Marc Lambotte (Agoria): ‘Onze bedrijven hebben vooral behoefte aan voorspelbaarheid’

Marc Lambotte "België is wereldklasse in innovatie. We zijn alleen veel te bescheiden." © BELGA

Met de toekenning van een elektrisch SUV-model aan Audi Brussels zet Marc Lambotte, de topman van de sectorfederatie van de technologische industrie, het jaar optimistisch in. Als de historische loonkostenhandicap verder wordt aangepakt en de arbeidsmarkt wordt gemoderniseerd, ziet de Agoria-CEO nog heel wat groeikansen voor zijn sector.

Agoria, de sectorfederatie van de technologische industrie in België, zis tevreden over 2015. “De kentering is ingezet”, zegt Marc Lambotte, CEO van de technologiefederatie. “We rekenen op een omzetstijging van 1,5 procent. Dat is beter dan we gedacht hadden.” 2016 is ook goed begonnen met de toekenning van de elektrische SUV aan Audi Brussels. Goed voor het behoud van 2500 banen en belangrijke investeringen. De regeringen haalden alles uit de kast om de Audi Q6 e-tron naar Vorst te halen. “We hebben zeer grote inspanningen gezien van de regeringen. Iedereen heeft zijn steentje bijgedragen”, stelt Lambotte.

De industrie heeft het heel lang moeilijk gehad in ons land. Is dit het kantelmoment?

Lambotte: “Sinds 2008 zijn er in onze industriële sectoren zo’n 30.000 banen verloren gegaan. Dat is gemiddeld 5000 arbeidsplaatsen per jaar. In 2015 zullen we nog banen verliezen, maar het zijn er dan ‘maar’ duizend.”

Wat verwacht u van 2016?

Marc Lambotte: “Het vertrouwen begint zich langzaam te herstellen. Voor dit jaar zien we de tewerkstelling weer groeien. Er zullen 1500 banen bijkomen, terwijl we uit een periode komen waarin we elk jaar 5000 banen verloren. Dat betekent dat we 5000 banen beschermen en er nog eens 1500 creëren. De netto-impact daarvan is 6500 banen, dat is heel belangrijk. We mikken op een verdubbeling van de groei tot 3 procent in 2016. Dan zitten we goed, want 1,5 procent zoals vorig jaar is net te weinig om banen te creëren. Vanaf 2 procent groei komen er banen bij. Als de regering op hetzelfde pad doorgaat, zullen in onze sectoren tegen 2020 tienduizend nieuwe banen worden gecreëerd.”

Hoe belangrijk is de export voor de technologische industrie?

Marc Lambotte: “Export is goed voor twee derde van onze omzet. Het achterliggende mechanisme is zo eenvoudig dat je je kan afvragen waarom men het heeft laten ontsporen in het verleden. We moeten concurrentieel zijn op de internationale markten. Als onze industriële bedrijven producten en diensten kunnen aanbieden tegen een lagere prijs – en loonkosten zijn een belangrijke component – dan winnen we meer contracten en is er meer werkgelegenheid in België. Het omgekeerde is ook waar. Als je concurrentiekracht verliest, verlies je banen. Ik heb heel veel respect voor de politici. Ze gaan zo snel ze kunnen, al mag het voor onze bedrijven nog wat sneller.”

Wat zijn voor u de prioritaire dossiers dit jaar?

Marc Lambotte: “Een belangrijk dossier is verder werken aan onze loonkostenhandicap. Sommigen beweren nu al dat er geen loonkostenhandicap meer is in België. De wet op de competitiviteit van 1996 had niet tot doel de historische loonkostenhandicap weg te werken. De wet had tot doel de handicap niet verder te laten escaleren. Dankzij de maatregelen van deze regering en omdat de loonkosten in onze buurlanden sneller stijgen dan bij ons, zullen we dat punt eind 2016 bereiken. We zaten op een loonkostenhandicap van 12,7 procent in 1996. Dit jaar zullen we op 12,5 procent eindigen. Daarmee zitten we weer op het niveau van 1996. Met de aangekondigde maatregelen mogen we verwachten dat we tegen 2020 rond de 8 procent zullen zitten.”

Een mooie realisatie, maar daarmee is de kous nog niet af?

Marc Lambotte: “We moeten de wet van 1996 herbekijken. Agoria stelt voor die 12,5 procent historische loonkostenhandicap elk jaar verder af te bouwen met 1,2 procent. Dat lijkt een haalbaar doel. Als we dat tien jaar volhouden, zitten we netjes op het niveau van onze buurlanden.”

Op die manier ziet u weer toekomst voor de maakindustrie in België?

Marc Lambotte: “Er is een zeer goede toekomst denkbaar voor de maakindustrie in dit land. De maakindustrie moet in België blijven. Gelukkig zijn de huidige politici veel slimmer dan die van vijftien jaar geleden. Die hadden nog de overtuiging dat een land volledig kan leven op een diensteneconomie. Maakindustrie was niet meer nodig. Met scha en schande heeft men ondervonden dat men die maakindustrie toch nodig heeft. Het is de basis waarrond zich een hele diensteneconomie kan ontwikkelen. Dat moeten we nu niet meer uitleggen aan de politici. Natuurlijk verhuizen bepaalde massaproducties naar lagelonenlanden, dat is normaal. Hier moeten we inzetten op productinnovatie en procesinnovatie door automatisatie. Landen met hoge loonkosten kunnen nog altijd efficiënt produceren als ze voldoende automatiseren.”

Automatisering en robotisering kosten toch ook banen?

Marc Lambotte: “Neen, dat kost geen banen. Dat beschermt banen, want in plaats van een volledige productie-eenheid te verhuizen, zal je door automatisering banen hier houden. Daar zijn we wereldklasse in. Continental in Mechelen is daar een mooi voorbeeld van.

“We zien trouwens dat de investeringen in 2016 de hoogte ingaan. We verwachten dat de investeringen dit jaar naar 4 procent van de omzet zullen evolueren. In 2015 zaten we rond de 1 à 1,5 procent. Die investeringen hebben we nodig om onze bestaande fabrieken te laten evolueren naar Fabrieken van de Toekomst. Begin februari organiseert Agoria voor de tweede maal de ‘Factory of the Future’-awards. Het gaat om bedrijven die wereldtop zijn en klaar zijn voor de vierde industriële revolutie.”

Is de Belgische industrie wel voldoende innovatief om de concurrentie aan te kunnen?

Marc Lambotte: “Vergis u niet, we zijn wereldklasse in innovatie. Geen enkele Ariane5-raket gaat de lucht in zonder Belgische innoverende technologie. En zo zijn er voorbeelden op alle mogelijke gebieden. Alleen weten we dat niet omdat we bescheiden Belgen zijn. We praten er veel te weinig over. We hebben zeer innoverende bedrijven, we hebben capabele mensen die aan onderzoek en ontwikkeling doen.

“We zijn een krachtige cluster rond batterijtechnologie aan het maken. Audi Brussels past daar perfect in. Een bedrijf als Umicore doet heel wat O&O naar batterijtechnologie. Dat is het begin van de cyclus. Aan het einde moeten die batterijen gerecycleerd worden. Ook dat kunnen we in België. Als we onze kaarten goed spelen en als we erin slagen nog een aantal investeerders te overtuigen om hun batterijtechnologie hier verder uit te bouwen, dan kunnen we een belangrijke nieuwe cluster bouwen.”

Heeft Elon Musk (Tesla) uw boodschap goed begrepen toen hij vorig jaar in Antwerpen was?

Marc Lambotte: “Ik heb het hem gezegd, maar er is nog wat werk aan de winkel. Musk heeft aangegeven dat hij ook een ‘giga factory’ voor batterijtechnologie in Europa wil neerpoten. Er is nu een gevecht aan de gang tussen verschillende landen en wij moeten alles op alles zetten om die investering binnen te halen. Er kan er maar één winnen.”

Welke zijn uw andere prioriteiten voor dit jaar?

Marc Lambotte: “Een tweede werf waar we al heel lang over praten is de modernisering van de arbeidsmarkt. Flexibiliteit heeft ook een belangrijke invloed op onze concurrentiekracht. In productie moeten bedrijven flexibiliteit inbouwen zodat ze de piekmomenten aankunnen met overwerk zonder dat ze zich daarvoor blauw moeten betalen aan salarissen. De automotive-sector past dat toe, en dat werkt daar goed. Dat moet nu worden uitgebreid naar andere sectoren. Daar wordt welwillend naar gekeken in sommige delen van het land, in andere is dat nog niet het geval.

“Een ander dossier is het eenheidsstatuut voor arbeiders en bedienden. Het zal een kwestie zijn van geven en nemen om ervoor te zorgen dat die twee systemen in elkaar vloeien zonder dat ze kostenverhogend zijn. Dat is voor ons het belangrijkste.”

Ook onze dure energiemarkt is niet echt een troef voor productiebedrijven.

Marc Lambotte: “Onze bedrijven hebben vooral behoefte aan voorspelbaarheid. Geen verrassingen. Om te investeren in energieprojecten moeten er allerlei vormen van rechtszekerheid zijn. We hebben ons nooit uitgesproken voor of tegen kerncentrales. We vragen een duidelijke beslissing van het beleid en blijf bij deze beslissing voor een lange tijd. Dat hebben investeerders nodig. We willen bevoorradingszekerheid. Door de recente maatregelen van de regering is dat verbeterd. Voor een hightech land is het onaanvaardbaar om met black-outs en afschakelprogramma’s geconfronteerd te worden.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content