De beslissing van het kernkabinet dinsdagavond biedt garanties voor het voortbestaan van een sterke Dexia Bank België en een ‘bad bank’. Dat verklaarde premier Yves Leterme woensdagochtend op Radio 1.
Volgens Leterme zitten in de zogenaamde ‘bad bank’ geen rommelkredieten, maar vorderingen op lange termijn die goed zullen opbrengen. Leterme benadrukte dat Dexia Bank België een gezonde bank is. Het probleem bestond er volgens hem in dat de bankgroep met een pak langlopende leningen zat die niet meteen te gelde gemaakt konden worden. De overheid kan echter wel wachten tot die leningen aflopen, luidt het.
‘Belastingbetaler mag niet opdraaien voor foute beslissingen’
De ontslagnemende premier wees er ook op dat de belastingbetaler nog geen cent heeft betaald voor de steun aan banken. De premier is overigens van oordeel dat de belastingbetaler niet mag opdraaien voor foute beslissingen of te grote risico’s die in het verleden genomen werden. De aandeelhouders, waaronder de gemeenten, hebben die beslissingen destijds wel goedgekeurd en zullen dus verliezen, aldus Leterme, die vindt dat de gemeenten in staat zijn die verliezen te dragen.
‘Spaarders en klanten lopen geen risico’
Spaarders en klanten van Dexia zouden geen risico’s lopen. “Wij garanderen het voortbestaan van Dexia Bank België. Er zal dus geen beroep moeten worden gedaan op het garantiefonds”, aldus Leterme.
België en Frankrijk moeten wel nog overeenkomen op welke manier de verdeling van de garantie zal verlopen. Dat België voor twee derde van de waarborg zou opdraaien zoals in 2008, is voor de premier uitgesloten.
Hypothetisch verlies
De Belgische staat krijgt voor de borgstelling een vergoeding van de banken. Voor 2011 zou het over enkele honderden miljoenen euro gaan. Als aandeelhouder van Dexia verliest de overheid wel, maar zolang de aandelen niet verkocht worden, gaat het om een hypothetisch verlies. De borgstelling zorgt wel voor een verhoging van de staatsschuld, maar die is vrij beperkt, één à twee procent, zei de premier nog. (Belga/BO)
