Danny Reweghs
‘Stop de uitholling van de rechten van de particuliere aandeelhouder’
Toen ik voor het eerst in contact kwam met de beurs, toen de vogels nog spraken dus, was het Vlaamse standaardwerk voor aandelenbeleggers ‘Winnen met aandelen’ van professor Roland Van der Elst. Hij was de grote promotor van het beleggen in individuele aandelen.
Eén van de waarheden – eigenlijk een waarschuwing voor de beginnende ‘kleine’ belegger i- was: ‘de beurs is er niet voor u’, of toch niet inde eerste plaats voor u. Met andere woorden: als particuliere aandelenbelegger moet je heel goed beseffen dat in de beleggingswereld de institutionele (‘grote’) beleggers meer dan een streepje voor hebben, en natuurlijk ook de bedrijven. Zij bepalen onder meer wanneer ze naar de beurs gaan, tegen welke prijs, en ook wanneer ze terug van de beurs gaan en tegen welke prijs.
Anderzijds is de beurs ook geen jungle. Er zijn heel wat regels en een toezichthouder die er moet voor zorgen dat ook de particuliere aandeelhouder rechten, zoals regelmatige rapportering van de resultaten van de bedrijven. Ook een overnamebod moet aan een resem regels voldoen. Maar naar aanleiding van de nakende kapitaalverhoging van de vastgoedontwikkelaar Atenor willen we de uitholling van die rechten aan de kaak stellen.
30 procentregel
Een van de regels ter bescherming van de particuliere belegger is dat als een aandeelhouder meer dan 30 procent van alle uitstaande aandelen in handen heeft, hij dan een bod moet uitbrengen op alle aandelen. Alleen zijn er op die regel tal van uitzonderingen mogelijk, zodat die in de praktijk niet meer van toepassing is. Zo geldt de regel niet in het geval van een kapitaalverhoging die openstaat voor het publiek, of bij het organiseren van een keuzedividend, …
De deur is open of dicht. Hier staat ze op een kier en de facto betekent dit volledig open.
De kans is groot dat naar aanleiding van de kapitaalverhoging van Atenor – die in september meer dan waarschijnlijk op een buitengewone algemene vergadering wordt goedgekeurd – de referentieaandeelhouder 3d (families Donck en Desimpel) de grens van 30 procent zal overschrijden, zonder een overnamebod te moeten doen op alle aandelen. We zagen dit de jongste jaren ook gebeuren bij onder andere Sipef, waar hoofdaandeelhouder Ackermans &van Haaren de drempel overschreed bij de kapitaalverhoging, Luc Tack deed het bij Tessenderlo en heel recentelijk de familie Vanmoerkerke bij de gereglementeerde vastgoedvennootschap Qrf.
De deur is open of dicht. Hier staat ze op een kier en de facto betekent dit volledig open. Want door die uitzonderingen is de 30 procentregel in de praktijk ‘onbestaande’ geworden. En dat kan niet de bedoeling zijn. Zulke referentieaandeelhouders maken zich natuurlijk niet sympathiek in de ogen van de particuliere investeerder, maar anderzijds kan je hen weinig of niks verwijten. Tenslotte heeft de wetgever hen de mogelijkheden gegeven om de regel te omzeilen. De wetgever mag wat ons betreft hier best eens naar kijken, want wetgeving maken die toch dode letter blijft, kan ook niet de bedoeling zijn.
Waardeloze rechten
Want er dreigt nog een gevaarlijk precedent. De kansen dat Atenor-aandeelhouder 3d boven de 30 procent gaat, zijn toegenomen door de bepaling dat wie niet gebruik maakt van het voorkeurrecht bij de kapitaalverhoging die niet kan verzilveren en dus waardeloos ziet worden. De niet-verkochte rechten gaan dan bij voorrang naar de referentieaandeelhouder 3d. Ja, het is leuk dat die grootste aandeelhouder nog volop vertrouwen heeft in de toekomst van de vastgoedontwikkelaar, maar neen, dit is een kwalijke ontwikkeling waar we tegenstander van zijn.
De kloof tussen ‘groot’ en ‘klein’ in het aandeelhouderschap wordt hierdoor almaar dieper. Het is een bijkomend argument om dan maar niet op de beurs actief te zijn en al het spaargeld op een spaarboekje of een termijnrekening te plaatsen of de staatsbon te kopen. De wijsheid van professor Van der Elst mag absoluut niet evolueren naar de ‘de beurs is er helemaal niet meer voor u’.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier