Arco-beslissing weer uitgesteld, 800.000 coöperanten blijven in onzekerheid
Het Grondwettelijk Hof schuift de Arco-beslissing voor zich uit door zes prejudiciële vragen te stellen aan Europees Hof van Justitie.
De beslissing om de staatswaarborg voor Arco op de lange baan te schuiven, heeft tot gevolg dat de 800.000 coöperanten in de onzekerheid blijven of ze hun investering al dan niet zullen kunnen recupereren.
Het Grondwettelijk Hof, dat onderzoekt of gewone Dexia-aandeelhouders gediscrimineerd worden omdat zij geen recht hebben op de staatswaarborg, heeft donderdag beslist om zes prejudiciële vragen te stellen aan het Europees Hof van Justitie.
“Ingevolge deze beslissing is de verdere behandeling van de zaken voor het Grondwettelijk Hof geschorst”, staat er donderdag op de website te lezen.
Opnieuw uitstel
Het is overigens niet de eerste keer dat het Arco-dossier niet kan worden afgerond. In de lente van vorig jaar kwam er al eens uitstel, toen beslist werd om de debatten in de zaak te heropenen. Rond die tijd liepen er namelijk verschillende procedures, zowel voor de Nederlandstalige als voor de Franstalige kamer.
Prejudiciële vragen
Het Grondwettelijk Hof wil nu van het Europees Hof van Justitie weten of de wetgever de koning ertoe kon machtigen een regeling uit te werken voor de staatswaarborg van aandelen in erkende coöperatieve vennootschappen.
Een andere prejudiciële vraag handelt over de geldigheid van het besluit van de Europese Commissie van juli 2014, waarbij de uitgewerkte waarborgregeling als staatssteun werd afgedaan. Hiertegen is beroep aangetekend door zowel de Belgische staat als de Arco-vennootschappen.
De vier andere prejudiciële vragen handelen over de rechtsgronden waarop het besluit van de Europese Commissie is gebaseerd.
De staatswaarborg kan de regering tot 1,5 miljard euro kosten, of gemiddeld ongeveer 1.860 euro per Arco-coöperant, als het bedrag van de vereffening van Arco niet zou volstaan.
Historiek
Arco, de financiële holding van de christelijke arbeidersbeweging ACW, ging in 2011 in vereffening, na de val van Dexia. De Arco-coöperanten konden een beroep doen op een door de regering-Leterme goedgekeurde staatswaarborg, maar dat was niet naar de zin van de gewone Dexia-aandeelhouders, die hun belegging in rook zagen opgaan.
De Vlaamse Federatie van Beleggers (VFB) en enkele individuele beleggers trokken daarop, ‘om principiële redenen’, naar de Raad van State tegen de koninklijke besluiten over de staatswaarborg.
De Nederlandstalige kamer van de Raad van State besliste in maart 2013 om de beroepen tegen de Arco-waarborgen grotendeels te verwerpen. Er werd tegelijk wel een prejudiciële vraag gesteld aan het Grondwettelijk Hof, of er al dan niet sprake was van discriminatie tussen de Arco-coöperanten en Dexia-aandeelhouders.
Daarnaast lopen er ook nog Franstalige procedures die aangespannen zijn door enkele gemeenten. Ook daar besliste de Raad van State om de beroepen grotendeels te verwerpen en om een prejudiciële vraag te stellen aan het Grondwettelijk Hof.
In april 2014, voor de parlementsverkiezingen, besliste het Hof om beide zaken samen te voegen. Begin juli kwam er dan een uitspraak van de Europese Commissie, voor wie de overheidswaarborg in strijd was met de Europese regels rond staatssteun. Zowel de federale regering als de Arco-vennootschappen gingen hiertegen in beroep.
(Belga/BO)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier