Koen De Leus
‘Oliecrash kan tweede Arabische lente inleiden’
KBC-econoom Koen De Leus schat de kans klein dat de problemen in de oliesector door de lage olieprijs de rest van de wereld besmetten. Maar een economische crisis in olie-exporterende landen in het Midden-Oosten kan wel de kiem leggen voor een tweede Arabische lente. Voor Europa is het grootste risico vandaag de opkomst van extreme partijen.
Elke maandag schotelen we drie vragen voor aan een econoom of strateeg die zijn licht laat schijnen over enkele actuele thema’s. Vandaag: Koen De Leus, econoom bij KBC.
Wij zijn als consumenten blij met de forse daling van de prijs van benzine, diesel- en huisbrandolie? Maar kan de lage olieprijs een wereldwijde recessie veroorzaken? Zoja, hoe gaat dat in zijn werk?
De daling van de olieprijs is per saldo positief voor de wereldeconomie. Maar er zijn ook slachtoffers
“De daling van de olieprijs is per saldo positief voor de wereldeconomie. Maar er zijn ook slachtoffers. In de oliesector worden vooral de kleinere schalieolieproducenten getroffen, zeker nu hun termijncontracten heronderhandeld moeten worden. De afbetaling van hun leningen komt nu in gevaar. Met een stijging van de creditspreads tot boven het piekniveau van december 2008 overschrijden we de pijngrens. Het risico op een besmetting naar andere sectoren is klein. De verhouding van de oliesector tot de totale economie is beperkt. Ook in het totale universum van hoogrentende obligaties is het energieaandeel te klein om grote ravage aan te richten.
Daarnaast lijden de olieproducerende landen. Zij moeten zware besparingen doorvoeren om de overheidsfinanciën onder controle te houden. Ook de koppeling van de lokale munt aan de dollar, zoals de Saoedische rial, is een risico. Een gedwongen ontkoppeling zou de munt 20 procent of meer onderuit halen en het land in een zware crisis storten. En een economische crisis in die landen kan potentieel een tweede Arabische lente ontketenen. Dat zou niet zonder gevolg blijven in de ontwikkelde landen.”
De warmste kerst ooit in België, overstromingen in Engeland, een tornado in Texas, bosbranden in Australië en Californië… Zullen deze extreme weersveranderingen een impact hebben wereldeconomie en op onze spaar- en beleggingsportefeuille?
“De klimaatsverandering zal een alsmaar grotere impact hebben op de wereldeconomie én beleggingsportefeuille. Bij de bedrijven komen de energie-intensieve ondernemingen onder vuur te liggen. Zij zullen aanzienlijke investeringen moeten doen. Uit een enquête gehouden door zakenbankier Morgan Stanley in 2014 bleek dat 50 procent van de S&P-100 bedrijven de klimaatwijziging zien als een risico! De grootste impact is er voor nutsbedrijven, olie- en gasbedrijven, transport, landbouw en de industriële sector. Maar tegenover de risico’s staan ook opportuniteiten voor bedrijven die oplossingen bieden zoals technologie, hardware en software, kapitaalgoederen, chemie, ….
De klimaatwijziging zal ook de wereldeconomie niet ongemoeid laten. De huidige vluchtelingenstroom verdwijnt in het niets met de stromen die op gang zullen komen als bepaalde gebieden onbewoonbaar worden. Gigantische investeringen zijn nodig om landen te behoeden voor overstromingen wat op de overheidsfinanciën zal wegen. De armoedebestrijding komt onder druk door toenemende ondervoeding (falende oogsten) en een toenemend aantal epidemieën. De kosten voor gezondheidszorg stijgen door meer ademhalingsziekten, allergieën, enzovoort. Drinkbaar water wordt een schaars goed.”
In welke hoek schuilt volgens u het grootste risico voor de wereldeconomie, en de Europese en Belgische economie: China, olie, terreur, vluchtelingencrisis,…? Of schuilt het grootste risico in een onverwachte hoek.
Het belangrijkste risico van terreur en de vluchtelingencrisis is de opkomst van extreme partijen
“De wereldeconomie evenals de Europese Unie worden langs alle kanten bedreigd. Een Chinese harde landing is een risico, maar de Chinezen beschikken over een gigantische oorlogskas moest het nodig zijn om een tand bij te steken. De recente aankondiging dat ze extra investeren in infrastructuur biedt bijvoorbeeld (tijdelijk) soelaas. De daling van de olieprijs is een schok voor enkele landen en de oliesector maar voor de wereldeconomie als geheel is het positief door de stijgende koopkracht van consumenten. De terreurdreiging weegt dan weer tijdelijk op het consumentenvertrouwen, maar, hoe cynisch ook, het went.
Het belangrijkste risico van terreur en de vluchtelingencrisis is de opkomst van extreme partijen. Dit riskeert de verdere integratie een halt toe te roepen en heeft potentieel ook een negatieve impact op het Brexit-referendum. Een uitstap zou vooral de Britse economie raken, maar het zou ook een precedent creëren en daarmee mogelijk het startschot voor een ontrafeling van de Europese Unie.”
3 vragen aan een econoom of strateeg
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier