Wolfgang Riepl

‘Regionale luchthavens zijn bodemloze putten’

Wolfgang Riepl redacteur bij Trends

De Vlaamse luchthavens draaien zelfs minder omzet dan wat ze aan exploitatiesubsidies krijgen. Dat zegt Trends-redacteur Wolfgang Riepl.

Niet alleen Brussels South Charleroi Airport, teert op subsidies. Ook Antwerpen en Oostende-Brugge kunnen niet zonder. Dat mag niet. Luchthavens moeten op eigen benen staan.

Brussels South Charleroi Airport, zoals de luchthaven van Charleroi heet, kreeg de voorbije vijf jaar 163 miljoen euro overheidsgeld voor zijn werkingskosten. De lachende derde is Ryanair, dat er tegen spotgoedkope tarieven kan vliegen. Ook zijn reizigers varen er wel bij.

De Vlaamse luchthavens van Antwerpen en Oostende-Brugge zijn nog zieker. In 2017 haalde Charleroi toch nog dubbel zoveel omzet (70 miljoen euro) dan wat het aan subsidies kreeg toegestopt (35,5 miljoen euro).

De Vlaamse luchthavens draaien zelfs minder omzet dan wat ze aan exploitatiesubsidies krijgen. Antwerpen vloog de voorbije vier jaar naar iets meer dan 10 miljoen euro omzet, maar cashte ruim 14 miljoen euro aan exploitatiesubsidies.

Regionale luchthavens zijn bodemloze putten

In die bedragen zitten dan niet eens de gigantische kosten voor de uitbouw van de luchthaveninfrastructuur. Regionale luchthavens worden vaak vaag verantwoord als zouden zij een belangrijke bijdrage leveren tot de ontwikkeling van de lokale economie.

Dat moet zonder subsidies kunnen. Want zij beconcurreren op een oneerlijke manier de echte groeier en bloeier van dit land: de fenomenale winstspuwer Brussels Airport. Vlaanderen noch Wallonië moet geld in bodemloze putten gooien.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content