van Werk, hebben we een werkgelegenheidsgraad die nooit hoger is geweest. Een hogere werkgelegenheidsgraad is van groot belang, want het is de sleutel tot gezonde overheidsfinanciën. De werkloosheid is vooral een Waals probleem. Het gaat vooral om langdurig werklozen die ver van de arbeidsmarkt staan. Een straffend arbeidsmarktbeleid werkt voor die groep niet. Als je de werkloosheidsuitkeringen beperkt in de tijd, voedt je de instroom in andere bijstandssystemen. Die mensen moet je niet straffen maar begeleiden. Een groter probleem is de groep die niet actief is op de arbeidsmarkt. België telt ruim 500.000 langdurig zieken – veel meer dan de 300.000 werklozen in ons land – en er is een grote inactiviteit bij de jongeren en de ouderen. De langdurig zieken moet je weer zinvol werk kunnen aanbieden, met een evenwicht tussen werk en privéleven. Voor de oudere werknemers moet je in systemen als deeltijds pensioen voorzien en aangepaste jobs aanbieden, zoals Karine Lalieux en Pierre-Yves Dermagne voorstellen.”

Het verschil tussen een uitkering en het netto-inkomen is vaak te klein om mensen te motiveren werk te zoeken.

DERMINE. “Werk moet meer lonen. Deze regering heeft maatregelen genomen om de uitkeringen te verhogen, zodat iedereen in dit land een deftig leven kan leiden. We mogen er trots op zijn dat alle uitkeringen aan het einde van deze legislatuur boven de armoedegrens zullen liggen. We moeten dus inzetten op een verhoging van de nettolonen. De sociale partners hebben daaraan gewerkt via een verhoging van het minimumloon. De PS pleit voor een verlaging van de fiscale druk op de lagere lonen, gefinancierd met een hogere bijdrage van de vermogens. Dat is ook de kern van de fiscale hervorming.”

Zit er nog voldoende daadkracht in de federale regering?

DERMINE. “Als ik namens de PS mag spreken: absoluut. We doen aan politiek om het lot van de meerderheid te verbeteren. We mogen niet het verkeerde beeld scheppen dat we in de Wetstraat enkel bezig zijn met de vraag of de regering moet voortdoen. Het heeft anderhalf jaar gevergd om deze regering te vormen. We zijn nog maar anderhalf jaar aan de slag en we hebben nog twee jaar voor de verkiezingen van 2024. De PS zal niet tot dan met de duimen zitten draaien.”

Bio

– Geboren op 1 mei 1986 in Charleroi

– 2004-2009: handelsingenieur Solvay Business School

– 2011-2013: public management Harvard University

– 2009-2016: consultant McKinsey

– 2016-2017: werkzaam bij startersincubator Kamet Ventures in Londen

– 2017-2019: architect van het Catch-herstelplan voor Charleroi

– 2019-2020: directeur Institut Emile Vandervelde

– 2019-2020: regeringsonderhandelaar voor de PS- 2020-nu: staatssecretaris voor Relance, Strategische Investeringen, belast met Wetenschapsbeleid

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content