Tijd dringt voor gedupeerde Volkswagen-beleggers
Vorige week deed de juridischedienstverlener ConsumentenClaim een oproep aan gedupeerde Volkswagen-beleggers om zich alsnog aan te sluiten bij de collectieve procedure die over enkele weken van start gaat. Aandeelhouders die hun verlies op het autobedrijf willen verhalen, kunnen zich nog tot 8 september 2017 aanmelden.
Het is bijna twee jaar geleden dat Volkswagen in opspraak kwam wegens het gebruik van sjoemelsoftware. De software, die in miljoenen dieselwagens was geïnstalleerd, zorgde ervoor dat tijdens labotests een veel lagere schadelijke uitstoot werd opgetekend dan het geval was bij het dagelijks gebruik op de weg. Op die manier slaagde Volkswagen erin de milieunormen te omzeilen en kon het duurdere alternatief van zuiniger en milieuvriendelijker auto’s vermeden worden.
Collectieve procedure
Toen het bedrog in september 2015 aan het licht kwam, had dat drastische gevolgen voor de koers van het Volkswagen-aandeel. Dat verloor in enkele dagen meer dan een derde van zijn beurswaarde. Het betekende meteen ook het startschot voor een reeks procedures, aangespannen door zowel organisaties en investeerdersgroepen, als particulieren. De rechtbank in het Duitse Braunschweig, dat vlak bij de hoofdzetel van Volkswagen in Wolfsburg ligt en waar volgens ConsumentenClaim intussen al 1540 zaken tegen de autoreus werden gestart, besloot al snel over te gaan tot een collectieve procedure.
Op tijd aanmelden
Collectief procederen is schering en inslag in de Verenigde Staten, maar komt in ons land zelden voor. Het principe is redelijk eenvoudig: alles begint met de beslissing van de betrokken rechtbank om alle gelijkaardige schadeclaims te bundelen tot een gezamenlijke procedure.
De rechtbank legt vervolgens ook een aanmeldingsperiode vast, die in het geval van de Volkswagen-claim nog loopt tot 8 september 2017. Tot dan kan iedereen die bij het uitbreken van het schandaal in het bezit was van Volkswagen-aandelen en het koersverlies op de autoreus wil verhalen, zich aanmelden. Gedupeerde beleggers hebben de keuze: ze kunnen zich laten vertegenwoordigen door organisaties zoals het Belgische Deminor en het Nederlandse ConsumentenClaim, maar ze mogen zich ook op individuele basis aansluiten.
Gelijk met de modelpartij
Van alle partijen die deelnemen aan de gezamenlijke procedure wordt er één aangewezen als de eiser die model staat voor alle deelnemers, ook wel de lead plaintiff genoemd. De rechtbank in Braunschweig kende dat statuut al enige tijd geleden toe aan Deka Investment, een Duitse vermogensbeheerder.
Indien de advocaten die door Deka Investment naar voren zijn geschoven, een schadevergoeding uit de brand weten te slepen, zullen alle andere gedupeerden eveneens recht hebben op dat bedrag. Maar wanneer de lead plaintiff de rechtszaak verliest, zullen de overige beleggers zich bij dat resultaat moeten neerleggen.
In zekere zin nemen de andere partijen die hun lot in de handen van één eiser leggen, dus wel een risico. Anderzijds wordt de lead plaintiff natuurlijk op alle mogelijke manieren ondersteund door het geheel aan andere eisers, die de nodige informatie en bezwarende elementen uiteraard ter beschikking stellen van de modelpartij.
Verzaakt aan informatieplicht
De collectieve procedure die over een maand in Braunschweig van start gaat, heeft voor alle duidelijkheid niets te maken met het consumentenbedrog of de schadelijke gevolgen van de sjoemelsoftware voor de gezondheid van burgers. Centraal staat het gebrek aan communicatie over de fraude en de gevolgen ervan voor de koers van het Volkswagen-aandeel. Meer bepaald wordt het voor de gedupeerde beleggers zaak aan te tonen dat de top van het bedrijf bewust niet heeft voldaan aan zijn informatieplicht ten aanzien van de aandeelhouders.
Op basis van alle verhalen die de afgelopen twee jaar de media haalden, lijkt die opdracht op het eerste zicht niet bijzonder moeilijk. Zo kwam onder meer aan het licht dat autobedrijven onderling afspraken hadden gemaakt om de milieuwetgeving te omzeilen. Ook de recente bekentenissen van Oliver Schmidt, een van de bestuurders van het autoconcern, zijn volgens organisatie ConsumentenClaim koren op de molen van de eisende partijen.
Volkswagen anticipeert op een negatieve uitkomst en heeft al miljarden opzijgezet om de kosten van de Dieselgate op te vangen.
Geen smoking gun
Erik Bomans, partner van Deminor, laat echter weten dat de (recente) onthullingen en bekentenissen het dossier van de aandeelhouders misschien wel sterker maakt, maar nog geen zogenoemde smoking gun oplevert.
“Schmidt mag dan wel een hoge functie hebben bekleed bij Volkswagen, hij behoorde niet tot de absolute top van het bedrijf. De aanwijzingen en de bekentenissen die er echt toe doen, betreffen bestuursleden zoals de voormalige CEO Martin Winterkorn.”
“Voorlopig is er voldoende bewijs om aan te tonen dat zij in de maand voor het uitbreken van Dieselgate informatie hebben achtergehouden, maar wij geloven dat ze hun aandeelhouders al sinds de start van het onderzoek van de Amerikaanse milieudienst, begin 2014, misleiden.’
“Maar pas als dat ook bewezen is, mogen de aandeelhouders rekenen op een aanzienlijke schadevergoeding.”
Traag proces
Beleggers die zich aangesloten hebben bij de collectieve procedure, moeten niet hopen op een snelle afhandeling van de zaak. “Het gaat om een zeer traag proces, waarbij eerst de aansprakelijkheid van Volkswagen moet worden vastgesteld en in een latere fase over de eventuele schadevergoeding moet worden beslist. Alles samen zou de collectieve procedure wel eens 10 jaar in beslag kunnen nemen’, aldus Bomans.
Wie zich nog wil aansluiten bij de collectieve procedure en zich daarbij door ConsumentenClaim wil laten vertegenwoordigen, kan zich bij de organisatie nog gratis aanmelden tot 31 augustus. Enkel in geval van succes vraagt de organisatie een verloning.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier