Jan Tuerlinckx en Charlotte Lardenoit

Antifraudeplan: ‘Europees Hof fluit Belgische overheid kordaat en terecht terug’

Volgens Jan Tuerlinckx en Charlotte Lardenoit van Tuerlinckx Advocaten leren onze politici beter hun geschiedenislessen vooraleer ze de doos van Pandora openen.

Eind 2015 sloeg de minister van Financiën vriend en vijand met verstomming met zijn antifraudeplan. Hoewel het regeerakkoord de rechten van de belastingplichtige wou herstellen, gaat dit antifraudeplan onbegrijpelijk voor het tegendeel. Met name de Antigoon-bepaling die vandaag zelfs als wetsvoorstel voorligt in de Kamer tart alle verbeelding. Dit wetsvoorstel komt er naar aanleiding van de ophefmakende cassatie-rechtspraak in de zomerperiode die grotendeels terugvalt op de Antigoon-criteria van het strafrecht wanneer de overheid haar boekje te buiten gaat. In fiscalibus betekent dit dat de fiscus alles mag doen wat zij wenst te doen om uiteindelijk de waarheid te achterhalen. Zelfs als haar onderzoek in strijd is met de procedureregels die zij moet volgen (denk bv. bij een fiscale huiszoeking), en dus onrechtmatig is. De rechten van de burgers worden in dat geval aan de kant geschoven. Althans volgens het anti-fraudeplan en het nieuwe wetsvoorstel dat op tafel ligt.

Gebrek aan visie

Maar niet als het van het Europees Hof van Justitie afhang. Zij fluit onze Belgische overheid kordaat en terecht terug, nét op het moment dat de nood het hoogst is. Bewijzen die onrechtmatig zijn verkregen door schending van de privacy of elk ander grondrecht van de burger mogen niet dienen voor de heffing van belastingen. Het talent in fiscaliteit waarover het Europees Hof van Justitie duidelijk beschikt ontbeert onze Belgische overheid. Dit gebrek aan visie in fiscale wetgeving maakt dat de regering inzake fiscaliteit alleen slaafs uitvoerder kan zijn van het supranationale niveau.

Heel concreet. De Antigoon-wet betekent dat de overheid niet noodzakelijk gebonden is door de wet die de fiscale procedure- en spelregels vastlegt. Ook niet wanneer de rechten aan de burger toekomen en geschonden worden. Pas wanneer de rechten van de belastingplichtige heel wezenlijk en essentieel geschaad zijn, kan de fiscus eventueel door de rechter worden teruggefloten. Maar wanneer druist het handelen van een overheid in tegen wat van een deftige overheid verwacht mag worden? Wanneer handelt een onderzoeksambtenaar in strijd met een eerlijk procesvoering ? De criteria zijn niet duidelijk en de rechter moet telkens geval per geval beoordelen. Waar blijven voorspelbaarheid en transparantie? Iemand? Maak u intussen echter geen illusies: “uiteraard” blijft de burger strikt gebonden door alle wetten en kan hij niet rekenen op enige clementie omdat de wet te ingewikkeld of onverstaanbaar zou zijn.

De vraag moet gesteld worden of er een wet mag bestaan die stipuleert dat de wet enkel bindend is voor de burgers en niet voor de overheid. Zeker wanneer het de hoeksteen van het staatsrechtelijk bestel aanbelangt, namelijk de verplichting om belasting te betalen.

Aartsvaders

Onze aartsvaders draaien zich om in het graf. Het bewind van de verdreven Willem van Oranje had hen immers duidelijk gemaakt dat het heffen van belastingen een delicate bevoegdheid is en al snel aanleiding kan geven tot machtsmisbruik en machtsoverschrijding. Om te beletten dat de geschiedenis zich zou herhalen werd een voor haar tijd revolutionair grondwettelijk legaliteitsbeginsel ingeschreven in de Belgische Grondwet. Dat beginsel vrijwaart nog steeds dat de verhouding tussen de overheid en de belastingplichtige niet ontspoort en geeft de constitutionele garantie dat wat betreft belastingen alleen de uitdrukkelijke wil van de wet bindend is. Een gewone wet, die de Antigoon-wet zal zijn, dreigt dit essentieel grondwettelijk beginsel uit 1830 onderuit te halen.

Onze politici leren beter hun geschiedenislessen vooraleer ze de doos van Pandora openen

Niet alleen dit fiscale oerbeginsel maar ook het Charter van de Belastingplichtige uit 1986 dreigt zo goed als volledig van tafel geveegd te worden. Dit Charter kwam er omdat binnen het toenmalige wettelijke kader de belastingcontroles werkelijk ontaardden in fiscale repressie. Die mondde zelfs uit in enkele veroordelingen van de Belgische Staat wegens het ten onrechte failliet belasten van bepaalde ondernemingen. Zo snel kan het dus ontsporen. De Antigoon-wet zal nu zelfs voorzien dat de fiscus in haar onderzoek over vrijwel elk recht heen zal kunnen stappen. De toenmalige ondertekenaars van het Charter staan daarmee ook ongetwijfeld een stapje dichter bij hun graf.

Efficiëntie zal afnemen’

Anders dan door sommigen gedacht, zal de Antigoon-wet niet bijdragen tot een betere efficiëntie van het systeem. Integendeel. De efficiëntie zal zelfs aanzienlijk afnemen omdat elke belastingambtenaar bij zijn queeste om het ultieme bewijs te leveren verleid zal worden om de grenzen van het wettelijk toelaatbare te overschrijden. Dat ligt nu eenmaal in de menselijke aard van elke onderzoeker die zijn beroep gepassioneerd uitoefent. Als de belastingambtenaren zich strikt moeten houden aan de bewijsregels, dan is er duidelijkheid. Alleen heldere normen zijn snel af te dwingen en dragen bij tot een efficiënte fiscale rechtshandhaving.

Laat de Griekse tragedie van Antigone, die haar naam leent aan de wet, wijsheid brengen. De tragedie vertelt het verhaal van Antigone die haar broer Polynices op het slagveld verliest. Koning Creoon vaardigt echter een wet uit waarbij Polynices niet mag begraven worden omdat hij een landverrader zou zijn. Wie het waagt om hem toch te begraven, zal het met de dood bekopen. Onbegraven is de ongelukkige echter een prooi voor de roofdieren. Antigone volgt haar geweten en gaat uit liefde voor haar broer bewust in tegen de wet die ze onmenselijk vindt. De koning veroordeelt haar daarom tot de doodstraf wat buiten de wil van zijn naaste geliefden en het opstandige volk gerekend is. Zij betreurden Antigone. Uiteindelijk sterven al de getrouwen van de koning en wanneer al het kwade geschied is, beseft de koning dat zijn afwijkende wet ook hem ten gronde heeft gericht.

Onze politici leren dus beter hun geschiedenislessen vooraleer ze de doos van Pandora openen. Of dat uit de klassieke Griekse oudheid, de constitutionele geschiedenis van België of uit de recente geschiedenis van het charter is, maakt niet uit. Wat wel uitmaakt in ieders belang is dat ze er voor zorgen dat de geschiedenis zich niet zou herhalen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content