Bij obligatiefondsen betaal je 25 procent roerende voorheffing op de meerwaarde bij verkoop. Een tip om deze belasting zo laag mogelijk te houden: overweeg om het fonds in vreemde munt in plaats van in euro te kopen.
Beleggers die hun portefeuille goed willen spreiden kunnen kiezen voor obligatiefondsen die buiten de eurozone beleggen (in dollar, Noorse kronen, Britse ponden, enzovoort). Bij deze fondsen heb je vaak de keuze om het fonds in euro of in vreemde munt te kopen. Het rendement van beide fondsen zal, na omzetting in euro, tijdens de levensloop van het fonds in jouw portefeuille uiteraard hetzelfde zijn. Maar er is een belangrijk verschil op fiscaal vlak als je verkoopt.
Fonds in euro
Bij het obligatiefonds in euro zal de fiscus rekening houden met de wisselkoersevolutie van de belegde munten tegenover de euro om de meerwaardebelasting te berekenen. De koersstijging (of -daling) telt dus mee om de meerwaarde te berekenen.
Fonds in vreemde munt
Heb je echter het fonds in vreemde munt gekocht, dan wordt door de fiscus enkel naar de meerwaarde in de munt zelf gekeken en niet naar de winst die je maakt door de wisselkoers. Is het obligatiefonds dat je wil verkopen bijvoorbeeld van 100 naar 110 dollar gestegen, maar heb je ook een wisselkoerswinst van 8 procent in euro, dan wordt je enkel belast op de 10 procent meerwaarde in dollar. Een aanzienlijk verschil.
