Hilde Essers: “We zijn niet opgevoed om te rentenieren”

Transporteur H. Essers heeft in tien jaar de schulden afgebouwd van na de uitstap van Gimv. De taak van CEO Ivo Marechal lijkt erop te zitten.

“Iedereen schuift ooit op de autosnelweg wel eens achter een van onze vrachtwagens aan”, zegt Hilde Essers (42) die haar vader Noël Essers (67) opvolgt als familiale spil in H. Essers, het Genkse bedrijf dat in 1928 startte als veevervoerder en verhuizer. “Even belangrijk als wielen zijn onze gebouwen, logistiek. Zeker de aandeelhouderswaarde.”

Hilde Essers staat nu in voor de marketing. Zus Ann Essers (49) beheert het onroerend privépatrimonium van de familie. Gedelegeerd bestuurder Noël Essers legt zich in de luwte toe op strategie, nevenbedrijven en voetbalclub United Lommel. Hij vertrouwt de operationele leiding van Essers al twaalf jaar toe aan Ivo Marechal. De groeps-CEO heeft een verleden bij het industriële lakbedrijf Alro en Overpelt Plascobel, waar hij een succesvolle turnaround realiseerde. Marechal verdriedubbelde de groepsomzet tot 344 miljoen euro, net zoals de logistieke tak tot 850.000 vierkante meter magazijnen, verspreid over tien landen in Europa. De schuldenberg werkte hij grotendeels weg.

Hilde Essers zal alleen voorzitter worden. Ze wil het operationele roer niet overnemen. “Dat is niet de bedoeling. Transport en logistiek is een business die 24 op 24, zeven op zeven draait. Dat wil en kan ik niet combineren met mijn gezin.”

Essers is met 104 miljoen omzet een grote speler in logistiek. Het heeft in ons land nog 50 hectare beschikbare industriegronden. “We zijn dus een stevig vastgoedbedrijf”, zegt Hilde Essers. Het bedrijf houdt de activa (gronden, gebouwen, vrachtwagens, trailers, vergunningen) in eigen beheer.

Vastgoed in eigen beheer heeft een financieel voordeel. In tien jaar wordt een magazijn afgeschreven. “Als de bank betaald is en de klant blijft, zijn de inkomsten van de verhuur pure cashflow. Dat heeft ons in de moeilijke periode na 2001 geholpen in het behoud van de onafhankelijkheid.”

In 2001 nam Noël Essers 40 procent aandelen van zijn eigen bedrijf over van Gimv. De holding had die participatie in 1990 verworven, toen zijn inmiddels overleden broer Jules Essers uit het bedrijf stapte. “De overname heeft ons scherp gezet”, zegt Marechal. “Onze bankier werd de belangrijkste leverancier, en wel van geld. We hebben een leverage op de klanten gedaan en de omzet verdubbeld tot 150 miljoen in 2004. Met de vrijgekomen cashflow hebben we de financiële schuld van de overname volledig weggewerkt. De focus werd ook scherper gesteld op de logistiek. Als klassieke transporteur hadden we dit verhaal nooit kunnen schrijven.”

Essers, met zijn stevige solvabiliteit en groeiambitie, past perfect in het plaatje voor een overname door een private-equitygroep. “Vast wel, maar we doen er niet aan mee”, zegt Hilde Essers. “Essers heeft geen extern geld nodig, want groeit op zijn eigen cashflow. We zijn zelf bezig met een mooi verhaal. We creëren waarde voor de aandeelhouders. Wat zouden we met het geld doen dat we zouden krijgen bij een overname? We zijn niet opgevoed om te rentenieren. Op de bank brengt het geld trouwens niets op.”

Hans Brockmans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content